GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De waarde van het Oude Testament

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De waarde van het Oude Testament

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

door W. H. GISPEN, V.D.M, te Delft.

II.

Het Judaïsme legde slechts den nadruk op het eerste, n.l. dat Christus het Oude Testament beschouwde als een boek met Goddelijk gezag bekleed, en vergat de bebeekenis van het werk van Christus. Dit Judaïsme is de groote vijand voor Paulus geweest. Overal bijna, waar Piaulus predikte, reisden hem de Judaïstische dwaalleeraars na. Het waren Christenen uit de Joden, die eischten van de Christenen uit de Heidenen de onderhouding van de wet van Mozes en vooral van de besnijdenis. De bekende Synode te Jeruzalem of wel het 'Apostelenconvent van Handelingen 15 houdt zich al met de verwerping van dit Judaïsme bezig. Paulus richt er, vooral in den brief aan de Galaten, zijn scherpe bestrijding tegen en noemt als kenmerk van het Judaïsme in de brieven aan 'liniotneus en Titus, dat men zich bezig houdt met fabelen en oneindige geslachtsrekeningen (I Tim. 1:4). Men maakte dan, net als de Joden, verhaaltjes, fantasieën zelfs op personen, van wie in de geslachtslijsten van het Oude Testament alleen de naam werd overgeleverd.

Tegenover dit Judaïsme is Paulus zeer kras te velde getrokken en heeft hij in het licht gesteld, dat het Oude Verbond is een verbond van de letter, die doodt, maar het Nieuwe Verbond van den Geest, die levend maakt. Dat de ceremoniëele eischen der Oud-Testamentische "Wet in Christus gevonden hebbeu als schaduwen hun lichaam en dat we dus bevrijd zijn van de dienstbaarheid en staan moeten in de vrijheid, waartoe ons Christus gebracht heeft. En daarmee heeft Paulus ons gedwongen en op het hart gebonden, om ook het boek van hel Oude Verbond met onderscheidingsvermogen te lezen. We moeten als Christenen bij de lezing van het Oude Testament ons afvragen, of we te doen hebben met iets, dat in Christus gevonden heeft zijn vervulling. Én dan verliest al wat ceremonieel is voor ons zijn gebiedend karakter. De Wet der reinheid, de offerwetten, de dienst van Tempel of Tabernakel, de ceremoniëele eeredienst, het is alles vervuld. Maar daarom hebben ze nog wel waarde ook voor den Christen. De ceremoniën voltooien voor ons het schilderij van den Christus, geven ons inzicht in de ontwikkeling der één e openbaring Gods; het beste kunnen we dit uitdrukken met de woorden van Artikel 25 van de Nederlandsche Geloofsbelijdenis: „Wij gelooven, dat de ceremoniën en figuren der Wiet opgehouden hebben met de komst van Christus, en dat alle schaduwen een einde genomen hebben; alzoo dat het gebruik daarvan onder de Christenen weggenomen moet worden; nochtans blijft ons de waarheid en substantie daarvan in Christus Jezus, in denwelken zij hare vervulling hebben. Intusschen gebruiken wij nog de getuigenissen, genomen uit de Wet en de Profeten, om ons in liet Evangelie te bevestigen, en ook om ons leven te reguleeren, in alle eerbaarheid, tot Gods eere, volgens Zijnen wil".

Helaas kunnen we niet zeggen, dat aan het Judaïsme door Paulus' optreden een einde is geinaakt. Wel is het officiëele Judaïsme verzand, maar de Judaïstische ideeën, de overschatting van de waarde van 't O. T., zijn er tot op heden. We noemen het Chiliasme (denk aan 't geval-B e r k h o f f), dat zich bezondigt aan een letterlijke uitlegging der profetische toekomstvoorspellingen en, op grond van Ezechiëls tempelvisioen, offerdienst en tempel in een duizendjarig rijk ziet hersteld en aldus eigen-. lijk werkt aan een overbodigmaking van deïï Christus als vervuiler. We wijzen op het Sabbathisme, dat een schibboleth blijft maken van de noodzakelijkheid van het vieren van den zevenden dag als rustdag en dat wel een moeilijk punt aanroert, maar stelselmatig vergeten blijft, dat Paulus geschreven lieéft: Dat u dan niemand oordeele in het stuk der sabbatten" (Col. 2:16) en de Zevendedags-Adventisten bedreigen zelfs de schenders van den zevenden dag met de hel. We noemen als Judaïstische trekken de verwarring van de in het Oude Testament geteekende verhouding tusschen kerk en staat met diezelfde verhouding in het Nieuwe Testament geëischt. En hierin reikt een Dominé Kersten de hand aan de Roomsche scholastic!, die in de Middeleeuwen zich beriepen op het Oude Testament voor het canonisch recht. Al moeten we erkennen, dat ook de Puriteinen deze theocratische periode van Israël zonder meer wilden beschouwen als normatief voor een Christelijk volk.

