GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Overvloedig gewas.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Overvloedig gewas.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Alvorens ik poog de serie artikelen over „Moderne letterkunde en christelijke opvoeding", — die ik door troebele omstandigheden een tijdlang m-eende te moeten onderbreken, — tot een einde te brengen, wil ik eenige beschouwingen inlasschen over een thema, dat velen onzer lezers zeer ter harte gaat.

Wanneer ik de korrespondentie, die langzaam ontstaat als een web van vertrouwelijkheid tusschen lezers en schrijver, doorkijk, krijg ik den indruk, dat velen, ten opzichte van de literatuur, zitten met de \Taag van praktische moeilijkheid: Hoe moet ik mijn keuze bepalen?

Deze moeilijkheid wordt tweezijdig gevoeld, negatief en positief.

De vraag is: hoe kan ik' weten wat ik' niet mag? — maar ook: hoe kom' ik er achter wat per se voor mij de ware kost is?

Sommigen zijn er, die de moeilijkheid gaarne zóó zagen opgelost, dat hun „lijforgaan" wekelijks een soort leesrooster, een literair menu, publiceerde, met welks hulpe ze hun letterkundigen eetlust binnen veilige grenzen konden bevredigen. Anderen zouden voldaan zijn, wanneer door een conclave van, zoowel opvoedkundig als letterktmdig, bevoegden een bijzondere aanprijzing werd gegeven van „boeken, waar je wat aan hebt" Niet zonder oorzaak immers wordt de reklame-verzekering van den handelaar, waarin een iegelijk, die het geadverteerde werk ongelezen laat, zoo ongeveer buiten „de beschaving" gesteld wordt, als zijnde het oordeel van een merkantiel belanghebbende, door den verschrikten lezer eenigszins wantrouwend bekeken.

Maar ook zijn er onder het gilde der opgejaagde lezers, die niets meer verlangen dan een index, waarin een literaire paus, met aan onfeilhaarheid grenzende zekerheid, de boeken brandmerkt, welke schade zouden kunnen berokkenen aan de ziel.

Al zou nu in de weegschaal van de kritiek, en duidelijker nog in het veelszins zuivere gericht der praktijk, blijken, dat geen der drie genoemde methodes duurzaam voldoening geeft, zoo moet

toch erkend, dat het huidige lezerspubliek recht heeft op meer systematische en gezonde paedagogische voorlichting dan het tot dusver teri deel YÏel.

Op elk gebied worden de deelhebbers aan (haast schreef ik: de slachtoffers van) de moderne kultuur, die ten opzichte van vele wpnderen en sohatten der beschaving hun levenlang onmondig blii\'^eri, tot een „verstandig" gebruik afgericht.

Er Worden volksuniversiteitskürsussen, populaire lezingen en tentoonstellingen georganiseerd, om: den hardleerschen mensch een noodzakelijk kwantum praktische wetenswaardigheid in te gieten, betreffende de zegeningen der volkshygiëne, de gevaren van ondoeltreffende voeding, van het onoordeelkundig gebruik' van genotsmiddelen.

Zelfs wordt de niacht van het aanschouwelijk onderwijs door de film in dienst gesteld van de waarschuwing tegen de pestilentieuse.gevolgen van sexueele besmetting.

Maar op het terrein der geestelijke voeding en ontspanning, waar veel verderfelijker, wijl dieper invretende, infektiekrachten werken, wordt de arm'e kultuurmensch nog al te onnoozel aan zijn elementair instinkt overgelaten.

Na w, at ik vroeger in dezezelfde rubriek' heb opgemerkt over het peil en de betrouwbaarheid van de gebruikelijke beroepsrecensies, zal geen onzer lezers zich verwonderen, wanneer ik de pa: edagogische waarborgen van dit soort volksvoorhchting niet voldoende acht.

Natuurlijk mankeert 'er, b'ij name wat de boek beoiordeeling in de kerkelijke pers aangaat, niets aan haar soliditeit inzake de waarschuwing voor moreel gevaarlijke schrifturen, maar men behoeft geen literair vakkundige te zijn omj te weten, dat er aan de kunst van het recenseercn meer vast zit dan het waarschuwend opsteken van den schoolméestervinger of het „werken" met de druipende stroopfcwast.

Over het algemeen dwaalt ons lezend volk door het groeiend literaire woud zonder bevredigende leiding en geruststellende bescherming.

