GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Psalmen of Gezangen ?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Psalmen of Gezangen ?

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De vraag: Psalmen of gezangen? is niet geheel juist; volledig zou de vraag moeten luiden: eenige of alle psalmen en gezangen?

Gelijk bekend mag worden geacht, heeft Dis K. van Dijk, miss. dienaar voor de kerken van Friesland te Keboemen, de psalmen in het Javaansch op rirjm gebracht.

Er waren voorzeker reeds berijmd© psalmen, nl. 76, doch die waren reeds lang uitverkocht. Bovendien voldeed deze berijming niet, zoodat zij zoo goed als niet meer gebruikt werd. Men heeft toen 40 psalmen uitgekozen en afzon'derlijk uitgegeven, waarvan de taal der berijming eenvoudiger was. Afgezien van het bezwaar, dat de berijming ook hiervan nog veel te wenschen overliet, waren - ook de wijzen er niet bij afgedrukt.

Dus voor onze Javaansche Christenen waren er slecHits 40 psalmen beschikbaar en ook deze pBalm'en waren nog niet ©ens volledig.

Op de vergaderingen van onze z'endingsarbeiders is meermalen over deze zaak gesproken. Algemeen werd gevoeld, dat het zoo niet blijven kon en mocht. Er moest een ander en beter, en zoo mogelijk compleet Psalmboek komen.

Ten slotte werd op een vergadering in Augustus 1925 de .afspraak gemaakt, dat 6 piarsonen ieder 25 psalmen voor zijn rekening zou nemen om te berijmen.

Nu schrijft Ds Van Dijk in het blaadje „Uit Ke> boemen" van Febr. 1927, dat hij deze verdeeling van arbeid niet toejuichen kon. Trouwens, niet een ieder heeft de gave om t© dichten; ©n dan wordit voor het berijmen van psalmen zeer zeker nog wel een bijzondere gave vereischtl „Ieder voelt, dat is een werk, dat zich niet laat opdragen". "Wij vermoeden echter, dat het ook geen bepaalde opdracht geweest is, maar alleen een afspraak, om eens te beproeven of het ging.

Op het einde van 1925 ging echter-Ds van Dijk met verlof naar Nederland. Hij ha)d op zich genomen zijn krachten eens te wij-den aan Psalm 101—125. Zijn helper-Soesena heeft hem geholpen, en hij kreeg den indruk', dat deze wel den heelen bundel kon berijmen. Ds van Dijk kreeg reeds een paar schriften vol mee op de .boot, om na te kijken.

Geheel tevreden was hij echter niet, ©n het was dan ook noodig, dat alles moest worden omgewerkt Daarmee hield Ds van Dijk zich tijdens zijn verlof bezig.

In plaats van zijn 25 psalmen heeft hij dus alle 150 berijmd!

Wat nu?

Wel, het ligt voor de hand, dat hij zijn werk aan de broeders op Java had gegeven, zeggende: ziehier alle 150 psalmen; laat er uw keur overgaan', en vergelijk ze met de berijmingen door de ander© broeders gegeven! De zijne hadden ze kunnen aanvaarden en desnoods sommigen kunnen vervangen door de berijmingen, welk© ©enigen hunner hebben gemaakt; en dan was .alles prachtig in orde geweest.

Dit deed Ds van D'ijk echter niet. Dit meenen wij te moeten betreuren. Doch hij had reden, om aan te nemen, dat de broedters zijn werk in handen van een commissie zoiuden stellen, en dan wel in handen van een. commissie uit de dorporaties, die arbeiden op de verschillende terreinen op. Java.

Dit nu vereischt nadere toelichting. Want de vraag kan opkomen, waarom onze miss. dienaren, die besloten zelf de berijming. der psalmen te verrichten, het werk van een hunner zouden geven ter beoordeeling aan de broeders van andere zendingscorporaties.

Ds van Dijk heldert deze moeilijkheid op.

