Gereformeerde Apologetiek - pagina 36
Rede gehouden bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt in de heilige godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit te Amsterdam
38 de ongeestelijke mensen niet begrijpt de dingen van Gods Geest. Tegen de apologetiek van den ervaringsgrond zette ik mijn bezwaren reeds uit een. Zij kan zich slechts uitspreken in waardeeringsoordeelen. Zij kan trachten ze in ruimen kring tot geldigheid te brengen. Maar zelfs algemeene geldigheid mag — en dit is de kink in den Rickertschen gedachtekabel ) — mag nooit, ook praktisch niet, op één lijn gesteld met objektiviteit. En eer de apologetiek de algemeene geldigheid heeft verworven, hebben de vogels den religieusen inhoud uit haar korven reeds lang weggepikt. Hoe ook bezien — zulk een apologetiek begint met het subjektieve en eindigt ermee. 106
Maar welke methode moet dan gevolgd? Men zou haar kortweg kunnen bestempelen als de defensieve methode. De apologetiek heeft niet te bewijzen of te „begründen", maar heeft bewijzen te ontzenuwen en misbouwde grondslagen uit te graven. De apologetiek liet het maar al te geduldig toe, dat de rollen werden omgekeerd en de bewijslast op haar werd geschoven. Maar het bewijs te leveren staat niet aan haar, doch aan de haar contra dictoire stelsels. En dan zijn wij het met E R N S T eens: „rationalen Einwánden soll sie rational entgegentreten." ) Wij behoeven niet bevreesd te zijn, dat rationeele bewijzen iets tegen ons kunnen uitrichten. Want het tegendeel van wat voor ons suprarationeel is, kan men van de overzijde nooit rationeel maken. Bewijzen, dat God niet bestaat, dat Christus niet heeft geleefd, dat er nooit een oordeelsdag zal aanbreken, zijn niet uit te zinnen. Alle bewijs tegen het geloof ingebracht, kan als schijnbewijs worden ontmaskerd. Hoe groot het niet-rationeele element in het Gereformeerde dogma ook zij, het rationeele erin is toch altijd nog grooter dan het rationeele in het ongeloof. In redelijk heid wint de Gereformeerde wetenschap het ten slotte van elk ander stelsel. ) 106
107
Men bestrijdt behalve het rationeele, ook het ethische, het aesthetische, het harmonische en het welsluitende, het „einheitliche" in onze Gods- en wereld- en levensbeschouwing. Maar ook hier heeft de apologetiek den strijd niet te schromen. Ook hier behoort weer dezelfde methode te worden toegepast. Men bewijze het, dat ons geloof daarin bij zijn beschouwing ten achter staat. En wij houden ons tot de verdediging gereed. Het „contra principia negantem non est disputandum" mag
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 oktober 1922
Inaugurele redes | 60 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 oktober 1922
Inaugurele redes | 60 Pagina's