Neen, men moet niet denken, dat het Gereformeerd is, een dergelijke vlakke beschouwing van het Oude Testament er op na te houden en zich nooit vroolijk maken met de Nieuwe Rotterdamsche Courant over een Gereformeerden ouderling, die dassenvleesch eet, omdat de das in de Wet van Mozes (Deut. 14:5) gerekend wordt tot de reinü dieren'. Een dt'rgeljjke Gereformeerde ouderling bestaat niet, want hij is niet Gereformeerd!

Paulus heeft dus op dit onderscheid tusschen Oud en Nieuw Testament met recht sterk den nadruk gelegd tegenover alle Judaïstische tendenzen. Maar diezelfde Paulus achtte al de Schrift van het Oude Testament, evenals Jezus en de andere Apostelen, van God ingegeven. Het is van Goddelijk gezag.

Mar ei on ging met zijn onderschatting van het Oude Testament niet in de lijn van Paulus, al verbeeldde hij zich dat. Hij was de man in de oude Kerkgeschiedenis, die den God der Joden en het Oude Testament als minderwaardig beschouwde tegenover den God van het (door hem verkleinde) Nieuwe Testament. En ook Mar ei on heeft, al de eeuwen door, aanhang gevonden bij verschillende secten als Ebionieten, Paulicianen, Katharen, Bogomielen en Albigenzen, bij vertegenwoordigers der zoogenaamde Aufklarung. Ja, zelfs Schleiermacher verklaarde, dat het Christendom stond tot het Jodendom in dezelfde verhouding als tot 't Heidendom. En deze onderschatting van 't Oude Testament in Marcionietischen zin vond ongetwijfeld een bondgenoot in de onder invloed van wijsgeeren als Fichte, Kant, Schelling en He gel staande historische critiek op de Schrift, waaraan namen verbonden zijn als K u e n e n en W e 11 h a u s e n. Deze historische critiek breekt met het Oude Testament als één met het Nieuwe. Ze beschouwt het Oude Testament het liefst als de nationale litteratuur van het Joodsche volk, een toevallige verzameling van de meest verschillende en ook onderling tegenstrijdige boeken, waarin men dan aanneemt een ontwikkeling van laag naar hoog, van animisme en fetichisme tot aan de ideeën der profeten en der Wet toe. Een geliefkoosd thema! En wel heeft dit critische standpunt, waarbij het Oude Testament er behalve de Profeten en sommige Pisalmen niet al te best afkwam, een tegenstand gevonden in de spade, de archaeologische vondsten, de spraak der feiten, maar daarmee is in breeden kring de Marcionietische waardschatting van het Oude Testament niet verworpen. Men kan immers feiten negeeren! En al doet dit de religionsgeschichtliche school nietj deze wischt weer uit het verschil tusschen het Oude Testament en de mythen en sagen der volken, zoodat een Gunkel en Gressmann in Duitschlaud de waarde van het Oude Testament, wat originaliteit betreft, onderschatten. Trouwens al sinds de achttiende eeuw is Israël met zijn naburen in verband gebracht en hoe langer hoe meer heeft men het op één lijn met die volkeren gesteld en dus het eigene van Israël niet voldoende recht doen wedervaren.

