GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

In de school der wijsbegeerte.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In de school der wijsbegeerte.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

X-

Bolland’s oordeel over het nut der wij sbegeerte.

Vooral met het oog pp den „eenvoudigen" lezer, die zich altijd geweld moet aandoen om' eenige ordentelijke belangstelling te voelen voor de wijsbegeerte, omdat hij nog immer vast-zit in het oude vooroordeel, dat filosofen „halve garen" zijn, aan wier neus de echte eieren voorbijgaan (iëdete Nederlander kent de anecdote!), — wil ik ditmaal een uitstapje maken naar Bolland!

Dit is nu juist een m; an, die een dankbiaar voorwerp van spot schijnt, iemand, die op het volk den indruk miaakt yaii een hevigen zionderling, een soort genialen pias, een woorden-goochelaar, de type van een caricatuur-filosoof, gelijk hij altijd in de volksverbeelding bestaan heeft.

Ik wil aan Bolland demonstréeren, dat filosdfie een ding is, dat niet betrekking heeft alleen op de hersenen, maar op' de heele ziel Van den menscli', en daar (bij de „ongelooivigen") de functie van den godsdienst verricht.

Wij hadden het over het nut der wijsbegeerte, en wezen er op, dat voor den christen de filosofie niet de volstrekte beteekenis |heeft van een levensen wereldbeschouwing, die den verstandelijken vrede insluit.

De christen-wijsgeer zoekt niet een onbekenden god, — hij leeft uit de kennis van den zidh' openbarenden God.

Voor hem geldt, óók in de filosofie, het verheugende woord: De vreeze des Heeren is het beginsel der wijsheid.

De opperste Wijsheid is de Opperste ook van de wijsgeerige wijsheid.

De wijsheid aJs-wetenschap is niet mogelijk zonder de voorafgaande wijsheid als religie.

Maiar zie nu „de anderen".

Ik laat rusten de filosofie, die slechts het doel heeft de wetenschap opj het paard te helpen, die alleen maar gehuurd wordt om lals werkVrouw dienst te doen in het laboratorium der wetenschap.

Dat is slechts filosofie als werk-ondersteUing, die buiten de ziel, de religieuse behoefte, van den mensch omgaat.

Maar bij de échte ïilosofen, de groote wijsgeerige profeten, is de filosofie aelve levensdoel en wordt

weteaschiap, Kunst en religie, aan de filosofie dienstjjlaar gemaaikt.

Dit was reeds zoo (bij - de Griek'scii'e wijsgeeren.

Een naïef wijsgeer als Thales, levende in het primitieve oer-begin der Grieksche igeschiedenis, die leerde, dat alle dingen ontstaan zijn uit... water, had toA werkelijk de hedoeling tegenover het volksgeloof, waarin de goden-saigen de hoofdrol vervulden, eeii nieuwe, verstandelijfc-bevredigende, wereldbeschouwing te stellen.

Voor de groote Grieksche wijsgeeren had de wijsbegeerte niet een tweede-hands-waarde; men bedoelende haar niet om' nut of genof; mien had haar lief om haar zelfswil, gelijk de Tachtigers de kunst beoefenden om' de jkunst.

Daarom heeft Aristoteles eens gezegd, dat de •wetenschap der wijsbegeerte onder alle wetenschappen de éénig .vrije wetenschap is, dat hare verwemng voor bovenmenschelijk taoet worden geliouden, en dat zij goddelijk is omdat zij onnut is.

Nu hieeft Bolland een boökje geschreven met •den wonderspreukigen titel: Het nut der wijsbogeerte, om ditzelfde te betoogen, na.melijk, dat de wijsbegeerte onnut is, in den poplilairen zin van het woord, en dat zij dus alleen nut heeft voor haarzelve.

Het is heuscth de moeite waard dezen profeet van hlet Hegelianis'm© eens met oprechte ontvankelijkheid aan té höören.

Het is waar, dat hij soms, door het Hegeliaansche woordenspel, den indrufc nuaakt van een goioch'elaar, dien men voortdurend „in de gaten" mjoet 'houden, maar in den grond is deze man wel zóó echt als er miaar weinig: moderne denkers (en religieuseni)' zijn.

Reeds de citaten op-bet titelblad zijn het teek'en, dat voor Bolland de wijsbegeerte een ziijnskwestio is.

Er staat (in de nieuwe-vertaling van Spr. 22:17, 18 ©n 8:11): Neig" uw oor en luister naar der wijzen woorden; richt uw h'art op mijne wetenschap. Want liefelij'k' is het, wanneer gij 'z'e beWaart in uw binnenste en zij toet elkander bestendig op uwe lippen zijn. Wijsheid is kostelijker dan koralen, en geen kleinoodieën evenaren haar".

Bij Bolland is dus de wijsbegeerte heel-duidelijk wat voor ons de religie is.

Ziehier zijn redeneering.

Filosofie is datgene wat den mensch' verheft Loven de • samenleving, wier dierlij'k princiep: kan worden samengevat in de woorden: „Pressen, ' san-'fen und siclh begatten".

Ook verheft zich de wijsbiegeerte boven de kunst, •want kunst bémpeit ; 5ich Imet „het schoone" en het schoone behoort tot de dingen, die „beneden" zijn. En de wijsgeer is ide toian, die tot de ontdeldkingi komt: „Hier beneden is het niet".

Het oogenblik, waarop de mensch deze ontdekking doot, is het meest grootsche moment, eigenlijk een soort wedergeboorte, in Izijn leven. „In dat oogenblik openbaart zich des taenschen godsdienstigheid, dat is de onmiddellijkste of minst doordachte wijze, waarop de 'mensch' naar het ware vraagt en het in waameembaarheden niet aanwezig of gegeven acht".

Maar toch is de wijsbegeerte geen godsdienst.

