GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, gelijk dat gekend wordt uit de handelingen van den Amsterdamsche Kerkeraad in den aanvang der 17e eeuw - pagina 69

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, gelijk dat gekend wordt uit de handelingen van den Amsterdamsche Kerkeraad in den aanvang der 17e eeuw - pagina 69

Rede, gehouden bij het overdragen van het Rectoraat der Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

ÖÈ LEIMCUJE STÜDËNTÊN IN

1610.

67

zij om der wille van hunne studie en van hunne toekomst, ja ook van de toekomst der hoogeschool, smet alle ootmoedigheyt remonstreerden ende suppliceerden, dat doch het selve beroep gheenen voortganck mocht hebben, ende volghens dien, den voorschreven D. Conradus Vorsthis over Len als Meester, Leeraer ende Professoor, niet en wierde gestabilieert" i). Het was toen ter tijd wel voor hen zoo erg niet, als het nu zou geweest zijn; want wat er toen ook bedacht is, om de Gereformeerden ten onder te houden, een collegedwang bij bepualde hoogleeraren is er toen in Holland toch niet uitgevonden ^). Maar als Vorstius kwam, zouden zij bij hun studie

') In de Bibliotheek van Nederlandsche Pamfletten van Fred. Muller, uitgegeven door P. A. Tiele, wordt, PI. I, blz, 119, van dat Request gezegd, dat wel op den titel het jaar 1610 genoemd wordt, maar dat het tocli eerst in October 1611 zou zijn ingediend; terwijl tevens alleen naar Baudaert verwezen wordt. Deze echter, in zijne Memoryen (EA. 1624), '2e Boek, blz. 38ö, noemt het jaar niet uitdrulikelijk, en spreekt zóó van die zaak, dat zij even goed tot 1610 als tot 1611 kan gebracht woi'den. Dat het inderdaad 1610 is geweest, wordt, ondanks het reclitmntig gezag van den bewerker der genoemde pamfletten-lijst, hierboven toch volgehouden, en wel vooral nm de volgende redenen: 1 o. zonder deugdelijke gronden moet geene schrijf- of drukfout in dergelijke opgaven worden aangenomen; 2o. bij de uitgave in 1611 werd in de voorrede vernield, hoe het later gegaan is met twee der onderteekenaars, waarvan één toen reeds rector te Enkhuizen was geworden, een toentertijd niet ongewoon begin voor een aanstaand predikant die had afgestudeerd; waaruit blijkt, dat er tusschen de indiening van het Request en de uitgave daarvan meer tijd moet verlooprn^ zijn, dan van einde October tot December 1611 mogelijk was; 3". de toenmalige Engelsche gezant Rodolphe "Winwood heeft den 5 Nov. 1611, in zijne Tweede Oratie aan de StatenGeneraal (Catal. Muller, nr. 941), dit Request ook vermeld, en wel met de bijvoeging, d.it het ))den 16 October int voorleden jaer" was ingediend (aldaar, blz. 7); en 4». Trigland plaatst het ook in het jaar 1610 {Kerckel. Ges^chied., blz. 905a). Laatstgenoemde heeft het stuk ook opgenomen in zijn geheel, „om daer nyt te verstaen wat apprehensie de studenten van die beroepinge Yorstii hebben ghehadt, mitsgaders op wat gronden haer versoeck is gefundeert, ende met hoedanighe redenen bekleedt gheweest, oock om dat onder de selve verscheydene zijn gheweest, die de Kercke Godts naderhandt noch goede diensten hebben gedaen, ende sommige in 't leven zijnde noch tegenwoordig doen, ende twee van de selve noch teghenwoordich de Theologische Professie in de Gereformeerde Nederlandtsche Universiteyten betreden". ^) Baudaert kon, na de vermelding van het Request, nog zeggen: ))Maer dat en mocht al niet gelden, wie hem [Vorstius] niet hooren en woude, die mocht d'ander Professoren gaen hooren" {Memoryen; Ed. 1624; 2e Boek, blz. 386). Eerst in deze 19e eeuw kon er zoo niet meer gesproken worden; en met name in de laatste jaren heeft het stelsel van hoordwang bijna zijn toppunt bereikt. Hoe men daartoe gekomen is, heeft schrijver dezes in het licht gesteld in eene ten jare 1878 uitgegeven brochure Vry'e Theologische studie, die op blz. 9—20 omtrent dit onderwerp een historisch overzicht geeft, waarvan de sedert door niemand bestredene of weêrsprokene slotsom aldus moest worden uitgedrukt: »In den bloeitijd der orthodoxie was de vrijheid het grootste; en naarmate de kerk in naam liberaler werd, kwam er des te grooter dwang." Dat bij kerkelijke examens thans de eerste vraag

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1882

Rectorale redes | 196 Pagina's

Het kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, gelijk dat gekend wordt uit de handelingen van den Amsterdamsche Kerkeraad in den aanvang der 17e eeuw - pagina 69

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1882

Rectorale redes | 196 Pagina's