Gereformeerde Apologetiek - pagina 35
Rede gehouden bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt in de heilige godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit te Amsterdam
37 in den logischen samenhang van het verlossingswerk door Zijn bijzondere openbaring. Dat nu vormt het me nsche lij k-raiionee\e. Het inzicht in dien logischen samenhang blijft echter altijd beperkt. De geloovige moet er in leeren rusten, dat er ver bergen dingen zijn, welke de Heere Zichzelf voorbehoudt. Hij stuit allerwege op antinomieën, op wetten, oordeelen, gevolg trekkingen, welke met elkander in strijd schijnen. Hij kan voor zijn rede niet rijmen de soevereiniteit Gods en de menschelijke verantwoordelijkheid, de goedheid Gods en den zondeval, de ver kiezing en het verbond Gods. Dan heeft hij het te kwaad met het irrationeele, in den zin v a n : indruischend tegen zijn rede. En zoolang hij aan die rede den schepter laat over zijn geloofs leven, zal dit irrationeele hem bezwaren. Maar zoodra zijn ziel zich aan die oppermacht der rede ontworstelt, zoodra hij zich bewust wordt, dat zijn kennen en profeteeren ten deele is, ver andert dat irrationeele voor hem in het suprarationeele en hij erkent, dat het zijn begripsvermogen ver te boven gaat. En hoe dieper hij leeft, des te meer breidt het veld van het suprarationeele zich uit. ) Hoe meer zijn inzicht in het Woord wordt verhelderd en het rationeele in hem groeit, des te meer ontdekt hij wat suprarationeel is en het welt hem uit het onderst van zijn innerlijk: o diepte des rijkdoms, beide der wijsheid en der kennis Gods! hoe ondoorzoekelijk zijn Zijn oordeelen en onnaspeurlijk Zijn wegen! 101
Maar waar dan het suprarationeele zulk een machtige faktor uitmaakt in het menschelijk en bijzonder in het geestelijk leven, wat zal men daar met het redebewijs uitrichten? Er bestaat een nauw verband tusschen gelooven en weten. Het geloof is de grond van het weten en zelf ook weten. Maar het mag niet onderworpen worden aan de wetten van dat uiterst begrensde deel van het weten, dat zich door het redebewijs kan vindiceeren. De apologetiek van vroeger en ook de Roomsche apologetiek van nu begingen en begaan bovendien de fout de religie te willen rechtvaardigen voor het natuurlijk verstand. Kan het verwonderen, dat dit steeds een ijdel pogen blijkt? Hoe kan er tusschen de onwedergeboren rede en het diepst der Christelijke religie ooit eenige affiniteit bestaan, die het verstaan mogelijk maakt? De apologetiek van het redebewijs heeft immer genegeerd het Paulinische woord, dat de psychische,
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 oktober 1922
Inaugurele redes | 60 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 oktober 1922
Inaugurele redes | 60 Pagina's