GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, gelijk dat gekend wordt uit de handelingen van den Amsterdamsche Kerkeraad in den aanvang der 17e eeuw - pagina 20

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, gelijk dat gekend wordt uit de handelingen van den Amsterdamsche Kerkeraad in den aanvang der 17e eeuw - pagina 20

Rede, gehouden bij het overdragen van het Rectoraat der Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

18

PtANCHTS,

E O L A N D U S E N TEtGLAND.

Maar genoeg reeds, M, H., om ons te rloen voelen, dat de reeds zoo groote beteekenis van de Amsterdamsche kerk nog bijzonder verhoogd jwerd door de samenstelling van haar kerkeraad, en om'ons met te meer belangstelling te doen vragen naar hetgeenijoenl door dien kerkeraad_is gedaan. omtrent doop en huwelijk in Oost-Indië, naar aanleiding van een schrijven aan den kerkeraad van ))D. Adriaen Jacobson IJulsebos, predikant tot Jacatra". Sommige van die vragen •wist de kerkeraad zelf te beantwoorden; maar er bleven twee over, die toen als gravamina naar de Dordtsche Synode gezonden werden. Ziehier nu de vragen, gelijk zij in de vergadering van io Nov. 1618 geformuleerd werden: ))Oft den doop voor goet gekent magh worden, die bedient is door Cooplieden, Ondercooplieden, Assistenten, oft andere persoonen, die daartoe door de kercke niet en sijn geauthoriseert, Is geresoliieert een grauamen, daervan vuijt te schrijnen, naer het Synodus Nationael" (Protoc. IV, fol. 303). »Voorts is geresolueert, datmen aeu onse gedeputeerde op het Synodum Nationael, sal oock overschrijuen desen Casus, oftmen de kinderen der heydenen, in Oost-Indien sal mogen doopen, die teenenmael ouergegaen sijn, in de familie der Christenen, ende die een Christen hebben, die belouet, deseluige in de Christelijcke religie op te voeden" (Protoc. IV, fol. 304). En het antwoord op die vragen werd in de vergadering van 20 Dec. 1618 aldus geresumeerd : ))Is gelesen eenen brief van D. Rolando, vuijt den Synodo van Dordrecht geschreuen, nopende onse grauamina ouergeschreuen. De substantie daervan was, dat hy het eerste grauamen niet en hadde voorgestelt, om de eere van onsen kerckenraet, als sijnde des voorstellens onweerdigh, want het buijten dispute is, dat soodanigen doop, geenen doop en can verstrecken. ))0p het tweede is de resolutie, dat de kinderen der heijdenen, al ist datse in de familie der Christenen ouergegaen syn, door aenneminge. adoptie, oft andersyns, niet en mogen worden gedoopt, al ist dat een Christen voor haer gelofte doet, deseluige in de Christelijcke religie te sullen opvoeden, ofle doen opvoeden, voor aleer, datse in de Christelijcke religie wel onderwesen, ende tot haere iaeren gecomen sijnde, haer geloof in Jesum Christum belijden, ende den doop seluer begeeren te ontfangen. De redenen, waerop dese resolutie gefondeert is, syn niet verclaert, alsoo D. Eolandus schrijft de broeders die selfs wel cunnen bedencken" (Protoc. IV, fol. 309). Het pleit voor de geschiedkundige betrouwbaarheid der Protocollen, dat deze onbewimpelde terechtwijzingen zonder eenige aanmerking of opmerking eenvoudig geboekt zijn. Voor het overige was de tweede vraag toch niet in alle opzichten en voor ieder zóó eenvoudig, als zij hier door Rolandus werd voorgesteld en ook zeker voor hemzelven wel was; gelijk wel het best kan blijken uit de omstandigheid, dat zij op 29 Maart 1618, toen zij voor het eerst in den kerkenraad ter tafel kwam, in eene vergarlering die ook door Plancius en Trigland werd bijgewoond, eene vraag »van gewichte" genoemd werd, zóó zelfs dat werd Bgoetgevonden dat een Ieder dese sake sal by hem selven bedencken, end in toecomende bijeencompste syn gevoelen Inbrengen" (Protoc. IV, fol. 278); en gelijk voorts ook blijken kan uit hare behandeling door en in de Dordtsche Synode: vgl. de Acta dier Synode in de 17e, 18e en 19e zitting. En wat de eerste vraag betreft, — hoeveel Heidenen worden er thans niet gedoopt, zonder dat er ook maar eenigszins aan gedacht wordt, degenen die den doop toedienen daartoe kerkelijk te autoriseeren!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1882

Rectorale redes | 196 Pagina's

Het kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, gelijk dat gekend wordt uit de handelingen van den Amsterdamsche Kerkeraad in den aanvang der 17e eeuw - pagina 20

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1882

Rectorale redes | 196 Pagina's