GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Evangelisatie en de Zedelijke Verwildering.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Evangelisatie en de Zedelijke Verwildering.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als gij in uw huis zit... lees dan eens het nieuwste boek van M. J. Brusse, dat onder den titel „Roitterdamische Zedeprenten" verscheen. Denk er O'ver, lig er wakker door, droom^ er van, al ware het tot de grenzen van een nachtmerrie toe, als het maar helpt. Als hJet maar dringt tot bidden en drijft toit werken. Geen amb'tsdrager, geen medearbeidex(ster) in den evangelisatie-arbeid mag dit boek ongeleizen laten, ja iedere vader en moeder, die in een .g[ro'Ote stad woont, moet er kennis van nemen. Hier wO'rden de ongezi'ene gevaren van het stadsleven onilhuld, die gapen vO'Or den argeloozen voet. Wat is in deze prenten het ontstellende? Hier wo'rdt niet maar een zonde buurt en ©en zondestand voor het voetlicht gesleept, om terstond weder in va.le verte van scKandeschem'erinjg te verdoez'elen. Het is niet „het irosse leven en sterven van de Zandstraalt", .dat hier geprent wordt, dat u vreemd blijft. Wiet de bleeke pooier noch de geverfde slet, maax menschen van gelijke bieweging als wij doen ons huiveren in hun dreigenden val. Hiier treedt niet als.in : Boefje", die in een salon-uitgave op geschept papier, to; e't Japansche platen' tot eien prijs van f 75 in de ho'Ogere leringen is geïntroiduceerd, 'oene manifestatie uit eene verre, vreemde wereld u tegen, door een geheimzinnig waas aesthetiscih tot in , djn vunze flarden en tot qp zijn vervuild, bekrabit, gekorsi, lijf. toe. Neen, hietr is het uw buurjongen en het meisje, met lieve kuiltjes in de blozende koon, dat gij ziet onder de bange ban van dreigend gevaar.

Brusse begint met O'ns aan den buitenkant der samenleving te brengen, maar telkens trekt hij' de cirkel met kortief-sitraal, tot wij' komen tot het middenpunt van het volksleven. Aan den verren omtrek passagieren de zeelieden, die „in ieder stadje een ander schatje" lieven. Daar lokken de 3000 vrouwen, die van de ontucht hun beroep maken. Do'Ch, dit is. de. eerste verenging, niet al die drieduizend staan even ver van ons af. Sinds 1910 is onder deze publieke vro'uwen een toename van 'jeugdigen, minderjarigen en... gehuwde vrouwen uit den lagsren stand. Dicihter komt hij ons, als hij ons brengt onder de ïabriek'snieisjes, de modieuse ateliermeisj^s, de chique typistes,

waaronder ev zich voor leen nieuwe blouse-, ]a voor een paar zijden Icousen den eerstlïesten verkoopen. Dan de jeugd. De eeuw van het arïne kind is de ©euw van... h& t straaJLkind, en de straat „kweekt schoffies, boefjes, diefjes, puzizeraars, zwervers, snoep'stexs, soharreltjes." Kinderen van vier tot elf jaar verlokken 'zi& Lfs mannen van stand en ontwilckeling met ben in planlsoien of portiek perversiteiten 1, 6 plegen. Kinderen van... 1-2, 13 en 15 jaaï moeten voor venerisclie ziekten worden behandeld. D© Rijpere Jeugd, die scliarrelt of reeds verloofd. is, vindt men op de zanderige bouwterreinen: „waar de paren neerstrijken, diciht naasl elkander als spieringen in de pan." Zoo tegen de schemering heeft het er veel van „of er de vuile wasch uitgezocht ligt". En steeds door wordt de kring nauwer getrokken. Eien ontroerend verhaal wordt verteld. In een welgesteld, beschaafd gezin worden in den zak van het zevenjaiig jongetje iLwèe kwartjes gevonden. Bij ondervi-a, ging weigert de kleine.de herkoim'st mede te deelen. Na lang beraad aeemt , de moeder in angstig voorgevoel de zedenpolitie in het geheim. Dan k'omit uit, dat het kind meermalen in een afgelegen buurt een irmn heel in het verborgen bieKoekt. „Dat hij' dan twee diepe pakhuizen doorgaat en eindelijk door een keiderluikje kruipt... en dat hij daarna dan een dubbeltje of kwartje krijg-t om te versnoepen." Het gevaar vlakbij! Kan de kring nog nauwer worden getrokken? Ja, het hart der samenleving zijn de moeders! Bij de geboorte van een kleine ontvangt men in de leerste plaats reeds tal van - gedrukte aanbiedingen, waarin gratis raad geboden wordt hoe men ongewenscht moederschap kan voorkomen. Een net van „désknndigen" is over de stad gespreid. De woonplaats dezer damies is door de politie op de. stadskaart met een gevlagde speld aangeduid, „de spelden zijn er bij' honderden, talrijker dan in een bakerkussen". Sommige zaken in „voorbehoedmiddelen" hadden het vorig jaar zelfs „een Kerslétalage gemaakt van zekere instrumenten, die zij tooiden met bloeienden' hulst en rood zijden linten". Onlangs werd bij klaarlichten dag een dame, die met twee kindertjes reed, in het centrum der stad aangesproken door een agent in deze artikelen. Hij redeneerde breedvoerig over de bezwaren van een groot gezin, prees voorbehoedmiddelen aan, ja begon zie op den Idnderwagen uit te stallen ... Brusse schrijft:

