Zedelijkheid en recht - pagina 32
28belijdt en het dus ook niet heeft te verdedigen, meer dan bedenkelijk zijn nadenken ook over het ontstaan van ideöele verschijnselen als zedelijkheid en recht, te laten beheerschen door deze „wet". Het tweede beding waaronder de zooeven opgeworpen vraag, naar het mij voorkomt, ontkennend ...
Zedelijkheid en recht - pagina 11
7willen noemen de gangbare zedelijkheid en het positieve recht. Naar mijn overtuiging, is er ook nog andere zedelijkheid dan de gangbare en ook no^ ander recht dan het positieve. Wie geen positivist is, of door nominalistische neigingen wordt beheerscht, zal ook van de zedelijkheid en het ...
Zedelijkheid en recht - pagina 12
8zijn de menschelijke wilshandelingen en de vorm is het met een ordening of regeling daarvan overeenkomen. Bestaat zulk een ordening uit wat wij, in tegenstelling met de natuurwetten, die geen uitzondering dulden, de normen noemen, ^) deze normen zijn dan een eisch waaraan mogelijk niets e ...
Zedelijkheid en recht - pagina 24
.20hebt gij te doen met de geboden der menschelijke overheid. ^^) Want wel staat tegenover het positieve recht een Gottgebotenes, Gerechtes, Vemünftiges. Maar dit Vernünftige — de gedachten en geboden van Gods wereldorde — is echter niet zelf een recht — een zoogenaamd natuurrecht of reder ...
Zedelijkheid en recht - pagina 33
29 tingen, die bij hem opgewekt; vrees en schrik, die hem aangejaagd worden; dat hij niet alles kan doen wat hij wil, dat zijn vrijheid beperkt, zijn willen gebonden is aan zekere regelen. Het kind leert zich te onderwerpen ; het leert gehoorzamen; het wordt er aan gewend zijn willen te onderschi ...
Zedelijkheid en recht - pagina 13
9 zedelijkheid en van het positieve recht èn naar hun verhouding zoo tot de ideeën van zedelijkheid en recht, als van die ideeën onderling.Laat mij thans, na de vraagstelling te hebben gefixeerd, u, ter oriënteering in het probleem, een overzicht geven van zijn geschiedenis. Betrekkelijk i ...
Zedelijkheid en recht - pagina 25
21 Volgens Cathrein, ^) voorstander van dat oudere natuurrecht hetwelk ook door Thomas van Aquino werd geleerd, is de kennis van de door God gestelde zedelijke wereldorde ons in de natuurlijke zedewet of wet der natuur, medegedeeld. Van het menschelijk geslacht en daarin zoowel van den eenling al ...
Zedelijkheid en recht - pagina 14
10 de raenschelijke zaken niet door Hem verzorgd werden, ^) is het natuurrecht rederecht geworden en, zooals zeer te recht is opgemerkt, het tafellaken tusschen de moderne en de christelijke moraalphilosophie, welke laatste recht en onrecht terugvoert op den wil van God, doorgesneden. ^) Met echt ...
Zedelijkheid en recht - pagina 15
11 inzicht in de verschillende wijzen waarop men, nadenkende over ons probleem, zich de betrekkingen der twee begrippen heeft gedacht, wil ik u, wat het nieuwere natuurrecht betreft, nog slechts bepalen bij Pichte en Kant. Tusschen Thomasius en Fichte ligt hier bijkans heel de 18^ eeuw. Over Fich ...
Zedelijkheid en recht - pagina 34
80volgen van thesis en niet óok vruchten van physis zouden zijn; dat zij, met andere woorden, niet geworden, maar door de menschen gemaakt zouden zijn en met welk werk zich dan de sterkeren en machtigen tot eigen voordeel, maar zeer ten nadeele van de zwakken zouden hebben belast. Anderzij ...