Zij is meer en hooger dan godsdienst, - zij beteekent het hoogtepunt in de ontwikkelingsgeschiedenis van den geest.

Godsdienst toch is, evenals de kunst, een z^aaik' van gevoel, van gevoelvolle voorstellingen. Het is den godsdienstigen mensch niet te doen om het rechte begrip, - hij wil niet hegrijpien, maar verèèren. En 'daarom is alleen de wijsgeer, - de mensch', die van aanschouwing en voorstelling Kwam tot begrip, - wiaarlijk' mensch'. Hij is de wijze, omhóóg-igeleefd tot ware mensohelijkheid.

Wat beteekent dus het nut der wijsbegeerte?

Immers dit, dat de wijzie boVen het nut verheven is.

In de samenleving, - idie nog niet veel boven het dierlijk-natuurlijke uitgaat, - jh'eerscht de vraag naar nuttige dingen, dingen waar men wat aan heeft. Zelfs de kunst heeft voor den alledaagschen mensch' alleen waarde als „levensverfraaiing" en de kunstenaar moet toch beginnen te zorgen, dat hij van zijn kunst kan leven.

Maar de wijze is de mensch', die aan zidhzelf genoQg heeft.

Wil men van wijsgeerig nut spreken, dan zou dit alleen kunnen zijn in dien zin, dat de wijsbegeerte den mensch leert om' na te denken, om te weten wat hij izegt, en om' goed te zeggten wat hij weet.

Ook zou, men kunnen oordeelen, dat de wijsbegeerte een zedelijk nut heeft, inzoover zij (gehjk Xenocrates leerde) den mensch bekwaamt om uit eigene beweging te doen hetgeen de andere menschen alleen doen door dwang van de wet. Maar deze „nuttigheden" zijn, van de zijde des wijsgeers, slechts onbedoelde praktische pro^ fijtelijkheden.

De wijsbegeerte zelf is verlossing van natuurlijke noodzakelijkheid.

Filosofeeren is streven naar verinnelijking.

Filosofie is het komen tot zuivere redelijkheid, t^^ tot zuivere menschelijkheid.

De filosoof is , , der goddelijke genade deelachtig geworden", die 'hem verhieft boven zichzelven.

„Wiant menschelijfc worden is godirienschelijk' worden; over den natuurlijken mensch komt iets goddelijks, wanneer de mensch komt tot wijsheid."

Waarschijnlijk is dit gen9eg ter toelichting van onze bewering, dat voor de rasechte wijsgeeren de wijsbegeerte den dienst Van religie vervult.

Vooral het Hegeliaansche Bollandisme is een sprekend voorbeeld, omdat de christelijke begrippen (ja zeker, onze religie is ook' 'beg'rip'!) hier in het wijsgeerig stelsel worden ingelijfd en ten deele worden opgesmolten.

Wij willen ecïxter den wijsgeer Bollaind nog' een paar stapjes verder volgen, om te kunnen zien, dat voor hem' de wijsbegeerte een soort profetismte is en zelfs een schijnbaar zóó onwijsgeerig ding als de mystiek een wichtig woordje mteespreekt.

Gij moogt niet denken, leeraart Bolland verder, dat de wijsgeer werkelijk de wijsheid heeft. De wijsgeer staat .altijd Voor een tweespalt, omdat het begrip voortdurend ontmoet Jiét onbie'gi'epene. En het is zijn begeerte. dit begrip tot bevrediging te brengen door het versdhijnsel tegenover hemi te leeren kennen als een verschijnsel van eigen wezen.

„Wie durft dus zieggen, dat hij wijs is? " Wijsbegeerte is ten slotte niet meer dan begeerte naar wijsheid.

„Tot meer dan begeerte naar wijsheid behóóren wij het zelfs niet te brengen."

Dit klinkt schijnbaar in tegenspraak met. den vroeger gehoorden hoogen toon van zelfbevredigende wijsheid, maar in werkelijkh'eid zijn we hier al doorgedrongen tot de diepe kern van Bolland's wijsbegeerte, die, naar de gelijkenis der ehristelij'ke religie (of moet ik zegigen: op het voorbeeld ? )f, i een mystidkb verzinking in het mlenschelijk zelf is, om daar in de diepte God te vinden.

Wat volgens onze christelijke waarheid slechts waar is voor den wedergeborene, past Bolland toe op den mensch', die ^zichzelf leert kennen in de rede. 'Hij bieroépt zich op een woord van Clemens van 'Alex> andrië: „Wanneer men aichzelven heeft leeren kennen, •z'al men ook God kennen".

Bij Bolland is deze mfet Godskénnis samenvloeiende zelfkennis het puurste Hegeüaansdhe pantheisme. De grofste Godsontkenning en de hoogste Godsverheerlijking grenzen aan elkander... in hun tegendeelen.

Bolland neemt met een reuz'engreep het heele christelijk waaifheidsorganisme, sprekende van God, idem lilqgps ((hefi Woord, - die in onszelven zichl kenbaar maakt, van den Heiligen. Geest, die in ons komt wonen, van onzen geest, die (gelijk' Augustinus zei) een lafbeeldsel is Vian. de Drieëenheid, — en poot dan dit organisme op den wortel vlan zijn eigen ik...

Hij keert , als het ware de pyramide van het christendom, die met den top naar den hemel streeft, óm en laat h!aar eindigen in.... de aarde.

Het is een omgekeerd christendom, maar met dat al toch ©en soort religie, de wijsgeerige eeredienst van.. •, . den mensch.

Wij weten heel duidelijk, dat de wijsbegeerte dit voor ons niet is.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 januari 1923

De Reformatie | 8 Pagina's

In de school der wijsbegeerte.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 januari 1923

De Reformatie | 8 Pagina's