„En niet alleen voor de gevolgen van de heimelijke liefde, maar ook in ih'et huwelijk üooken meer en meer getrouwde vrouwen aan deze adressen, uitkomst voor haar Vrees of haar oawil om opnieuw moeder te worden.

„Onbeschrijfelijk is [het leed, zijn de angsten, de smarten van lichaam en geweten, de smadelijlce vernederingen, de gewetenJooze misdadigheid, de wreedaaixligh'eden van onkunde en roekeloosheid, van zoo hnitaal geschonden toch soms nog wel overgehouden idealisme in argeloosheid en vj^eezen, van vernield levensgeluk, vernielde gezondheid, van dood en veirderf. Want zwart genoeg kan je de grawzaamheden niet aanduiden, die er toch schier dag op dag gebeuren op dit gebied. Ja, hoorde ik onlangs toch niet weer op het bureau Van de zeden-en kinderpolitie van een waarlijk gelukkig arbeidersgezin, waar de man ' als weduwnaar met zijn acht kinderen was achtsrgebleven, omdat de vrouw .gevtessd had "nu ook het negende kind geboren te laten worden? "

Hoe zal Rotterdam hierop reageeren? luidt de titel van het laatste hoofdstuk uit Brusse's boek. Wij willen de vraag anders stellen: „Hoe znllen onze stadskerken hierop reageeren? " Uit den aard der zaak zijn zij in het herderlijk en diaconaal werk reeds dikwijls met zulke treurige dingen 5n aanraking gekomen. Toch is de twijfel niet ongegrond of „onze taenschen" wel veel besef hebben vaar den ontzetLenden ernst der zedelijke verhoudingen. Uit eigen milieu kent men meestentijids —__ Gode zij dank — deze dingen niet. Men leeft als in Gosen en vergeet daar zoo gemakkelijk, dat het „dikke duisternis" is in gansch Egypteland. Waken wij er toch tegen, dat kieschheid' niet in donrme preutschheid ontaarde. Onze predikanten en ..ambtsdragers moeten de gevaren weten, waaraan hunne kudde blootstaat. Juist in het waken tegen gevaren wordt het' onderscheid tusschen herder en huurling openbaar. En waarlijk, er zijn ook nog andere gevaren dan de ethisabe theologie, • de N. C. S. V.. enz. om van kleinere strijdvragen nu maar niet te reppen. Wie de kerkeraadsverslajgen volgt, wordt wel eens tot'den schreeuw geperst: Wordt'toch eens wakker, eerwaarde broeders, nu de vlammen lekken aan o-nzen dorpel!

