GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 29

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 29

Rede, gehouden bij de overdracht van het rectoraat der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

21 idee eene ware gedachte schuilt, behoort zij daarom niet meer aan den eisch des rechts onderworpen te blijven? Met de nationaliteitsidee is een spel gedreven. Zij is als dekmantel gebruikt geworden, waarachter zich eene staatkunde van eigenbelang verschool. Bovenal heeft Israels vorming ons te leeren, dat elk volk eene eenheid is; het besef dier eenheid heeft te sterken, ook al staan de deelen naar het natuurlijke tijdelijk even vreemd tegenover elkaar als man en vrouw bij het sluiten van den echt. Een gevoel van hooger dan natuurlijke verwantschap moet den burgers gemeen zijn. De nationale levenssappen moeten uit éénen wortel getrokken worden, gelijk dit aan Israël tot in de natuurlijke verwantschap geschonken en afgebeeld was. Nochtans hoe schoon deze grondslag voor Israels volksbestaan was, toch was hij daarvan niet de eigenlijke basis. Het natuurlijke wordt in nog hooger realiteit opgenomen. Alle bloedverwantschap is in den zin, waarin daarvan gemeenlijk wordt gesproken, geheel betrekkelijk. Uit éénen bloede toch is de gansche menschheid geformeerd. Het geslachtsregister van den één is meer, in dieper tijd terug, bekend dan dat van den 1859, met betrekking tot wat toen in Italië voorviel. Hij sprak daarbij ook deze woorden : „Es ist ein Eiiropiiischos Interesse, dasz jetzt wieder das Rechl der Nationalitdlen in der Weise, wie 1848, Derkündet wird, namlich als ein Recht vor dem kein völkerrechtlicher Besitz und keine Pflicht gegen die legitime Obrigkeit mchr g e l t o . . . Es ist ein Europaisches Interesse, dasz durch dienen Krieg die game Revolution wieder lieruorgeru/en ivird. Die Gedanken der Revolution stchen nicht vereinzelt, sie haben einen solidarisel<en 'Lusainnienhang, ob sie ihren Ruf „mit Freiheit und Gloichheit", oder ob sie ihn mit dem Rechte der Nationalitiit beginnt ist dasselbe; eine Loosung zündet immer die andere, bis zuletzt die ganze rechtliche und geschichtliche Ordnung in Flammen dasteht." Deze rede is opgenomen in Stahl's Siebzehn parlameniarische Reden und drei Vortrdge, bl. 219 en volgg. Groen van Prinsterer vestigt op haar de aandacht in iVed. Ged., dl. III. bl 172 en volgg. Zelf voegt hij daaraan toe: „In geheel Europa heeft men aan de modus quo der doordrijving van de Italiaansche unificatie het niet twijfelachtige merk der Revolutie erkend. Met afkeer van de gewetenloosheid die het bedreef en van de lafheid die het aanzag." (bl. 174) Voorts leest men, dl. II, bl. 130: „Het verband van 1870 met vroeger jaren ligt in de aaneenschakeling der oorlogen, waar van 1859 het begin was. „Als of hij van Cavour het geheim had afgeluisterd, heeft Bismarck het nationaliteits-beginsel, ten koste van Denemarken, Duitschland en Frankrijk, wooi' Pruissen, in 1864, 1866, 1870 profijtelijk gemaakt,"

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1890

Rectorale redes | 100 Pagina's

Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 29

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1890

Rectorale redes | 100 Pagina's