GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 98

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 98

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

88 ting van het huwelijk zou gepredikt hebben ; en dat hij het huwelijk, daar hij de vervulling van den huwelijksplicht, als iets op zich zelf zondigs beschouwde, tot „ein sündhafter und unerlaubter Stand" zou gemaakt hebben. In verband daarmede zou dan staan de lage beschouwing, die Luther van de vrouw had; hij zou haar zelfs een „Tragkuh" hebben genoemd. Ook hier heeft Denifle met enkele uit het verband gerukte citaten een geheel verkeerde voorstelling van Luther's denkbeelden gegeven. Men behoeft o.a. de Predigt vom ehelichen Leben, die Luther in 1522 hield, slechts na te gaan, om te zien, hoe hoog Luther juist het huwelijk stelt. Niemand is wel krasser dan Luther opgetreden tegen de minachtende wijze, waarop in zijn dagen door sommige half heidensche humanisten of de virginiteit al te zeer verheerlijkende monniken over het huwelijk en de vrouw gesproken werd. „Man und Weib", zegt hij, „sind Gottes Werk; so halt dein Herz und Mund zu, und schilt ihm sein Werk nicht, und heisze es nicht böse, das er selbst gut heiszt". God zelf heeft „die Ehe eingesetzt" en de getrouwden kunnen daarom zeker zijn „das ihm der Stand an ihm selbs gefallet mit allem seinem Wesen, V/erken, Leiden und was drinnen ist" (Luthers Werke E. A. 16, 530, 531). Dat Luther het huwelijk van zijn sacramenteel karakter ontdaan heeft, is juist, maar zal wel door geen Protestant als een degradatie van het huwelijk beschouwd worden. En daartegenover staat, dat de zedelijke waardeering van het huwelijk als een door God ingestelden stand, juist door de Reformatie zooveel beter tot haar recht gekomen is, gelijk door W. KAWERAU, Die Reformation und die Ehe, ein Beitrag zur Kulturgeschichte des sechszenhten Jahrhunderts in de Schriften des Vereins für Reformationsgeschichte, Schrift 39 met treffende bewijzen is aangetoond. Overigens neem ik natuurlijk niet elke uitlating van Luther over het huwelijk en de vrouw, waarop Denifle captie maakt voor mijn rekening. Luther heeft tegenover het onnatuurlijke coelibaat soms wel wat al te sterk den nadruk gelegd op den zinnelijken kant van het huwelijk (zooals ook erkend wordt door T. KOLDE, Martin Luther, eine Biographie, Gotha, 1884, B. II, p. 196) en ook zijn beschouwing van de roeping der vrouw heeft daaronder geleden. Met name een brief als Luther aan zijn vriend Spalatin schreef (ENDERS, Luthers Briefwechsel, 5, 729), moest van Protestantsche zijde dan ook niet worden verdedigd. Ook de beschouwing van Luther, dat „kein Ehepflicht ohn Sünde geschicht", al beroept Luther zich hiervoor op Ps. 51 : 7 (Luthers Werke, E. A. 16, 541) is meer aan Augustinus'

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 98

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's