GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„Achter de groote Poort”.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Achter de groote Poort”.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een van de proza-vormen, die in de nieuwere literatuur geleidelijk aan tot een soort zij'n geworden, is de autobiografie als een verhaal van algemeen karakter. Biepaaldelijk wordt dan het eigen jeugdleven van den auteur beschreven, 't zij geheel, 't zij in eenige phase daarvan, en daarom worden (met een minder juisten naam) deze romans gewoo'iilijk „jeugdautobiografieën" genoemd.

Meestal noemt de Schrijver niet zichzelf als hoofdpersoon. Het verhaal of de schetsenbundel betreft een willekeurigen jongen, over wien wordt verteld, die wordt geteekend in z'n milieu en alsproduct van de daar heerschende verhoudingen, of ook een willekeurig meisje, soms niet eens bij name genoemd. De hoofdzaak van deze boeken is dan ook niet het verhaal alszoodanig, maar de psycho-anaiyse van de hoofdfiguur, zooals die door het gebeuren telkens op den voorgrond komt en op dat gebeuren reageert.

Maar bij het nauwkeurig lezen van die boeken, vooral bij de ervaring hoe diep de psycho-, analys© indringt in het leven van zoo'n jongen of meisje, komt men al spoedig tot de conclusie, dat men hier met een autobiografie te doen heeft, dat de Schrijver van en over zichzelf vertelt. Soms zajb. het kleinigheden, waaraan men het merkt, een volgende maal kan men het afleiden uit de nauwkeurigheid van de kennis omtrent personen en verhoudingen, in andere gevallen weten we het uit latere mededeelingen van den Schrijver zelf — maar, bij verschillenden vorm en gevarieerde wijze van ensceneering, blijft steeds het autobiO" grafisch karakter.

Ten voorbeeld wijzen we op van Eeden's „Kleiv: : e Johannes", Van Deyssels' „De kleine Republiek", Van Looy's „Jaapje", Borel's „Het Jongetje", Carry van Bruggens' „Het huisje aan de sloof" e.d.

Deze „jeugdautobiografieën" vormen 'zeker niet de minst belangrijke rubriek moderne romans. Integendeel, ze zijn in den regel van zeer bij'zonder© waarde, omdat ze door hun eigenaardig karakter de natuurlijke vereeniging zijh van de beste tachtigerseigenschappen.

Tot deze jeugdautobiografieën behoort ook het boek, dat we in dit artikel bezien „Achter de groote Poort" 1) van J. van der Ma; as.

‘t Is een schetsenbundel met een tiental afzonderlijke verhalen, die echter alle vertellen van weezen-opvoeding in het zelfde weeshuis.

Een bepaalde hoofdfiguur is er dus niet, al komen verschillende personen in meer dan een verhaal terug. En we zouden niet aanstonds het autobio'grafisch karakter van het boek bemerken, als niet een inleiding voorafging, die dat duidlehjk vooropstelt. De schetsen zelf zijn ook veel meer milieu-beschrijvingen dan verhalen, al is wel het verhalend element hoofdzaak. Maar, als we eenmaal weten, uit de inleiding, hoe de vork in den steel izit, zien we aan vrijwel ieder stuk hoe de auteur hier vertelt van een omgeving, waiarin hij zelf heeft geleefd. Waarvan hij zelf deel heeft uitgemaakt, het groofe wees'huis te Rotterdam, zooals het een aantal jaren geleden (vijf en twintig ongeveer) was. En, al is er dan niet een hoofdfiguur, waarin we den Schrijver zelf herkennen, in onderscheiden© beschrijvingen voelen we toch wel de teekening van eigen ervaring, de herinnering aan eigen gebeuren.

Sommige stukken zijn daarom niet onverdienstelijk in de typeering van menschen en toestanden. Een schets als „Onder den riem", die van de onderlinge verhoudingen onder de weesjongens een beeld geeft, kan daa, rvoor ten bewijze dienen, terwijl b.v. „De Brand" ook wel een eigen kleur heeft. De beste stukken uit den bundel zijn stellig juist die milieu-beschrijvingen, waarin de personen staan tegen den achtergrond van het weeshuis-leven, vertellingen als „Sinterklaas", „De nieuwe Jongen" e.d.

Neel minder daarentegen" zijn de, ietwat moraliseerende, karakterstudies, van den jongen, die niet wil („Als een schip zonder roer"), den jongen, die slechts één ideaal heeft en daama& .r streeft met al z'n kunnen, („Het juk eener jeugd") e.d. Misschien is het, omdat deze schetsen uit het autobiografische kader vallen, misschien omdat te veel bij-effecten veelkleurig maken, in elk geval het moraliseerend-verhalende doet schade aan de karakteriseering.

„Jongensliefde”, ofschoon weinig origineel, is een niet onaardig schetsje, dat in elk geval een indruk nalaat, meer dan b.v. „Sneeuw", dat in geheel andere richting verloopt, dan de opzet deed vermoeden. Beter weer leeft het milieu in 't laatste verhaal „Het Afscheid".

De stijl van de verschillende verhalen is vlot; hier en daar zijn mooie fragmenten aan te wi|zen.

Ietwat zonderling doet de Inleiding aan. Ze is een soort van verdediging tegen eventueele critiek, een waarschuwing, zoo men wil, dat men geen conclusiën trekken mag uit het boek.

M.i. is zulk een stuk geheel onnoodig en zelfs ongewenscht. Onnoodig, omdat een goed boek zichzelf verdedigt, ongewenscht, omdat de gedachte ontstaat aan tendenz, juist door het met nadruk verklaren, dat van geen tendenz sprake is. Romans, door een inleiding voorafgegaan die bespiegeling is over hetgeen volgt, zijn in den regel tendentieus. Ik geloof, dat niemand daaraan gedacht zou hebben, als de Auteur niet zelf die gedachte had opgewekt. Bovendien lijkt mij' de styleering van deze inleiding weinig gelukkig.

Liever daarom denken we heel dat stuk maar weg en aanvaarden het boek, zooals het dan wo'rdt. En dan heeft het inderdaiald wel veel goeds, ook als bijdrage tot de „jeugdautobiografie" in de moderne literatuur.


1) Uitgave Neerlandia, Arnhem.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 mei 1925

De Reformatie | 8 Pagina's

„Achter de groote Poort”.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 mei 1925

De Reformatie | 8 Pagina's