Schuld en straf - pagina 99
Rede, gehouden bij het overdragen van het rectoraat der Vrije Universiteit
93 laten." (bl. 349) Dat wie zoo schrijft, de diepere geschilpunten liefst ter zijde laat, is zeker niet vreemd. 11) Wat toch noodig is. Gelijk een voorstander van het Utilitarisme, Von Ihering, schrijft: »Das Gesammtresultat sammtlicher Wirkungen sowohl in der Gegenwart wie in der Zukunft entscheidet darüber, ob etwas nützlich oder schadlich ist." (^Der Zweck im Recht, dl. II, 1^ dr., (1883), bl. 210) 12) T. a. p., dl. I, 2^6 dr. (1884), bl. 446/7. 13) Z., dl. XX, bl. 440 en volgg.. 1*) Proeve over de middelen waardoor de waarheid wordt gekend en gestaafd, 1« dr., bl. 4. 15) Biederlack, Die modernen Strafrechtstheorien vom Standpunkte der 'christlichen Staatsauffassung (1898), bl. 1, wijst ook op de groote onzekerheid en verwarring, sedert Hugo Grotius het recht scheidde van godsdienst en moraal, welke verwarring er toe leidt, dat men voor de heerschende meeningen zwicht als ware het wetenschappelijk inzicht eene zaak van mode. 16) Gerichtssaal, dl. XLVI, bl. 391 en volgg.. 17) Z., dl. III, bl. 7. 18) Actes du premier congres intern, d'anthr. crim.., bl. 321 en volgg.. 19) mdée
de responsabilité (1884), bl. 233 en volgg..
20) Determinismus und Strafe (1890), bl. 11. 21) Z , dl. XIII, bl. 337/38. 22) Les responsables devant la justice (1888), bl. 268. 23) Gerichtssaal, dl. XLVI, bl. 251. 24) Z., dl. XVI, bl. 309. 25) Die Aufgaben der Strafrechtspflege (1895), bl. 269. 26) T.V.S.,
dl. XII, bl. 395.
2') Z., dl. III, bl. 44. Hij stelt dan als bewijs de vraag: zwem ik, omdat ik in het water ben gevallen, of opdat ik niet verdrinke? Het sofistische van de redeneering is goed uiteengezet door Von Buri, als hij Schrijft; »es gelangt hierbei die Eigentümlichkeit des quia und ne nicht zum Ausdruck, weil ein Aquivalent für die Norm nicht erkennbar gemacht wird. Der Norm würde etwa das Gebot entsprechen: Du solist nicht in das Wasser fallen, und das Schwimmen würde die angedrohte Strafe darstellen. Falie ich dann doch ins Wasser, so begründet es allerdings keinen Unterschied, ob ich schwimme, weil ich hinein gefallen bin, oder weil ich mich retten will. Jedenfalls aber musz ich nicht schwimmen, damit ich nicht in das Wasser falie". (Z., dl. IV, bl. 170) 28) Z., dl. III, bl. 11. 29) Z., dl. XIII, bl. 344.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1900
Rectorale redes | 130 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1900
Rectorale redes | 130 Pagina's