GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een nieuw boek van Rönne

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een nieuw boek van Rönne

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Eenigo jaren geleden deden de romans van den Deenschen Schrijver Jörgen Falk Rönne in vertaling hun intrede hier te lande, 't Was een „entree joyeuse", een blijde intocht. ^, Het Geluksland" en „Met kerstmis naar huis", die den stoet openden, werden met vreugde allerwege begroet en ontvangen als frissche, fleurige, ontspannende en toch vooral niet inhoudlooze lectuur; 't eerstgenoemde, dat z'n 23e duizendtal haalde, behoorde zelfs een tijdlang tot „de boeken van den dag". Met betrekkelijk korte tusschenpoozen volgden daarna de deelen elkander op. „En de Noordzee bruist", „Roode Rozen van 't Geluk", „De Consuls vrouw", , , Onder het dak der pastorie" verschenen binnen het bestek van enkele jaren en vonden ook alle hun weg. De editie van dit zestal, uitgave van Elseviers U. M. te Amsterdam en vertaling van A. en E. Huber, was een succes.

Na „Onder .het dak der Pastorie", - dat van 1926 is, kwam er stilstand, ofschoon de Uitgeefster in een vroeger prospectus had meegedeeld, dat ze van twaalf Rönne-romans het vertaalrecht had. Blijkbaar was ze van meening, dat ze met een voortzetting dezer „emissie" even moest wachten. En daaiin had ze gelijk. De roman van Rönne heeft een sterk-sprekend, eigen karakter, dat in elke proeve duidelijk naar voren komt; de menschen, de toestanden, de verhoudingen zijn in hun algemeenheid steeds dezelfde, de verhalen zijn, althans in hun hoofdinhoud, gelijksoortig. Een te veel van deze boeken binnen te korten tijd zou dus de belangstelling kunnen doen verflauwen en op den duur het debiet schaden. De moderne belangstelling is toch al heel vluchtig en de verwachting, dat ze voor twaalf romans van dit soort lOnverzwakt zou blijven, zou zeker te hoog gespannen blijken. Aan den anderen kant was het waarschijnlijk, dat het frissche van den Rönneroman de lezers opnieuw zou bekoren, als ze een tijdlang andere literaire spijs hadden genoten.

We veronderstellen dat overwegingen in dezen geest de Uitgeefster hebben geleid toen ze voor een poos de Rönne-editie onderbrak. In elk geval is op deze gronden de tijdelijke stilstand nuttig en zelfs noodig geweest. Want nu er weer een nieuw deel is, zijn we aanstonds weer geïnteresseerd. En als daarmee een tweede half-dozijn wordt ingeluid, zal dat allicht, zij het dan ook op kleinere schaal, wéér een entree joyeuse maken.

Het zevende Rönne-boek draagt tot titel „H e t Neveleiland", voert den lezer weer naar een verweg gelegen eenzaam eiland, ergens hoog in de Noordzee, en is ook weer van hetzelfde type als de vorige verhalen.

Op dat neveleiland wonen vrijwel uitsluitend vrouwen. De mannen zijn, op aandringen van den ouden Jacob, op een dag gezamenlijk ter vischvangst uitgevaren, en niet teruggekeerd, 't Is dus di'oevig gesteld onder die vereenzaamde weduwen en halfweezen. Ze tobben een moeilijken winter door en hebben alle levensvreugd verloren. Om hun uiterlijk bekommeren ze zich niet meer, ook niet om wat het leven eenige kleur geven kan: ze houden zoo goed mogelijk hun armelijk stukje grond bij en weten zoo voor gebrek zich te vrijwaren — maar dat is ook alles.

Op dit Vrouweneiland nu komt op een bepaalden dag een jonge man. Met drie makkers is hij van een schip aan wal gegaan om voedsel en water te halen, maar de boot is afgedreven en zoo moet hij nolens volens op het eiland achterblijven. Zijn komst verwekt begrijpelijke opschudding onder de bewoonsters. Ze loopen uit om hem te zien en door de eene wordt hij met nog meer vriendelijkheid bejegend dan door de andere.

