GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Individueele Opvoeding.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Individueele Opvoeding.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

II.

Hot doel der opvoeding mag — zagen we aanvankelgk een vorigen keer — niet virezen, de vorming vmi individuen ten bate van zichzelf.

leder hmmer bestaat om God. Hun zijn ligt in de liüfde Gods. Geboorte en wedergeboorte worden daaruit alleen verklaard. Dien God in Christus lief te hobben met alle krachten van lichaam en ziel maakt hun bestaan tot leven, tot volheid van heil. Daarna, < j> een ander plan, komt de liefde tot den naaste «1 als onmisbare maatstaf de liefde tot zichzelf.

Voor een opvoeding, die dit alles wil omvatten, en met minder mag zè niet volstaan — kan de aanpassing aan de kinderlijke natuur niet de grondregel zijn. Aldus mag de moderne opvoeding streven, do christelijke wil, omgekeerd, allereerst aanpassing van deze natuur aan Gods ingeschapen wet en aan Zijn geopenbaarde ordinantiën. Sinds de zonde inwerkt, zijn natuur en wet niet meer aedequaat, is er op menig punt strijd tusschen deze twee.

Do moderne opvoeding komt er met haar grondro.gel zoo gemakkelijk toe het kwade te vergoelijken als een niet anders kunnen, soms zelfs tot een noe^ men van goed wat vreeselijk kwaad is. Men denke aan het verderfelijk boek van Ben Lmdsey „Opstand dige Jeugd". Gruwelijke sexueele overtredingen wor-^ den er in goedgepraat, en een weg gewezen om ze bot te vieren. Ze zijn immers „natuur"-lijk ; en niet slecht in zichzelf. Gods Wet wordt geofferd aan de menschelijke natuur.

Zoo wordt de strijd opgeheven, doch staat men de vorming van een sterk karakter hinderlijk in den weg. De mensch wordt aldus een speelbal van zijn neigingen en zijn zenuwen; zrjn erfelijke eigenschappen en zijn milieu.

De Christelijke opvoeding kent de vaste onverander-.lijkheid van Gods hooge geboden. Dit besef vormt naast den eisch en den strijd om ze trouw te gehoorzamen onder vallen en opstaan den individu tot persoionlijkheid.

We vergeten toch niet, dat God in laatster instantie zelf den individu opvoedt en zulks aUeen doet in den weg van Zijn geboden.

Deze laatste zijn de norm der opvoeding. De mate en de geest, waarin zij volbracht worden, bepalen de waarde van ieder individu. Niet de belangen van ieder persoon voor zich, evenmin die van de gemeenschap mogen nonn der opvoeding zijn. Was er geen zonde, het zou kunnen, omdat er volle natuurlijke harmonie tusschen deze twee zou zijn. Nu, in deze bedeeling heeft God wel heel bijzonder al wat op de aarde is, den mensch ten dienste gesteld, maar het is niet voor den mensch zelf, doch opdat hij er zijn God mee dienen zal. De regel „Elk voor zich" knakt de vorming van den mensch. Rousseau had Emile dan ook niet uit de samenleving mogen rukken en nog veel minder hem tot zijn vijftiende, zestiende jaar mogen laten opgroeien, alsof er geen God voor hem bestond.

In dit individualisme ontbreekt de naastenliefde, die wortelt in de liefde tot God en zoo wordt Vrijheid en Recht voor allen. Vrijheid en Recht voor den sterksten individu, voor een Napoleon.

In de dagen van de Revolutie en van de Aufklarung achtte men dezen individu in den grond der zaak zich zelf genoegzaam. Rustte niet in den enkeling het algemeene verstand? Had ieder hunner daardoor niet, los van de overigen, op zichzelf, alles wat voor de intellectueele en zedelijke vorming van den individu noodig is?

En nog steeds staat ons onderwijs in dat teeken.

De algemeene grondstellingen, voor onderwijs en opvoeding geldend, worden nog altijd in de handboeken aan de natuur van den enkeling ontleend. Met de eischen en rechten, die God heeft en aan de gemeenschap geeft, wordt niet gerekend.

Hoe hard we ook aan de overwinning van dit intellectualisme, dat met het ifdividualisme samengaat, werken, we zijn het nog lang niet te boven. Zeer vele practisciie paedagogen weten zelf niet waar het o^m gaat. Ze zien het in een zeer zwaar beladen van het ge> heugen, in een zoo veel vragen van het verstand.

Dodi heeft het intellectualisme wel met veel of weinig leeren, met een meer of minder oefenen en scherpen van het verstand te maken? In dit opzicht kan men immers niet licht van een te veel spreken. i

Dit kwaad schuilt veel meer in de beschouwingswijze, die we er op na houden. Het komt er maar op aan, of we de voiming en de verrijking van het verstand ten opzichte van religieuse, zedelijke, aesthetische en practisciie waarden, ook te hoog stellen.

Zoo staat het ook met de bestrijding van het individualisme. Veel wordt aangeprezen, wat er toch niet tegen dient. Wat we in den tegenwoordigen tijd beleven, n.l. de vorming van allerlei bonden, heeft daarmee zeer weinig te maken. In de meeste gevallen immers is het doel ervan niet anders dan in den strijd voor het eigen individueel belang door het collectief optreden des te sterker te staan. Voor het egoïsme van den eenling komt het collectief egoïsme in de plaats, een monster erger dan het meer natuurlijke eerste. Met een sociaal samenleven heeft het weinig of niets van doen. Ook hier komt alles op de waardeering der betreffende grootheden aan. „Sein heizst in Bezichungen stehen". Al wat bestaat, staat in velerlei betrekking tot al hetgeen God geschapen heeft, en tot God allereerst. Voor den mensch geldt dit in verhoogde mate. Of hij al voor zichzelf individueel of met anderen samen een gesloten wereld bouwt, hij deelt deze toch met allen. Gods ordinantiën worden niet straffeloos ter zijde gezet.

De vraag der opvoeding mag dus niet allereerst zijn, wat voor den individu het beste is. Ze gaat zelfs niet op in de vraag, wat voor het kind in verband tot zijn samenleving met den naaste het beste is. Nergens in de Schrift lezen we het gebod: Heb de gemeenschap lief! Wel vinden we getuigenis van liefde tot Jeruzalem, tot het volk van Israël. Hoe lief heeft b.v. Paulus zijn volk! Maar dan als symbool van de gesublimeerde liefde tot de Stad Gods, van het. volk Gods, van Jeruzalem dat boven is, hetwelk is ons aller moeder. En dit kan ook niet anders. Want volgens de Heilige Schrift gaat het in alles, dus ook in de opvoeding, om God, en hierom, dat Zijn heerlijk koninkrijk vol worde. '

De beste individueele vorming is die, welke hieraan het meest beantwoordt.

STRIKWERDA.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 april 1929

De Reformatie | 8 Pagina's

Individueele Opvoeding.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 april 1929

De Reformatie | 8 Pagina's