GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Wereldoorlog en theologie - pagina 47

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wereldoorlog en theologie - pagina 47

Rede uitgesproken ter gelegenheid van den Dies Natalis der Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Z. i. kan de kerk erkennen, met den oproep der Volksbeweging, dat „volstrekte nonnen als barmhartigheid, gerechtigheid, waarheid en naastenliefde... ook in andere dan Christelijke overtuiging worden gegrond" 126). ,,Niet de mensch, die zichzelf tot maatstaf aller dingen uitroept, maar de mensch met het natuurlijke Godsbesef, niet de atheïst, maar de natuurlij k-religieuse mensch is het wiens humanisme door het Christendom als medestander kan worden aanvaard." Aan Protestantsche zijde staan de zaken wel eenigszins anders. Vooral waar men onder invloed van de dialectische theologie protesteert tegen eiken vorm van de „natuur" als „Vorhalle" van de genade. Wanneer Barth in zijn brief aan de Engelsche Christenen in April 1941 zegt, dat hij in Engeland begrippen ziet hanteeren als „abendlandische Civilisation", „Freiheit des Individuums", „Forschungsfreiheit", „unendlicher Wert der menschlichen Persönlichkeit", „menschliche Bruderschaft", „soziale Gerechtigkeit" enz., dan voegt hij er aan toe: „Mich beunruhigt namlich die Tatsache, dass sie von lauter Prinzipien reden, die auch die eines frommen Indiërs, oder Chinesen oder Atheïsten sein könnten, dass sie bei aller Schönheit und Fruchtbarkeit, die ihnen zweifellos eigen sind, die eigentümlich christliche Wirklichkeiten, auf die die Kirche begründet ist, noch gar nicht berühren." Weet men niet „dass man den Koboldsgeist des neuen Deutschland nicht beikommt, dass man ihm auf dem Felde des Naturrechts zu widerlegen versucht". Men kan de goede Christelijke interpretatie van de ideologie der 18e eeuw — zegt Barth — „auch heidnisch und dann auf einen kleinen Umweg sicher auch hitlerisch interpretieren" en wéét men niet „dass kluge Köpfe in Deutschland das langst getan haben"? „Alle naturrechtliche Argumente haben nun einmal einen Januskopf. Sie führen nicht ans Licht und zu klaren Entscheidungen, sondern in einen Nebel, in welchem zuletzt alle Katzen grau sind." Het zou de moeite loonen in verband met deze opvallende beschouwingen den aanhang van de Nederlandsche Volksbeweging kritisch te bezien, vooral waar er zijn, die blijkbaar hun sympathie voor deze beweging meenen te kunnen combineeren met die voor de dialectische theologie. Men zou hier in vollen ernst van de humaniteit „in de waagschaal" kunnen spreken. Het zal wel zoo zijn, dat bij menigeen het scherpe verzet tegen de antithese tot het leggen van een verband tusschen Christendom en humanisme heeft geleid. Zoo wordt b.v. door van Niftrik het humanisme gezien onder het aspect der autonomie, maar zijn slotconclusie is, dat het reformatorische Christendom ook een zeer bepaald humanisme is nl. in Christus. De Kerk strijdt voor waarachtige humaniteit en daarom kunnen in tijden van bedreigde humaniteit Christenen en ^2*) J. J. M. VAN DER VEN, Christendom land", 5e jaarg. 1945, no. 28.

en Humanisme,

in: „Vrij Neder-

45

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 22 oktober 1945

Rectorale redes | 52 Pagina's

Wereldoorlog en theologie - pagina 47

Bekijk de hele uitgave van maandag 22 oktober 1945

Rectorale redes | 52 Pagina's