1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 123
115 langer tijd van beschutting door de vaccinatie, en het besef dat de pokken vermijdbaar waren, medegewerkt hebben tot bereiking van dit resultaat. Vóór de beantwoording der vraag of de vaccinatie direct, dan wel slechts indirect gunstig gewerkt heeft, ga een bespreking over de inoculatie voora ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 124
116 door de pokken gekregen hebben. Want ofschoon besmettelijk, liet men deze in open lucht wandelen en onder de menschen verkeeren. In Amsterdam, Leiden en andere plaatsen werd ter voorkoming van het gevaar voor de gemeenschap, het verbod van inoculeeren gegeven in tijden als er geen epidemie he ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 125
117 brek, dat deze pokken of ingeënt moesten worden op eene plaats, die van de overige menschen was afgescheiden, of de inenting geheel vermijd moest worden buiten eene epidemie dezer ziekte, omdat zij dit altijd met de natuurlijke pokken gemeen hadden, dat zij wel degelijk besmette, dat zij dus ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 126
118 en ANDREW HEWITH uit Engeland propaganda maken voor de Suttoniaansche wijze van inenten ; doch tot een algemeen worden van de kinderpokinenting heeft dit geen aanleiding gegeven. B. v. in Gouda werd de kinderpokinenting voor het eerst in 1785 toegepast bij 13 personen, in 1789 tijdens een epi ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 127
119 getal eerrige 6 tallen zeggen ! en hoe het causaal verband op te maken! Zooveel is zeker het heroïke middel werd toegepast omdat de pokken zoo heftig heerschten. Daardoor alleen reeds wordt de verklaring van het ophouden der epidemieën, tengevolge van het ophouden der inenting met kinderpokke ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 128
120der factoren afzonderlijl< beschouwd daartoe onmachtig is. Maar ook in samenhang beschouwd, kunnen zij de feiten niet verklaren. De drie genoemde factoren toch zijn van meer algemeenen aard. Daarom zou voor eiken leeftijdde toepassing daarvan een gunstig effekt moeten vertoonen. Wie ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 129
121 Nachdruck erwünschtEinige Belege erbeien.Deutscher Reichsverband zur Bekampfung der Impfung, Bitte verbreiten 1\ C C ^''^^ '^" Sie diese Karte! / \ -j -j •p-f-l 1 y Abgeordnete, Aerzte, 100 Stuck 1 M. x V L l i l L4.1* Lehrer usw. senden! Durch die sogenannte „Schutzpockenimpfun ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 130
122 op elke 100 geboorten. In de jaren 1866—70 bedroeg dit cijfer achtereenvolgens 37.9; 52.6; 56.9; 57.6; 29.3. Hieruit blijkt met zekerheid dat de inenting, in het algemeen nog zeer onvoldoende was en in het jaar 1870 zelfs buitengewoon gering. ') Het sterftecijfer onder de kinderen beneden het ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 131
123 na de wet deze ook niet direct toegepast kan worden in koloniën als Engelsch Indië is zonder meer duidelijk. Bekend is ook, dat te laat wordt ingeënt. In het eerste levensjaar slechts 44 " o ; dat ongeveer 70 7o der pokdooden kinderen zijn beneden 10 jaar bewijst het zelfde. Revaccinaties voo ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 132
124 met onvoldoenden uitslag is gebeurd, of te lang is geleden ! anders is de verhouding nog veel gunstiger. Voorwaar geen nuttelooze zaak ! Berekend op 10 jaar, wordt het eenige malen het honderdvoudige. Een voorbeeld uit het begin dezer eeuw n.l. te Liverpool ^) 1902—03. Van de 1163 poklijders ...