GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Dienst der gebeden.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dienst der gebeden.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aan de beurt van beantwoording is nu een vraag van een onzer lezers, rakende den dienst der gebeden. D'éze: „Als er in onze kerkediensten voor onze Koningin en het V^orstelijk Huis gebeden wordt, zou 'a dan daarbij ook durven bidden voor behouden thuiskomst der Koninklijke familie, als deze op Zondag een onnoodige rijtoer maakt met een rijtuig met vier paarden ervoor? Of acht u zulks heel gewoon? " Ik geef de vraag voluit zooals ze gedaan werd. Ik doe dat, omdat ik, vóór ik haar beantwoorden ga, over de vraag zelve iets wil zeggen.

In de eerste .plaats over den toon, waarin ze schijnt gelezen te willen worden, en dus ook gesteld schijnt te zijn.

Ik kan me vergissen, en mogelijk zou ik de vergissing dan niet begaan, als ik den schrijver persoonlijk kende; maar er is iets in den toon, dat m'e niet bevalt; iets scherps, iets bitters; iets hoogs ook, in dat laatste: „of acht u zulks heel gewoon? " Zoo iets van: „of kan er dat bij u óók al door? "

Voel ik daarin goed, dan zou ik willen zeggen; laat die toon onder ons geen ingang vinden. Laat ons, vooral in publieke gedachtenwisseling, vriendelijk blijven en als we Iemands oordeel vragen niet haU te verstaan geven, dat we wel niet verwachten het antwoord te zullen ontvangen, dat ons het eenige juiste schijnt.

Een tweede opmerking geldt den vorm en daarmee eigenlijk ook reeds den inhoud der vraag.

De vorm is niet die van een verzoek om voorlichting in een zaak waarmee men zelf niet uit den weg kan, maar een onderzoek naar wat hij, dien de vraag wordt gesteld, in een gegeven geval zou doen. En ik mag wel zeggen — maar ik doe het heusch niet in onvriendelijken toon — dat voor dergelijk onderzoek deze rubriek niet bestemd is.

Maar misschien lees ik de vraag wat erg kritisch, en was er van wat ik er in aanvoelde niets in 't hart van den steller. Nu, dan beschouwe hij deze opmerkingen als niet gemaakt.

Doch nu heb ik er nog een, die ik in èlk geval laat gelden.

't Is 'déze, dat ik het onder alle omstandigheden bedenkelijk acht H. M. de Koningin, in haar doen en laten, onderwerp te maken van publieke discussie.

Natuurlijk valt ook haar publiek optreden onder het Christelijk oordeel. JVlaar, als daarin iets is, dat de christelij'ke consciëntie kwetst, zijn er nog andere wegen dan openbare kritiek en afkeuring, om ons oordeel uit te spreken. Ik acht, dat men dan zijn bezwaar het best H. JVI. zelve kenbaar maakt bij persoonlijk schrijven. Dat eischt het Woord tegenover broeders en zusters. Dat vorderen, dunkt me, óók de hoogachting en de liefde die we onze Koningin toedragen, en de eerbied dien we Haar om Gods wil schuldig zijn. De slechte zeden die in andei'e kringen almeer in zwang komen, moeten wj Christenen, vooral in ©en tijd waarin het gezag zoo stelselmatig neeirgehaald' wordt, niet navolgen, maar door beter voorbeeld tegenstaan.

D'och nu eindelijk dan het antwoord op de vraag, gelezen, alsof ze luidde: Is het geoorloofd in 'den dienst der gebeden te bidden voor de behouden thuiskomst van H. IM, de Koningin, als zij des Zondags een onnoodigen rijtoer maakt?

Ik kan me moeilijk voorstellen, dat zoo een onnoo'dige rijtoer van de Koningin en een kerkedienst same-Jivallen, een Dienaar des Woords, althans onder gewone omstandigheden — bij buitengewone omstandigheden doet men nu eemnaal anders dan gewoon — als M in zijn gebed ook H. M. de Koningin gedenld, nu juist voor Haar behouden thuiskomst van dien rijtoer zal 'bidden. 'Wilde men het gebed voor ons Koniiilijl' huis, altoos zóó verbinden aan bepaalde verrichtingen onzer Vorstin, raen zou het spoedig van al zijn waardigheid en ernst berooven.

Vrager zal dat wel met me eens zijn. En dus óók, dat zijn vraag weinig praktisch belang heeft. 'Maar, als hij dit toegestemd heeft, zal hij zeggen: Goed, 't zal weinig voorkomen, dat saamtreffen van een kerkedienst en ©en rijtoer der Koningin, en 't zal zeld® gebeuren, dat een Dienaar des Woords in dat geval *voor behouden thuiskomst van H. M. zal, bidden; maar

als liet gebeurde en als een Dienaar dan zoo bad, zou zijn gebed dan den Heere welbehagelijk zijn? Dat is ook eigenlijk de kern van z'n vraag. Blijkbaar vreest hij', dat zulk een gebed medeplichtig zou maken aan den rijtoer der Koningin en daarmee aan een, ook naar mijn oordeel, stellig min-gewenschte ontspanning op des Heeren dag.

Me dunkt, dat onze lezer het antwoord gemakkelijk zal vinden door de tegenovergestelde vraag te stellen: of het naar "Gods wil, of het in overeenstemming jnet het gebod der naastenliefde zou zijn, in het onderstelde geval te wenschen, dat H. M. niet behouden van haar rit mocht terugkeeren, dat haar daarbij een groot onheil overkwa, m? Een bevestigend antwoord op déze vraag zal hij; onmiddellijk met verontwaardiging afwijzen.

Door er plaats aan te geven in z'n hart, zou liij voelen schuldig te worden tegen het zesde gebod.

Hij zou hartelijk H. M.'s behouden terugkomst beaeeren, en er zich geen oogenblik ongerust over maken, dat hij daarmee haar doen voor zijn rekening nam. En voorzoover dat doen hem zonde scheen, zou hij er aan denken zooals Jezus op G-olgotha dacht aan die Hem aan het Icruis sloegen en de stervend© Stéfanus aan die hem stoenigden. Hij zo-u bedenken, dat als onze naaste zondigt, de handhaving van het recht Grods niet staat aan ons, maar aan den Heere, en dat het ons, die zelf zondaars zijn en alleen door genade kunnen bestaan, voegt genade voor hen in te roepen. Hij zou bidden om de behouden thuiskomst der Koningin, en hp zou méér nog voor Haar bidden.

Nu, dan is daarmee zijn vraag ook beantwoord.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 juni 1925

De Reformatie | 8 Pagina's

Dienst der gebeden.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 juni 1925

De Reformatie | 8 Pagina's