Wij hebben een eerbiedwekkende, angstvallig nauwkeurig spionneerende en kontroleerende, vereeniging tot dierenbescherming, zoodat schier iedere af gejakkerde trekhond door het vonnis van den strafrechter wordt gewroken; ook is onze maatschappij voorzien van een vereeniging tegen kwakzalverij, dewelke reeds menigen knoeier voor het uitgebuite publiek heeft ontmaskerd; — maar op literair gebied worden, naar het schijnt, de kuddedieren bij den voortduur ongestraft „te grazen" genomen en ongemerkt met de jamimerlijkste produkten (bastaarden uit het huwelijk van artisticiteit en gewetenloosheid) volgestopt.

Of wilt ge een ander beeld van de werkelijkheid?

Inplaats van doelbewiist den persoonlijk gekozen weg af te loopen, vagabondeeren velen „op goed geluk, laf" door de wildernis, in het geloof, dat hun „goed gesternte" hun wel op een „mooi verrassinkie" zal doen stuiten.

Ze zwermen als de, niet zaaiende noch maaiende, musschen uit over straat en veld, maar veelal zonder te beschikken over het beveiligende vogel instinkt, hetwelk den gevederden vrijbuiter in staat stelt zelfs in een mesthoop eetbare graankorrel 3 te vinden.

Indien er in deze gelijkenis iets beleedigends mocht schuilen, behoeft onze lezerskring zich aan deze onbedoelde vilainiteit niet te ergeren, bij aldien, gelijk wij boven reeds opm'erkten, juist uit hun „boezem" de verzuchting, wegens onvoldoende oriënteering lop letterkundig gebied, herhaaldelijk opdeinde.

Tot ons, vragenbus-jourrfalisten-die-alles-wet^nmoeten, komt gedurig de wel lastige, niaax verei? rende, vraag: „Licht ons beter in, opdat we niet dolen, en help ons oor'deelen, opdat we niet verlegen staan".

Zie, dat is eigenlijk het kernpunt van de moeilijkheid, i^vaarop we doelen: gevoelde verlegenheid.

De verlegenheid, niet van het t e - w e i n i g, maar van het te-veel.

Wat de Franschman noemt: l'embarras du cboix. Tenminste wanneer men durft leven uit het beginsel, dat ook de literatuur en kunst, die niet speciaal in den christelijken hof ontlook', — mits zij de christelijke zede niet krenkt, — rttag Worden aanvaard als een erfenis der algemeene genade.

Dan, waarlijk, hebben wij niet te klagen over nijpende schaarschte, maar worden we eer bemoeilijkt door stroomenden overvloed.

Dan verschijnt het kind dezer eeuw in het beeld van den rijken mensch, wiens land wél heeft gedragen, en die nu zichzelf kwelt met het overleg: „W^t zal ik doen? — want ik heb niet, waarin ik mijne vruchten zal verzamelen? "

Een vluchtige blik in een eenigszins rriodem toegerusten boekwinkel is reeds genoeg om een gevoel van intellektueele duizeling te verwekken.

Het is inderdaad niet alles Schwindel wat soimmige grootvorsten van den boekhandel ad verteeren over „krakende zolders", die door „spotprijsjes" moeten worden ontlast.

Wie het „geluk" gehad heeft de boekzalen van een „behoorlijke" bibliotheek, als „de Ktoninklijke"' in den Haag, te mogen doorwandelen, voelt zich diep ongelukkiig bij de gedachte, dat zelfs een Methusalemleven tekort is, om deze - „zee" uit te drinken.

De katalogus van de bibliotheek in Berlijn is op zichzelf een bibliotheek.

En nog steeds komt de springvloed van literatuur hooger opzetten.

De maandelijkscbe publikaties van den boekhandel toonen de onmogelijkheid aan, om, ook slechts bij benadering, de nieuwe produkten „bij te houden".

De arme-rijke mensch staat temidden van dit overvloedig gewas, als een verlegen kind in een overladen „warenhuis", dat de kracht mist tot concentratie van zijn indrukken en de vreugde, om de aanschouwing der uitgestalde schatten, voelt wijken voor den angst van niet-te-weten-wat het kiezen zal.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 juni 1922

De Reformatie | 8 Pagina's

Overvloedig gewas.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 juni 1922

De Reformatie | 8 Pagina's