UIT DE SCHRIFT

Grootere werken.

Hoe zal de toekomst van de Kerk des Heeren zijn?

Eenerzijds worden van buiten af, van de zijde van de wereld, de aanvallen op de Kerk al feller, anderzijds dringt zich in de Kerk steeds meer in een geest van synthese, worden in haar midden aanvaard allerlei wereldsche elementen — wereldsch, al dienen ze zich aan in een religieus gewaad —.

Wat zal er zoo van de Kerk worden?

Als vanzelf dringt zich deze vraag in onzen tijd met kracht naar voren. Maar... zou het wel juist zijn, daarop zijn aandacht te richten? Want bij dat vragen wordt zoo licht vergeten: de poorten der hel zullen haar niet overweldigen. En voorts, 'tis veel meer Schriftuurlijk bezig te zijn met de roeping en de heerlijkheid der Kerk, dan met haar toekomstig lot.

Die roeping is overweldigend, omdat haar heerlijkheid zoo groot is.

De Kerk mag — en daarom moet ze 't ook en zal ze 't ook — grooter werken doen dan Jezus Christus deed bij Zijn omwandeling op aarde.

Christus sprak als machthebbende; het woord der Kerk zal met nog grooter macht uilgaan! Christus kwam om de werken van Satan te verbreken; die in Hem gelooven, zullen nog grondiger, nog intensiever dan Hij eenmaal, Satans macht breken! ChrisluSj om niet meer te noemen deed Zijn werk tot lof en prijs van den hemelschen Vader; uit het werk der Zijnen zal nog grooter heerlijkheid, nog hooggestemder lof tol Ged oprijzen!

Want zij, die meenen, dat hier alleen bedoeld wordt, dat, terwijl Christus Zijn arbeid vrijwel uit, sluitend in Palestina verrichtte, de werken der Zijnen daarin grooter zullen zijn, dat ze over eeJ grooter gebied, door de geheele wereld gedaaJ worden, dat dus het grootere slechts ziet op dJ meerdere uitbreiding van het werk, verstaan dii woord van Christus verkeerd. Het hier gebruikte woord heeft intensieve, geen extensieve beteekenis

Ook de meening, dat hier uitsluitend tot de apostelen gesproken wordt — men denke aaj hun wonderen en doodenopwekkingen, aan huJ prediking, zoo machtig, zoozeer betooning van Geestesvolheid, dat in korten tijd er vijfduizenil tot geloof kwamen — ook deze meening is niei te aanvaarden. Er staal zoO' algemeen mogelijk: wie in Mij gelooft.

Bovendien, waarom doen de geloovigen grooter werken? Omdat Christus Zelf heengaat tot den Vader, en de Zijnen nu Zijn werk moeten voortzetten. De wer-ken, die de Heiland doet, zijn niel Zijn eigen werk, maar het werk van Zijn Zender, Zoo zijn de werken der geloovigen niet hun eige; werk, maar hel werk van Christus, van Hem, Die door hen Zijn werk, dat principieel reeds tot afsluiting gekomen is, voltooit. Maar dan kan di[ niet alleen van de apostelen gezegd worden, wanl dan was er aan het werk van Christus reeds een einde gekomen.

Neen, 't werk der geloovigen van vandaag, van ieder geloovige, is grooter, intensiever, meer indringend en invloedrijk, dan Christus' werk op aarde. Want, nogmaals. Hij is heengegaan tot den Vader, dat is: Hij is verheerlijkt. Hem is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Dus is Zijn eigen werk veel geweldiger, veel machtiger geworden, wordt er veel meer door bereikt. Hij behoeft nu de genade niet meer te verwerven, docli Hij, de Heere der heerlijkheid, loopt nu over van genade. En dat werk verricht Hij door de Zijnen, dus dat overweldigende geldt nu ook van de daden van hen, die in Hem gelooven.

Als de Kerk nu het Woord verkondigt, gaat er meer kracliL van uil, dan eens van het machlhebbend Woord van Christus! Als de geloovige in zijn eigen leven de werken van Satan verbreekt, schiedt dit grondiger, de boeien worden meer geslaakt, dan Christus dit vóór Zijn verheerlijkinj deed bij Zijn discipelen! De invloed^ die van è geloovigen uitgaat in de wereld, is sterker dan eens de invloed van Christus was!

Dat is om te beven. Maar ook om te roemen, Te roemen in Christus, Die zoo waarachtig, zoo volkomen Zich geeft aan wie in Hem gelooft, Die zoo doorwerkt.

Zijn we 't ons bewust? Dan komt 't geloof lol zijn volle spankracht. En dan gaan we — wat er tegen de Kerk of in haar ook geschiedt — moedij verder, getroost verder. Want ook door ons, dat is door HEM. zullen de poorten der hel haar nielj overweldigen.

1) Statenvertaling: meerdere; juister: grootere.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen