1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 181
171 indien bovendien het menschelijk lichaam tegen dezen overgang in snelheden bestand bleek, wellicht iets van dit verschil biotisch te bemerken ziin in het verschil van medebeweging van ons lichaam. Heel licht zal deze mogelijkheid niet te verwerkelijken zijn, daar de weg van een plek op den ae ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 182
172 herinnering aan de logicale onderstelling, dat men bi) de phorometrie wete wat men doet en 't eens is over de vaststelling van het antwoord op de vraag „waarmee meet ge?" Daarnaast bieden de translatielormules de mogeliikheid het door den eenen waarnemer met zijn klokken berekende, om te reke ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 183
173 den niet daar, maar elders. Deze andere plaats valt nu te berekenen en daarmede ook de baan, die geen andere is dan voorhser, maar wel anders dan ze voorheen werd geteekend. De afbuiging van het licht werd waargenomen, de betere berekeningen stonden toe te voorzien, dat andere waarnemingen la ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 184
174 leken: het verschil dat aan den dag trad, berustte op waarnemings-fouten, welke men hoogstens psychologisch trachtte te verkl aren. En vi^anneer men voortgaat de resultaten te volgen waartor het verdiepte inzicht leidt, kan men slechts bewondering koesteren voor de koene denkkracht hier ontwi ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 185
175 van B, grooter zijn dan die tusschen A en B, De vroegere beschouwing deed verwachten, dat de lichtsignalen parallel liepen, dat dus A. B, = A B was. Thans vindt men A, B, > A B. Daaruit volgt dat ook A^ B, > A, B,, Houdt men geen rekening met het gevolg van de ombuiging van het lichtsig ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 186
176 vergelijken in het algemeen ( ^' ) verbindt met de conclusies, waartoe ik thans kwam bij bovenstaande behandeling der onderstellingen van het physicale meten in het bijzonder ( t>]. 7 ] De v e r h o u d i n g v a n de o n d e r s t e l l i n g e n d e r m e t in g in het a l g e m e e n en ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 187
ill Toch zeker het laatste, mits slechts physische en ruimtelijke grootte helderder worden onderscheiden ^), Het ernstigste bezwaar tegen de erkenning van het physisch karakter der grootten hier in het geding, wordt echter niet zoo duidelijk geformuleerd. Het bestaat hierin, dat de waarnemer zou ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 188
178 van den phorometer is te berekenen de verhouding van twee bewelichamen roert of beweegt. Het bij bereiking van dat doel verkregen resultaat is niet waar te nemen: het is 'n benoemd getal, dat de phvsicus als physicometer invoert in z'n berekeningen. Waar hij echter, medebewegend, zelf meten m ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 189
179 element der kennis: kennis blijft waarheids-hezii, [kleur)waarneming biedt warenmerken-hezii. Zoo is de grootte-bepaling der energie het hoogste in de ,,physica". Concrete grootten vergelijkt de physicus nu metend met elkander: dat is zijn begripsüormm;^, die nog niet gereed is: zoolang niet- ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 190
18Ö tisch! — belast en ook de momenten zijn quanta. Kentheoretisch blijkt op dit punt dus wel alles in orde. Alleen maar: de vraag blijft of zoo'n vatten van 'n quantitatieve verhouding 'n volledig natuurbegrip mag heeten. De beantwoording van deze vraag hangt af van den aard der grenzen aan de p ...