GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De beteekenis der Jeruzalemsche Conferentie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De beteekenis der Jeruzalemsche Conferentie

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rapport VI.

De titel van het zesde rapport: The Christian Mission in relation to Rural problems, wekt bij ons dezelfde gedachten op ais de titel van het vijfde rapport. Hebben wij ook hier niet weer te doen met „Social Gospel"?

Bij het inzien van het ruim 300 bl. tellende boek|, worden wij in die gedachte gesterkt.

In part I geeft dr Butterfield een zoogenaamd principieele uiteenzetting van het vraagstuk, waar hij handelt over Christianity en Rural Civilization. Reeds op de tweede bladzijde lezen 'wij de volgende ontboezeming: „Wij moeten uitroeien de noodlottige „heresy of labels (etiyquetjes)", de al te zeer heerschende meening, dat slechts die dingen Christelijk zijn, die verricht worden onder de begunstiging van een Christelij'k instituut; en dat slechts die menschen Christelijke dingen kunnen doen, die Christus' banier dreigen; en dat slechts die daden Christelijk zijn, die als zoodanig zijn gestempeld".

Neen, dat doet niet aangenaam aan.

Wanneer hij nu over de plattelandszaken gaat uitwijden, krijgen, wij heel veel bijzonderheden, meermalen trelfend en ontroerend, maar ook een „social creed", en een heel werkprogram, om de bevolking van het platteland te verheffen; en de zending als zending treedt op den achtergrond.

Het schijnt, dat op de Conferentie de zaak toch niet zoo „Amerikaansch" behandeld is, als het boek tot indruk geeft. Tenminste, in het reeds meer aan'gehaalde werk „Ven den Höhen des Oelberges" heeft de Zendingsdirector Ivnak een artikel geplaatst onder den titel „Die Missionsaufgaben an dem Landvolk" dat o^ns anders inlicht, en vele bedenkingen ondervangt of wegneemt. Wij volgen zijn uitnemend artikel op den voet.

Het was te Jeruzalem voor het eerst, dat op een Wereld-Zendingsconferentie de vragen ter sprake kwamen, hoe de bevolking op het platteland (kortweg landvolk geheeten) voor het Evangelie gewonnen kan worden.

Verreweg d© meeste zendelingen hebben zich in de steden gevestigd; op ons zendingsterrein van Midden-Java is het niet anders. Maar niet alleen zijn de steden uitgangspmit, maar ook model en vooTbeeld voor et werk in de dorpen.

Ook is de gedachte, hoewel niet altijd uitgesproken, dat het volk in de stad de beschaving heeft, en dat e invloed van het Christendom, .gelijk alle Bildung, an boven naar beneden gaat.

Hel is echter wel gebleken, dat de menschen op het latteland heelemaal niet achter staan in beschaving ij de stedelingen, maar zij zijn anders, en moeten an ook ovei-eenkomstig hun aard bewerkt worden.

Twee derde deel der menschheid woont op het land, us ruini een duizend millioen. Dus er is wel reden^ an het welzijn van deze millioenen te denken. Temeer, mdat hun toestand over het algemeen niet schitteend is.

Dat Butterfield in zijn beschouwingen den verkeerden kant uitging, zeiden wij reeds. Gelukkig dat op de Conferentie zelf ernstig ertegen op gekomen werd. Dr Moffett, president van een Christelijke Universiteit in Korea, kwam o, a. op tegen een uitspraak van Butterfield over den arbeid in Korea, n.l. dat de zending aldaar haar Zondagsscholen en Bijbelklassen niet meer moest zetten in het middelpunt voor Bijbelonderricht, maar moest gaan gebruiken ter bevordering van de sociale welvaart!

„Wij staan, zeide dr Moffett, bij niemand achter in den wensch, om hel geheele sociale leven van het volk. te doordringen met het Cliristjndom. Maar de eere van . de Koreaanscho kerk, de bron van haar kracht, de oorzaak van haar onvergelijkelijken wasdom, ligt in haar streven de menschen in te leiden in de 303 Heilige Schrift. Een indringende en voortgaande inleiding der geheele kerk in het Woord Gods is de steeds geldende taak der kerk en haar roeping, alle eeuwen door van haar geschiedenis. Het Bijbelonderricht is noodzaltelijk, zullen wij de kerk kunnen bouwen, zal ze blijven bestaan, aan kracht toenemen, en het middel zijn om de waarheid der Schrift toe te passen op het geheele leven, van het volk. Wij ontkennen de jieteefcenis van sociale welvaart niet. Maar wij begeeren vóór en boven alles aan het Woo^rd Gods zijn plaats te geven."

Dr Knak onderstreept deze woorden. Hij - wijst ook op het gevaar van het Amerikaansche drijven. Het is van groot belang zich de duizend nooden van het landvolk aan te trekken; maar nooit en te nimlneir mag de kerk of de zending zich daardoor van haar eigenlijken arbeid laten afvoeren. De hoofdtaak is en blijft: het Evangelie te brengen aan het volk, waaronder men arbeidt, en het te helpen bij het leeren kenen, en ook leeren gebruiken van den Bijbel voor heel het leven.