Ik zeide: de Marcionietische taxatie van het Oude Testament is niet verleden. Op één voorbeeld wil ik wijzen. We lezen in de krant veel over de nationaal-socialistische partij en heerschappij in Duilschland. Die nat.-socialisten hebben als één van de hen kenmerkende eigenaardigheden: het anti-Seniietisme. Alles wat Jood is, haten ze. En op een een paar jaar geleden gehouden conferentie van theologische studenten uit verschillende landen bleek, dat twee-derde van de Duitsche theologische studenten bij de nationaalsocialistische studentenorganisatie was aangesloten! Een correspondent deelde mede, dat die strevingen, in de studentenwereld ook, tot knooppunt hadden: tegen de overheersching der Joden! f

Het anti-Semietisch element speelt jn Duitsch-|' land op dit oogenblik een groote rol. En dat dit , anti-Semietisme tot zoo'n macht geworden is, daaraan is mede schuld de niets ontziende critiek op het Oude Testament. De Duitschers zijn altijd gevoelig geweest voor de zuiverhouding van hun ras. En men kan hen altijd in grooten getale warm maken, wanneer men er op wijst, dat een volk van een ander ras te grooten invloed oefent in het Duitsche leven. Er zijn ook vroeger geleerden geweest, die uit liefde tot het „Dluitschdom" afkeer hebben gevoeld en uitgedrukt tegen het Jodendom. Dit was bijvoorbeeld in de negentiende eeuw het geval met den beroemden Oriëntalist de Lagarde (t 1891) en met den Engelschen filosoof, die zich Duitscher voelde: Chamberlain (t 1927).

Vooral na den wereldoorlog hebben velen de oorzaak van verval gezocht in bet gebruik van het Oude Testament! Men acht het beneden-Christelijk, vreemd aan het Duitsche ras, gevaarlijk met name voor kinderen. Er is ontstaan een Duitscb-kerkelijke beweging, in welker grondstellingen het Oude Testament als Heilige Schrift wordt afgewezen. Eén van haar voormannen heeft verklaard: „de weg tot den Heiland is veel zuiverder te vinden en te gaan over de sprookjes dan over de geschiedenissen der patriarchen". En men heeft dat ook practisch uitgewerkt in paedagogische boeken en handleidingen voor het Duitsche godsdienstonderwijs. Er bestaat een leerplan, dat de Oud-Testamentische stoffen door Duitsche vervangt en aanwijzingen geeft voor een „religieuze" behandeling der sprookjes en levens van Duitsche grooten als Luther, Beethoven, Bach.

Men zal nog eindigen met het oud-Germaansche heidendom.

Nu zal men zeggen, dat dit radicale standpunt niet officieel is aanvaard. - En zeker, we gelooven ook wel, dat we hier met uitersten te doen hebben. Toch is het nooit goed te keuren, dat ook in het kerkelijk leven de Christen, die Joodsch bloed in zijn aderen heeft, minder rechten heeft dan de Arische Christen. En we zijn dankbaar voor het manifest der Duitsche hoogleeraren in het Nieuwe Testament, dat daartegen protesteerde. Ook is het onbevredigend, dat in de nieuwe constitutie der Dnitsch-Evangelische Kerk staat: „De onaantastbare grondslag der Duitsche Evangelische Kerk is het Evangelie van Jezus Christus, gelijk dat ons in de Heilige Schrift wordt verkondigd en in de belijdenisschriften der reformatie nieuw aan het licht gekomen is. Hierdoor worden de volmachten, die de Kerk voor haar positie noodig heeft, bepaald en begrensd".

En dat twee-derde der toekomstige religieuze leiders van Duitschland reeds een paar jaar geleden anti-Semietisch was, zegt toch wel iets.

Wel valt er op te letten, dat deze anü-Oud-Testamentische richting pas de aandacht getrokken heeft en ook tot meerdere organisatie gekomen is sinds 1921. Dat is: sinds het jaar, waarin twee anti-Oud-Testamentische boeken verschenen, één van den grooten H arnack en één van Friedrich Die 1 i t zs o h. IDat van, H ar u a c k heette „Marcion".

Rectificatie. In het vorige artikel, dat niet door mij werd gecorrigeerd, moet in de eerste kolom op den derden en tweeden regel van onder de zin tusschen haakjes vervallen.

G.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 oktober 1933

De Reformatie | 8 Pagina's

De waarde van het Oude Testament

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 oktober 1933

De Reformatie | 8 Pagina's