GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De martelaren.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De martelaren.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

LIMBERT THOREIV.

V.

De derde der Augustijner monniken, die zijne belijdenis niet verzaakte; was Lambert Thoren. Ofschoon hij met Vees en Van Esch op het schavot gebracht en van zijn priesterlijke waardigheid ontdaan was, werd hij niet inet hen verbrand. Waarom zulks niet geschied is, is niet bekend. Sommigen beweren, dat hij ten slotte nog bezweken is en zijn Koning verloochend heeft. »Maar dat is ongelooflijk", zegt het Martelaarsboek van Haemstede, »want dat zouden zij zonder twijfel openlijk voor het volk laten doen." Het gerucht verspreidde zich, dat den derden dag na den dood der genoemde martelaren Lambert Thoren in den kerker is ter dood gebracht.

Dit bleek echter later onwaar te zyn; want den len Maart 1524 was hij nog in de gevangenis. Naar alle waarschijnlijkheid is hij juist op dien dag in het geheim gedood.

Toen Luther de tijding ontving van den dood dezer eerste martelaren der kerkreformatie, werd zijn ziele diep getroffen, en wijdde, hij een lied aan hunne nagedachtenis, dat beroemd is geworden. Het was spoedig in veler mond en kreeg in vele Luthersche gezangboeken eene plaats. Ziehier eene vertaling ervan door Prof Siegenbeek, .

Een nieuw gezang heffen we aan Gewijd aan God den Heere; Wij zingen, wat Hij heeft gedaan, Tot zijnen lof en eere. Te Brussel, Neêrlands hoofd én pracht, Gaf door twee jonfrelingen Hij blijken van zijn wondermacht In wie zijn zegeningen Hij naar den geest deed prijken.

Johannes heet recht passend de een Zoo rijk aan Gods genade; Henrik zijn broeder, rein van reen, Een Christen, wars van 't kwade. Zij hebben, scheidend van deze aard, De hemelkroon verworven, Daar ze, als Gods kindren, onvervaard, Zijn voor zijn Woord gestorven. Zijn martelaars zij werden.

De aartsvijand hen in boeien smeet Met schrikverwekkend razen ; De waarheid hij hen loochnen heet, Zocht ook door list hen te azen. Veel Leuvensche Sophisten bracht Hij tot dit spel tezamen. Dan vruchtloos spilt hun kunst haar kracht. De Geest komt hen beschamen. Dwaas, ijdel blijkt hun pogen.

Zij zongen zoet, zij zongen zuur, Beproefden vele listen. De knapen stonden als een nraur. Verachtten de Sophisten,

't Verdroot den ouden vijand zeer. Dat hij, zoo groot, moest wijken Voor jongelingen, zwak en teer. Vol gramschap laat hij blijken. Dat hij hen wil verbranden.

Twee groote vuren stookten ze aan. Waar zij de knapen brachten. Elk voelt door 't wonder zich verslaan. Dat zij die pijn verachten. Met vreugd zien ze in de vlam hen treên Met lof van God en zingen. De moed werd den Sophisten kleen Bij deze vreemde dingen, Dat God zich zoo deed merken.

De schimp thans op berouw hun staat, Schoon wilden zij 't graag maken; Zij roemen niet op de euveldaad. Zij dekken zelfs de zaken. De schande bijt hen met verdriet; Zij klagen 't hun genooten. De Geest nochtans verzwijgt het niet; Het Abelsbloed vergoten Het moet den Kaïn melden.

Doch welke leugens m'ook verdicht', Het zal hun toch niet vromen. Tot God is onze dank gericht: Zijn Woord is weer gekomen. , De zomer staat nabij ons voor. De winter is verwonnen; De teedre bloempjes breken door, Hij, die het heeft begonnen. Hij zal het wel voleinden.

Terzelfder tijd, dat hij het bovengenoemde lied, waarvan wij slechts enkele coupletten hebben medegedeeld, dichtte, schreef Luther een brief »aan al zijne beminde broeders in Christus, die in Holland, Brabant, Vlaanderen zijn", waarin hij o.a. dit zegt: »U is het voorrecht boven de geheele wereld gegeven, om het Evangelie niet alleen te hooren, en Christus te leeren kennen, maar om de eersten te zijn, die om Christus' wil schande en schade, angst en nood, gevangenis en gevaren lijden, en die nu zoo vol vrucht en sterkte zijt geworden, dat gij het zelfs met uw eigen bloed hebt besproeid en bevestigd, daar b.v. de twee edele kleinoodiën van Christus, Henricus en Johannes, te Brussel hun leven hebben schade geacht, opdat Christus met zijn Woord geprezen worde! o, Hoe smadelijk zijn die twee zielen ter dood gebracht, inaar hoe heerlijk en in eeuwige vreugde zullen zij met Christus wederkomen en rechtvaardig oordeelen over hen, door wie zij nu onrechtvaardig geoordeeld zijn! Ach, welk een nietige zaak is het, van de wereld versmaad en gedood te worden, voor hen, die weten, dat hun bloed kostelijk en him dood dierbaar is in Gods oogen! Welk een lust en vreugde hebben alle engelen aan deze twee zielen! Hoe gewiihg hebben zij zich door dit vuur uit dit zondige leven tot het eeuwige, uit de vrees tot de eeuwige heerlijkheid laten overbrengen! God zij geloofd en in eeuwigheid geprezen, dat wij mogen aanschouwen en hooren ware heiligen en ware martelaars, wij, die tot hiertoe zoovele valsche heiligen hebben geprezen én aangebeden." En eindelijk : »Lieve broeders! bidt voor ons en voor elkander, opdat wij de een den ander getrouwelijk de hand bieden, en alleen in éen geest vasthouden aan ons Hoofd Jezus Christus, die u met genade versterke en volmake, tot eer van zijn heiligen naam. Hem zij prijs, lof en dank bij u en bij alle schepselen in eeuwigheid, Amen."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 maart 1890

De Heraut | 6 Pagina's

De martelaren.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 maart 1890

De Heraut | 6 Pagina's