De martelarren.
LXXVII. KOMELIS DE LESEOE. Toen Kornelis De Lesenne, ook wel Kornelis van Gend genoemd, nog tot de Roomsche kerk behoorde, was hij hoefsmid, maar sints hij kennis gekregen had aan Gods Woord, en dit aan zijn hart geheiligd was, kreeg ...
De martelaren.
XL VI. NICASE BE LE TOMBET. Tot nu toe hebben wij op den weg naar het marteaarschap ontmoet vele jeugdige menschen. Toch verwekte de Heere meermalen ook uit de ouderen mannen en vrouwen, die om den naam des Heeren in den marteldood g ...
De Martelaren
XLVII. CHRISTOPHORUS FABRITIÜS.Van de Roonsche geestelijkheid in ons vaderland zijn er niet velen geweest, die de beginselen der reformatie hebben gevolgd. En die dit gedaan hebben, zijn voor een groot deel de kloosterlingen geweest, zooals Hendrik van Zutph ...
De martelaren.
L. HUGO DESTAILLCUR en JAIV PICK. Hugo Destailleur en Jan Piek, beiden jongelieden van 22 en 18 of 19 jaren, waren door den band der vriendschap met elkaar verbonden, niet alleen, toen zij nog •onbekeerd waren, maar nog meer, nadat h ...
De martelaren.
LI.WILLEH HOSEIVS.Omstreeks het jaar 1564 had de kerk van Brugge, die reeds te voren hare ouderlingen en diakenen had verkozen, tot haren herder en leeraar gekregen Pieter Gabriels, eenen der ijverigste en moedigste predikers onder het kruis, van 1545 af. De verzamelplaats der gemee ...
De martelaren.
LIL FRANCOIS SOETP. Toen Francois Soete nog in de wereld leefde, was hij bij velen, en vooral bij priesters en monniken, in groot aanzien, want hij hield van een leven in wereldsche genietingen en ijdelheden. Doch de Heere trok hem uit de duisternis en bracht ...
De Martelaren.
LIII. JAN TUSCAEN. Groote verwachtingen wekte het jaar 1566 bij de voorstanders der Hervorming op. Het optreden der edelen zou vrijheid van conscientie verwerven — meenden velen. En wel was het niet te ontkennen, dat er iets gaande w ...
De martelaren.
LIV. JAKOB DE WEVER. »Van dit garen moet gij mij een stuk linnen weven, Jakob." Zoo sprak jonkvrouw Spieringh op zekeren dag tot Jakob de Wever, een linnenwever van beroep. „Goed mevrouw, " antwoordde Jakob vriendelijk. »En wanneer k ...
De martelaren.
LVI. Gï ï DE BRAY (DE BRES).Geen naam uit het martelaarsboek is bij den belijder der waarheid naar Gods Woord in ons vaderland meer bekend dan die van Guy de Bray (verkeerdelijk meestal de Bres genoemd), den opsteller van onze schoone geloofsbelijdenis. ...
De martelaren.
XXXV. JAN HERREWIJN. Te Hondscote, een Westvlaamsch stadje, thans tot Frankrijk behoorende, waren reeds vroeg »vele lieden van de Schrift", zooals een schout dier plaats eens de kruiskerk aldaar noemde. Geen wonder, dat er de vervolg ...