PSALM 5:1-8
(Vertaling N. B. G.)
Neem toch mijn redenen ter oove en let * op mijn verzuchting, HEER. Mijn God, die 'k als mijn Koning eer, mijn hulpgeroep ga niet verloren Wil, HEER, mij hooren.
Want, HEER, ik richt tot U mijn bede. Des morgens hoort Gij reeds mijn klacht, ik leg die voor U neer en wacht. Wie leeft in ongerechtigheden zult Gij vertreden.
Want nooit behaagt U 't goddelooze, geen dwaasheid, geen bedrog en bloed. Gij, die de leugenaars verdoet, bij U vertoeven nimmer boozen, die 't onrecht kozen.
Dank zij uw goedertierenheden buig ik mij naar Uw tempel neer, in vreeze voor Uw Naam, o HEER, en 't huis, waar Gij wordt aangebeden zal 'k binnentreden.
A. V. B.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 25 juni 1949
De Reformatie | 8 Pagina's