GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gemengd Nieuws.

Joden en de uitlegging van het Oude Testament. et is meermalen opj^emerkt, dat in de laatste ijden van Joodsche zijde weinig gedaan is voor e verklaring van het Oude Testament. Wel hebben oden, die tot het Chri.-lendom bekeerd werden, in ezen belangrijke diensten bewezen, men denke lechts aan de belangrijke studiën van Edersheim. oodsche geleerden hebben nu en dan den arbeid an Christelijke schrijvers in deze gaarne erkend. n dit verband is een uiting van den heer Claude ontefiore in de Jewish Guardian opmerkelijk. eze schreef: ^Indien iemand inlichtingen omtrent f uitlegging van eenig deel van den Hebreeuwschen ijbel begeert, zal hij die niet putten uit boeken oor Joden geschreven. Alle goede en bruikbare ommentaren zijn door Christelijke geleerden gechreven, en dat niet alleen door Engelschen, maar t b s v d b w n « a e v ook door Franschen en Duitschers. Daar is niet een enkele ecisie klas commentaar door een nog levend Joodsch geleerde geleverd over de Profeten of de 1-salmen. zielfs zijn de vijf boeken van Mozes verwaarloosd."

Tot is te verklaren uit het feit, dat Joodsche geleerden zich meer toeleggen op de studie van den Talmud, dan op die van het Uude Testament.

Stemmen tegen het Vredesverdrag. In , Auf der Waiic» no. 42 leest men, dat het geweten der Evangelische Chiistenheid op menige plaats begint ie spreken. In zijn , Evangeliscnen Wochenbricfenc deelt prof. Ueis^uianu onderscheidene vooj beelden daarvan mede. Hij spreekt o. a. van een groote proiesivergadcring in de Alben Hall te Londen, waarin een ernstige loon weid aangeslagen. Dan wijat hij op een verklaring van veertig vooraanstaande Engelschen met den bisschop van Uxtord bovenaan, waarin o. a. slaat: uiw zyn geheel zyn de bepalingen van het Vrtdesveidiag een hoon aan den geest der veertien punten van Wilson, en feitelijk een trouwbreuk tegenover den overwonnen vijand.» Ook de Society ot Friends (de Kwakers; heeft opnieuw, gelijk te voren menigmaal, ernstige woorden geproken. In Zwiiscrland schrijft prolessor Bovet, redacteur van «Geweien en Leven«, die gedurende di.n oorlog een warm vriend van de Enienie was, dat in het Vredesverdrag , een kennelijke woordbreuk* gevonden wordt. Ook haalt de hoogleeraar woorden aan van Ur. J. A. Cramer en Dr. J. W. Pont als vertegenwoordigers van deu »Nederlandschen Wereldbond van Kerken*, waarin geprotesteerd wordt legen de handeling der verbonden machten, door het niet nakomen van een op zich genomen zedelijke verplichting.

Nog wordt medegedeeld, dat ook de HoUandsche Doopsgezinden geprotesteerd hebben.

Ds. L. J Hulst. Wij vonden in „de (Amerikaansche) Wachter" de volgende mededeeling:

„Op den 4acn November mocht onze zilveiwitte Ntstor, Ds. L. j. Hulst, herdenken hoe hij voorna 70 jaren in den dienst des Woords mocht worden bevestigd. , Ue Wachter" feliciteert hem van harte met dit zijn jubleum. 't Is een voorrecht, dat schier geen enkel Dienaar des Woords te beurt mag vallen. Welk een rijk leven ligt achter dezen grijzen Dienaar, rijk in beteekenis ook voor onze kerken. Ds. Hulst IS een stuk historie. Wij verheugen er ons in dat de Heere brem nog weer, tegen alle verwachting in, van het krankbed wilde oprichten. Veriijke de Heere den laten avond van zijn leven met de keur zijner zegeningen."

Wij sluiien ons bij dezen wensch van harte aan. Een zeventigjaiige dienst in het Wooid Gods is een zeldzaam voorrecht.

Een schuld van millioenen. Het bekende Kijnsche Zendinggenootschap staat voor een schuld van miiliocnen. Het kon gedurende den oorlog — in onderscheiding van andere Duilsche Zendinggenootschappen — zijn arbeid met name in Ned, Indië, Zuid-West Afrika, Nieuw-Guinea bijna onbepeikt voortzetten. Maar daar de geldmiddelen daarvoor in den regel niet van uit Du'iischland konden overgemaakt worden, moesten deze in het buitenland opgenomen worden, waarvoor in Duitschlands dekking moest gedeponeerd worden. Daardoor zijn geldmiddelen in de Kaapkolonie, bij Hüilandsche banken, in China en zelfs bij de Engelsche Unieregeering opgenomen. Deze gelden hadden, nu zij ten deele moeten betaald worden, uit de inkomsten der Zendinggenootschappen gedurende den ooilogsiijd kunnen voldaan worden, vooral omdat bet Rijnsche genootschap in het laatsie jaar zoo hooge ontvangsten had te boeken, alsnog niet bij zijn bijna honderdjarig bestaan het geval geweest was.

Maar de vreeselijke daling van de Duitsche valuta in het buitenland heefc alle berekening ie schande gemaakt. Daar tegenwoord g het poi.d sterhng in plaats van met 20 nu met 100mark; de Chineesche dollar in plaats van 2 nu met 5 mark; de Hollandsche gulden in plaats van met 1.70 niet 8 lot 11 mark betaald wordt, zoo bedraagt de in het buitenland opgeloopen schuld over de acht millioen mark! Dit gaat de middelen van het genootschap ver te boven. Wanneer het op dit oogenblik geen crediet meer verleend wordt, of als het verplicht wordt al het opgenomen geld te betalen, s aal het voor een bankroet. Nu is vootloopig slechts een deel der vorderingen opeischbaar. Maar dit neemt niet weg, dat dezer'dagen een Hollandsche bank liet weten, dat na haar laatste afrekening nog 750000 mark moeten gedeponeerd worden, als men niet wilde dat de geldzendingen naar Indië zouden ophouden, waardoor de üaax arbeidende zendelingen geen tractement zouden krijgen. Daar al de bezitiingen van het genootschap reeds als onderpand gegeven zijn, blijft geen andere weg open dan zij i en vrienden een bijzonder offer voor zijn arbeid te vragen.

Mocht dit verzoek ook in Nederland weerklank vinden.

Het Rijnsche genootschap heeft zooveel en zoolang in onze Oost, tenkoste van zware offers en met zoo uitnemend gevolg, aan de Christianiseering der inlandsche bevolking gearbeid!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 december 1919

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 december 1919

De Heraut | 4 Pagina's