GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ideëel en reëel - pagina 19

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ideëel en reëel - pagina 19

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

17

bewust wordt i). De Moor zegt in zijnen commentaar op a Marck 2), dat men onder ideeën gewoonlijk verstaat voorbeelden (in eigenlijken zin) en vormen van dingen, die men maken wil, zooals die voorbeelden en vormen actuzijn in den geest vari den kunstenaar, en dat idee ook in ruimeren zin gebruikt wordt voor elke voorstelling of begrip of beeld, dat wij in ons denken aanschouwen, en da,t het altoos te kennen geeft een conceptum actualem. Kant keerde naar de Platonische opvatting terug. Idee is voor hem een noodzakelijk redebegrip, welks voorwerp niet door de zinnen. aanschouwd of ervaren kan worden 3). Ofschoon ons woord denkbeeld het best met idee overeenstemt, wordt het toch in te beperkten zin gebruikt, om het voor idee in de plaats te stellen. Wij zien er geen bezwaar in, het woord in den zin van Kant te gebruiken, maar met weglating, voorloopig, van het begrip noodzakelijk, wat voor Kant is a priori. Zoo zegt hij op eene andere plaats: ,,de idee is het redebegrip van den vorm van een geheel, in zooverre daardoor de omvang van het menigvuldige zoowel als de plaats der deelen onder elkander a priori bepaald wordt" 4). Wij bedoelen dus met idee een begrip onzer rede in den vorm van een geheel, d. w. z. zóó, dat de verhouding der deelen tot het geheel en hunne plaats volkomen bepaald is. Deze laatste bijvoeging is noodzakelijk, zoowel om de oorspronkelijke beteekenis van het woord zelf, die onder alle opvattingen blijft doorschemeren, als ook om de idee van andere gedachten te onderscheiden ; eene idee i) Priac. philos. Cartes, pars I, def. I I : »Ideae nomine intelligo cuiuslibet cogitationis formam illam, per cuius immediatam perceptionem ipsius eiusdem cogitationis conscius sum". 2) I pag. 50: »Per ideas intelligi soleri exemplaria et formas rerum fiiciendarum actuates in mente artificis. . . Ubi vero idea late sumitur, pro quocumque conceptu aitt nolione vel imagine, quam cogitando inluemur, semper notare conceptum acitialem. 3) Ein Bcgriff aus Nolionen, der die Möglichkeit der Erfahrung übersteigt, ist die Idee oder der Vernunftbegriff. Kr. d. r. Vern., pag. 308 Kirclim. 4) »Diese {die Idee) ist der Veinunftbegriff von der Form eines Ganzen, so fern durch denselben der Umfang des Mannigfaltigen sowohl als die Slelle der Theile unter einander a priori beslimmt wird." Kr. d. r. V., p. 641 Kirchm. 2-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1896

Rectorale redes | 84 Pagina's

Ideëel en reëel - pagina 19

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1896

Rectorale redes | 84 Pagina's