Onder de vrouwen is ook bophie, de weduwe van Jacobs zoon. Zij is in goeden doen, beheert een, voor het eiland, groote boerderij, maar is niet geacht onder de vrouwen, omdat ze een vreemde is en trotsch. In haar bedrijf kan ze opperbest een man gebruiken en daarom spiegelt ze aan Gutte, den eenling, voor, dat ze met hem trouwen wil. Gutte, die niet van de vlijtigsten is, kaïr er zich goed in vinden, zoo ineens , , in den rijkdom" te rollen en begint alvast op haar hoeve als knecht te werken. Maar van dat oogenblik af mijden hem de andere vrouwen, ook banne, het aardige meisje, met wie hij 't eerst gesproken heeft en die hem alles van de omstandigheden op het Neveleiland heeft verteld.

Op een dag, dat Gutte een schaap uit de bergen haalt, dat naar hij meent aan Sophie behoort, bezeert hij ernstig zijn been. Als hij met moeite thuiskomt en door Sophie, zonder dat ze hem helpt, weggestuurd wordt naar Elsebeth, de eigenares van het schaap, leert hij haar waren aard kennen. En als hij dan bij Elsebeth liefderijk wordt verzorgd en daar ook het goede in Sanne (haar dienstmeisje) .ppmerkt, wil hij van Sophie niets meer weten. Hij verandert van Inzicht en ook van gedragslijn en begeert, straks als hij hersteld is, maar één ding: zich de liefde van Sanne waardig betoonen.

Dan, juist in die dagen dat hij weer de oude is, keert onverwacht Jacob op het eiland terug. Hij is weggezeild, om hulp fe halen, maar-, doordat hij lang weg bleef, óók als verloren beschouwd. Nu is hij er weer en als hij het nieuws van Guttes komst hoort en. heeft gezien, hoe deze en Sanne elkander liefhebben, is hij opgetogen. Hij geeft het jonge paar zijn zegen, en, als straks een dominee is overgekomen om het huwelijk in te zegenen, installeert hij Gutte en Sanne op de pachthoeve van Sophie, die van 'de plaats afmoet, omdat mannelijk beheer voorwaarde is van de verpachting. Voortaan zijn Gutte en Sanne de troost en de steun der weduwen en door hun invloed krijgt het leven op 't Neveleiland weer nieuwen glans.

Men ziet het, een echt Rönne-boek weer, en toch ook weer zoo anders van compositie dan de vorige, dat het opnieuw aantrekkelijk is.

Rönne heeft steeds in zijn romans een heel mooie figuur. Pip uit het „Geluksland" en Elsebeth uit „En de Noordzee bruist", de Consulsvrouw, en Inger uit „Roode Rozen ", zijn er de voorbeelden van. Hier, in dit boek, is dat oude Jacob. Hij heeft een zwaren strijd gehad, 't Is op zijn drijven geweest dat, , de mannen, die storm voorzagen, zijn uitgevaren en daardoor voelde hij diep zijn groote verantwoording. Veel en lang heeft hij met God geworsteld, maar daarmee óók de kracht verkregen, om te troosten, voor de vrouwen te lezen en te bidden, des Zondags voor te gaan in de kerk, en aller steun te wezen. Zoo is hij m zijn vroomheid en Godsvertrouwen een krachtige figuur, die een sprekend centrum vormt in dit aantrekkelijke en kleurrijke boek. En in Sanne heeft de Schrijver weer de sympathieke, ernstige vrouwenfiguur gegeven, die hij in Elsebeth en Inger had geteekend en op den zegenrijken invloed gewezen, die van zulk een vrouw kan uitgaan en ook werkelijk uitgaat.

Dus is ook dit Rönne-boek weer een goed boek, dat naast de vorige onze belangstelling waard is. 't Is geen groote literatuur, maar wel goede lectuur.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 juni 1929

De Reformatie | 8 Pagina's

Een nieuw boek van Rönne

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 juni 1929

De Reformatie | 8 Pagina's