„De wasdom des Lichaams”.
Uit welken het geheele lichaam, bekwamelijk samen voegd en samen vastgemaakt zijnde, door alle voegselen der toebrenging, naar de werking van een iegelijk deel in zijne mate, den wasdom des lichaams bekomt, tot zijns zelfs opbouwing in de liefde. Epheze 4 : i6. Het ...
Van de Voleinding.
XX. En God zag al wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed. Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest; de zesde dag. Gen. 1 : 31. Het lag schier In den aard der zaak, dat vooral bet practisch Optimisme een krachtige ...
Van de Voleinding.
XXI. En hij zeide: Voorzeg mij toch door den waarzeggenden geest, en doe mij opkomen, dien ik tot u zeggen zal. I Sam. 28 : 8^. Hoe verder men het onderzoek omtrent de Voleinding buiten de Schrift voortzet, hoe meer het blijkt, dat w ...
Van de voleinding.
XXII. Zeggende: aat af, wat hebben wij met tt te doen, gij Jezus Nazaréner? Zijt gij gekomen, om ons te verderven ? Ik ken n, wie ^ij zijt, namelijk de Heilige Gods. Markus i : 24.Niet alleen echter Ia het stuk der Bezetenen, maar schier op elk punt van myst ...
Van de voleinding.
XXIII. Als zij nu van de opstanding der dooden hoorden, spotten sommigen daarmede; en sommigen zeiden: Wij zullen u wederom hiervan hooren. Hand. I7 : 32. Bleek de belangrijke beweging, die het spiritisme tot middenpunt heeft, ongeno ...
Van de voleinding.
XXIV. Want ik zoude zelf wel wen schen verbannen te zijn v& n Christus, voor mijne broederen, die mijne maagschap zgn naar het vleesch. Rom. 9 : 3, Nog otinder steekhoudend Is het bewijs, ontleend aan het aut, dat het geloof aan een voorbestaan van het z ...
„Een bij één”.
En het zal te dien dage geschieden, dat de HEERE dorschen zal, van den stroom der rivier af tot aan de rivier van Egypte; doch gijlieden zult opgelezen worden, ééa bij één, o gij kinderen Israels. Jes. 27 : 12. Wat 's Heeren volk thans cóg wedervaart, vindt in wat ...
„Ik zeg u, dat gij den booze niet wederstaat”.
Maar ik zeg u, dat gij den booze niet wederstaat; maar, zoo wie u op de rechterwang slaat, keer hem ook de andere toe. Matth. 5 : 39. Bij den „booze" denkt ge schier als van zelf aan satan, en als ge dan in Jac. 4 : 7 leest: Wederstaat den duivel en hij zal van u v ...
„Satanas”.
Maar hij, zich omkeerende, en zijne discipelen aanziende, bestrafte Petrus, zeggende: Ga henen, achter mij, satauas; want gij verzint niet de dingen, die Gods zijn, maar die der menschen zijn. Mark. 8 : 33. Jezus heeft het woord „Satanas" niet op Petrus toegepast b ...
„Met geen lust bevangen”.
Doorzoekt u zelven nauw, ja doorzoekt nauw, gij volk dat met geen lust bevangen wordt, Zepbanja 2 : I. „Gij zijt met geen lust bevangen" is een verwijt, door Zepharja tot de inwoners van de heilige stad gericbt. Ge moest met den lust bevangen zijn om uw God te dien ...