Jaarboek 1988-1989 - pagina 51
alle gevallen de kansverdelingen van toetsingsgrootheden T veel moeilijker te bepalen dan wanneer de getoetste hypothese wel waar is. De gehanteerde wiskunde is dan ook vaak allesbehalve eenvoudig en vormt een dankbaar onderwerp voor proefschriften. Dat betekent echter niet, dat elke statisticus ...
Jaarboek 1988-1989 - pagina 52
Maar ook afgezien van dergelijke uitzonderlijke grote data-verzamelingen, in het dagelijks bestaan van een statisticus moet veel gerekend worden. Toen ik in 1961 assistent werd op de afdeling Mathematische Statistiek van het Mathematisch Centrum in Amsterdam, was daar een grote zaal vol met techn ...
Jaarboek 1988-1989 - pagina 53
ondenkbaar, dat het adaptief schatten van intervallen bij de toepassing van de chikwadraat-toets een hersenschim zal blijken te zijn. Ook al is de praktische betekenis van adaptieve methoden dus nog onduidelijk, ze passen wel in een belangrijke ontwikkelingslijn in de statistiek. Laat ik die in e ...
Jaarboek 1988-1989 - pagina 54
andere gedaante hebben de chikwadraat-toetsen juist aan belang gewonnen. Ik denk daarbij aan toepassingen in kruistabellen van dimensie twee of hoger. Hierbij moet u zich een aantal kenmerken van individuen voorstellen, die we op hun onderlinge verbanden nader willen onderzoeken. Laten we als voo ...
Jaarboek 1988-1989 - pagina 55
ijugrootheid die eenvoudig te hanteren is. K. Pearson dacht oorspronkelijk dat het vervangen van de verwachte frekwenties door schattingen asymptotisch géén effekt zou hebben op de verdeling van T, immers voor grote n is het verschil tussen E;; en Ej; relatief klein. Hij nam ...
Jaarboek 1988-1989 - pagina 56
In de Bayesiaanse leer staan twee elementen voorop. Ten eerste het subjectieve kanshegrip. De kans van een gebeurtenis wordt geïnterpreteerd als een graad van persoonlijk geloof in het optreden van die gebeurtenis, operationeel te maken door de "odds" waarmee men bereid is op het optreden van de ...
Jaarboek 1988-1989 - pagina 57
Hieraan is weinig meer toe te voegen. U ziet dat wiskundigen elkaar aardig te lijf kunnen gaan, waarbij slagen onder de gordel bepaald niet worden gemeden. Ter bevrediging van mogelijke nieuwsgierigheid wil ik slechts vermelden, dat ik mezelf tot de frekwentistische school reken (zoals kenners re ...
Jaarboek 1988-1989 - pagina 58
Het tweede voorbeeld werd vroeger altijd door mijn leermeester J. Hemelrijk op college verteld. In de gemeente Amsterdam was de vraag gerezen, of de Amsterdamse trams gewoonlijk (over)vol zijn. Hiertoe werd een representatieve steekproef getrokken uit de Amsterdamse bevolking en werd aan elke get ...
Jaarboek 1988-1989 - pagina 59
Referenties(1) (2) (3)(4)(5) (6) (7) (8)(9)A, de Moivre; Annuities upon lives. W. Pearson, London, 1725. P.-S. de Laplace; Essai philosophique sur les pwhahilités. Supplément a Theorie analytique des prohahilités. Courcier, Paris, 1814. Zie bijvoorbeeld: E.E. Ha ...
Jaarboek 1988-1989 - pagina 60
(20)(21) (10) (11) (12)(13)(14)(15) (16) (17) (18) (19)58laziness should be discouraged. Statistica Neerl. 42 (1988), 83-90. J. de Leeuw; Models and techniques. Statistica Neerl. 42 (1988), 91-98. H.B. Mann and A. Wald; On the choice of the number of inte ...