Dit moet voorop geplaatst worden.

Maar nu mag ook de aandacht gevestigd op de ijzondere nooden van de bevolking op het platteland.

Wij nemen Engelsoh-Indië als voorbeeld. Drie vreeselijke dingen moeten worden gezegd.

Ten eerste, de bevolking is niet slechts arm, maar totaal bankroet.

Ten tweede, zij zijn onkundig, zoodat zq; niet weten, hoe ellende en ziekte te bestrijden.

Ten derde, in 1921 waren 39 millioen menschen niet in staat te lezen.

In China is het niets beter.

85 pCt. van de bevolking woont op het land. Maar de ..menschen verhongeren. Daardoor mede is er een zoogenaamde beweging der „nieuwe gedachte" ontstaan, die aU nevenbeweging van het nationalisme en in bond met het communisme het onderdrukte en geplaagde landvolk opzet, en prikkelt, om met geweld verbetering te zoeken. Het ontzettende gevaar van deze millioenenbeweging is, dat alle geestelijke factoren worden uitgeschakeld, en het alleen om leniging van den tijdelijken nood, en alzoc om materiëele belangen, zal gaan.

Heeft hier niet de zending een taak, om deze bewoging naar Christus te leiden?

In Japan is het ook alzoo: een beroering onder de land.menschen, het streven naar sociale verbeteringen, maar alles met mateiialisme gedrenkt.

Wat moet de zending doen?

Da conclusies van de Conferentie over deze materie beslaan 14 bl. druks en zijn van groote waarde.

Reeds de aanvang doet weldadig aan. De Conferentie verklaart uitdrukkelijk, dat het ook bij: dezen arbeid erop aankomt, op niets anders aankomt, en ook op niets anders aaidvomen mag, dan om aan de menschen in de geheele wereld Jezus Christus te prediken als den Verlosser, en ze te winnen voor den vroolijken dienst van den Koning.

Maar niet voorbij mag worden gezien, dat de mensch met onzichtbare wortels aan zijn omgeving vastzit. En de toestand van de landelijke bevolking, bezien van Christelijk standpunt, eischt om alle levensvoorwaarden van deze menschen met Christelijke krachten te doordringen. En daarin heeft de zending tot dusver gefaald.

Het is gewenscht, dat de zendeling zelf op het land wonci want het concentreeren der zendelingen in de steden is oorzaak, dat de gewichtige arbeid onder de dorpsbewoners verwaarloosd wordt.

Taak is, om Christelijke karakters te vormen, behulpzaam te zijn bij het zoeken van een gezonde levenswijze in een gezonde omgeving, en de sociale verhoudingen op te heffen.

Met nadruk wordt op de beteekenis van het familieleven de aandacht gevestigd, en de noodzakelijkheid om aan de verbetering ervan te werken. Ook wordt op het lielang van onderwijs gewezen.

Dan daalt het rapport af in het geven van allerlei bijzondere voorschriften, waarin de maat overschreden wordt. Is het b.v. de taak der zending landbouwhoogeischolen te stichten?

Mogen de conclusies nog al te zeer Amerikaansch zijn gekleurd, en zij alzoo ook nog teveel het kenmerk van „Social Gospel" dragen, de beteekenis ervan is voorzeker o.a., dat op den bijzonderen nood van tien honderd millioen menschen de aandacht is gevestigd, en dit was hoognoodig.

Wij besluiten dan ook met het aanhalen van het slot van het rapport:

„De geestelijke erfenis van een natie moet worden gechristianiseerd en opgenomen in de kerk. Maar dan moot aandacht geschonken worden aan de gewoontenl, de taal, den geheelen socialen toestand van de landbevolking, met het bepaalde doel te behouden wat gO'eds daarin is.

Want op het land zijn sommige van de meest gezonde elementen van het nationale leven te vinden.

Wanneer het Evangelie de harteldop van een volk worden zal, dan moeten de gevoelens en gedachten ein nooden van de plattelandsbevolking gekend worfen, en predikers, leeraars en zendelingen hebben daarin gelijke roeping.

Hierin hebben wij één van de meest noodzakelijke voorwaarden, o^m een volk te kunnen beschermen tegen die elementen van een vreemde, buitenlandsche'beschaving, die het innerlijke leven van de inheemschei bevolking dreigen te ondergraven."

„Wij doen een beroep op alle zendingsgenootscliappen, staatslieden, zendelingen, kerken, ja op allen, die hun medemensohen liefhebben, om mee te helpen aan

deal arbeid, die VOöi' het welzijn dei' wereld een Ieveosbelang is. De velden op het platte land zijn wit om te oogStcm."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 juni 1929

De Reformatie | 8 Pagina's

De beteekenis der Jeruzalemsche Conferentie

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 juni 1929

De Reformatie | 8 Pagina's