Natuurlijk zal niemand den ganschen last dezer dingen op de schouders der kerk willen leggen. Er is 'hier een taak, die alleen door de Overheid in hcire organen van politie en jnstitie kan worden verricht. Er zit aan deziö zaak een socialen kant: -bestrijding van w; oningnood en wierkeloosheid, verb Old van de zonde-industrie en beperking van de weelde-industn'e, die de begeerlijkheid eindeloos prikkelt tot eer en gezondhei.d de koopprij's worden. Eindelijk is er de arbeid van middernachtzending en verpleging van gevallenen, waartoe eene bijzondere scholing vereisoht is en waarvoor men bijzondere inrichtingear behoeft. Maar naast en nevens al dezen arbeid kan de kerk overvloed van werk vinden. Het gaat niet aan om bij deze treurige verschijnselen enkel maar een Maïanatha aan te heffen: De Heere komt! Want als de Heere komit, wil Hij Zijn volk vinden als het licht de wereld doorstralend en als het zout dar aarde bederfwerend werkzaam. Werkzaam allereerst in den gewonen amhtelijken arbeid. Eene prediking^ die gebaren is uit een hart, dat krimpt van wee over den zedelijken nood. Eene catechese, die niet opgaat in de in-stamp-methode, maar eene voorzichtige, beedere leiding be4pelt te geven. Een huisbezoek, waarbij niet alleen de tale Kanaans wordt gesproken. Een diacoiuale zorg, die voorkomt, dat men valt uit broodiSgebrek. Èn ^1 deze ambtelijke arbeid uitloopend in het ambt der geloovigen, naar de behoefte van onzen tijd georganiseerd in den evangelisatiearbeid.

Wat kan de evangelisatie doeh op dit gebied? Ik laat den, arbeid, die tevens philantropisch is: de gestichtsarbeid, buiitein besohonwing. Diaar'mtede wil ik niét zeggen, dat het buiten de verplichting dei' kerk ligt, nu de philantropisthe inrichtingen gansch tekort schieten, zelf zulke asyls te openen. Slaar dit zal voorloopig wel niet vervulbaar zijn. Daarom, wijs ik op vier dingeg^^^|i; : binnen de grens van ons vermogien liggien.

1e. Men zorge voor goede lectuur. Lectuur voor atelier-len fabrieksmeisjes, voor moeders etc,

2e. Men wijlde steeds meer zoirg aan de jeugd, niet op houterige wijzei, maar in den geesi: als ik in een vorig artikel 'aangaf, Wiji mogen bidden om een lengelenmacht vooir' onze kleinen, maa; r in de eerste plaats moeien de ouders, onderwijzers, het personeel van de 'Zondagsscholen en jeugdbijeenko-mlsteh als ongevleugelde engelen de kinderen met verstandige zorg omgeven.

3o'. Naast zorg voor de jeugd, wijde me'n zicli aan de moeders. Moeder-samenkomsten zijn kostelijk. Ik nam de teekening van Brusse over, als hij uitbeeldt hoie de vrouwen onzes volks vaak lijden in lichaani en geest: Zulk een geprangd hart is een kostelijke bodem; voor 'het Evangeliezaad. D'e blijde boodschap der bevrijding; is als een beker kond water voor eene vermoeide ziel. Het zou zelfs hoiogst gewenscht zijn, daartoe bekwame zusters voor dezien arbeid vrij te stellen als een tegenhanger van de zoogen. „deskundigen". Hier ligt voor de christenvrouw ziulk een rijk arbeidsveld. Wanneer zal men toch zoovele kostelijke gaven; ' die in de gemeente leven, benutten en handopening geven?

4e. Ik - wees reeds op het plaatsg[ebrek ia de philantropische inrichtingen. Tot voor drie jaren vielen tal van onwettige kinderen in de handen van zoogenaamde „engeltjesmaaksters", die ze 'wel uit de wereld bielpen. En in 2 miaanden tijds moesit de Rotterdamscbe ziedehpolilie 95 jonge meisjes in het zondeleven laten terugvallen, die Kans' jop redding boden, indien maar «srgens plaats voor hen was gew^eest. Inrichtingen bouwen is duur. Maar

zijn er geen kindedooze gezinnen in onze gemeenten, waar zulke i& llendigen kunnen worden ondergebracht? Hierbij zouden ook zust^^rs, als ijedoeld ia punt 3, leiding kannen geveïi.

Ontstellen, niet uitstellen, maar in Gods kracht

herstellen, wat mogelijk is, ^iji ons parool.

Rectifibatie . In tnyn artikel „Evangelisatie ondeï de ijipero je-ugd" in „De Reformatie", 2e Jaaigang uo. 3, leze men voor „tien heer Fred. J. Beekman, Adjunct-Directeur Jer J-lerv. Stadszending": Fred; G. Beekman, Directeur-Secretaris der Herv. Stadszending.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 december 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

De Evangelisatie en de Zedelijke Verwildering.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 december 1921

De Reformatie | 8 Pagina's