GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 146

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 146

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

136 de tegenstelling duidelijk te maken met het door Luther ingenomen standpunt. "'J) Volkomen terecht heeft BRAÜN, Die Bedeutung der Concupiscenz p. 41. noot 1, opgemerkt, dat in deze opvatting van Luther, dat de concupiscentia niet een defectus naturalis, maar zonde is, en wel het malum radicale, de wortelzonde, waaruit alle actueele zonden voortkomen, het keerpunt ligt van Luther's Theologie en niet zooals Denifle meent daarin, dat Luther tot het inzicht kwam, dat deze concupiscentia invincibilis zou zijn. Het groote verschil tusschen beide springt in het oog; de vraag, of de concupiscentia in ons invincibilis is of niet, raakt een zedelijk ervaringsfeitj de vraag, of de concupiscentia als zonde wordt beschouwd, een zedelijk waardeeringsoordeel. Hier schuilt dan ook de groote fout, waaraan Denifle zich heeft schuldig gemaakt. Volgens hem was de concupiscentia bij Luther abnormaal sterk ontwikkeld; hij spreekt daarom altoos van de „starke Begierlichkeit" bij Luther en vat deze dan meestal op in den zin van de „libido sexualis", zooals ik in noot 36 heb aangetoond. Doordat Luther aan de aanvechtingen dezer concupiscentia telkens toegaf, won zij aan intensieve kracht, en daardoor kwam hij geheel onder haar macht; zoo zou uit dit zedelijk bankroet van Luther het nieuwe dogma zijn geboren : „concupiscentia invincibilis est", waardoor Luther met de Roomsche kerk zou hebben gebroken. Ware deze voorstelling juist, dan zou metterdaad het ernstigste vitium originis op de Reformatie drukken, want haar oorsprong zou dan liggen in Luther's „selbstverschuldete Erfahrung", dat de gewoonte-zondaar geen macht meer heeft, om over zijn begeerlijkheden te heerschen. Nu heeft Denifle de stelling van Luther, dat de concupiscentia invincibilis is, gelijk ik in de volgende noot zal aantoonen, in geheel onjuisten zin uitgelegd, en daarmede is deze beschuldiging reeds van zelf vervallen. Maar ook de voorstelling, die Denifle geeft, alsof Luther eerst door dit nieuwe „dogma" tot een breuke met de Roomsche Theologie zou zijn gekomen, is onwaar en wordt door Luther's eigen getuigenis uitdrukkelijk weersproken. Luther heeft nooit gezegd, dat de stelling: concupiscentia invincibilis est, een nieuw dogma was, waardoor hij afweek van de gangbare opinie der Scholastieke Doctoren; integendeel, hij gaat van deze stelling uit als iets, wat algemeen wordt toegegeven, omdat het door ieder ervaren wordt: „ut experientia docet." In dien zin, waarin Luther bedoelde, dat de begeerlijkheid onoverwinnelijk is, d. w. z. dat ze tot ons sterven in

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 146

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's