Imniers, de zendelingen O'p Java schijnen in een gemeenschappelijke vergadering te hebben besloten om tezamen een liederenboek voor de Javaansch© Christenen uit te geven met psalm'en en gezangen beide.

En nu schrijft D's van Dijk, dat de vergadering van onze eigen zendingsarbeiders hem gevraagd had of hij bereid was sommige van zijn berijmdb psalmen af te staan voor een nieuwe gedeelte^ lij k©-uitgave van de psalmen. Hij voorzag dus, dat zijn werk als geheel zou worden op zij geschoven en dat er sommige psalm-en werden uitgehaald.

Was de vrees van Ds van Dijk gegrond? Het is moeilijk dit van hier u, it te maken. Het betoog, dat hij echter over deze dingen houdt, staat wel sterk.

In de vergadering van 'de arbeiders van all© terreinen toch was e-en sterk© strooming, welke de psalmen en gezangen door elkander wilden zetten, en dan aanduiden met nummers; daardoor werden psalmen en gezangen op één lijn gez'et. Hiertegen hebben onze broeders zich krachtig verzet, en Ds van Dijk verwacht, dat dit nu wel niet zal geschieden; toch staat voor hem vast, dat niet alle psalmen zullen worden opgenomen in dat gemeenschappelijk liederenboek.

Op principiëele gronden verzet Ds van Dijk zich nu tegen een gedeeltelijke opneming der psalmen. „Wij hebben in de psalmen een kostelijk geschenk van God, om daardoor uiting t© g©v©n aan wat in ons hart kan omgaan, als wij' kinderen Gods zijn. Onovertroffen schoon zijn di© psalmen, als weergave van den zielestrijd en de zielesmart, maar ook van de zielevreugd© en vrede Van Gods volk. En niet alleen sommige psalmen zijh schoon, ook als geheel, als liederenboek voor de ge'm©©nte des Heeren is het schoon. Het is niet zoo, dat men het opknapt, door er een bloemlezing uit saam te stellen, en wat er dan overblijft ongebruikt te laten liggen, maar men beschadigt het door ©r iets uit weg te laten. In het schoon geheel komt de schoonheid der deelen des te beter tot zijn recht."

Uit dit betoog blijkt, dat Ds van Dijk' afkeurt een gemeenschapp©lijken liederenbundel, waarin ja de psalmen naast elkander staain, doch slechts ten deel© zijn opgenomen. Hij heeft er echter geen bezwaar tegen zulk een bundel gemeenschappelijk uit te geven , indien alle psalmen er in komen. Daar sommige van de broeders uit de ander© corporaties beslist tegen sommige van de psalmen zijn (wij vermoeden b.v. de dusgenaamde „vloek"psalmen) zal dit, naar Ds van Drjk's^ meening, niet gebeuren.

Wij verstaan dus zeer goed, dat hij niet voldoen kon aa.n het verzoek', om sommige van de door hem berijmde psalmen voor zulk een liederenboek af te staan!

Toch meenen wij, dat hij gerust zijn arbeid ter beoordeeling aan onze Gereformeerde broeders had kunnen overgeven, 'desnoods met 'de conditie, dat ze alleen mochten gebruikt worden voor een volledige uitgave van berijmde psalmen. Hadden de broeders deze voorwaarde afgeslagen, dan had Ds van Dijk zelfstandig kimnen handelen.

Door dadelijk zelfstandig te handelen heeft hij o.i. de broeders ietwat afgestooten. In ieder geval, op zijn verzoek om moreelen steun voor zijn zelfstandig© uitgav© der nieuwe, door hem alleen gemaakte berijming, werd door onze miss. dienaren afwijzend b©schikt. Met dezen zedielijken steun bedoelde hij het aanbevelen ©h invoeren van zijn

berijming in de verschillende gemeenten op. Midden-Java.

Ook deze weigering betreuren wij. Het is toch zoo noodig, dat tenminste op ons terrein door onze broeders één lijn wordt getrokken. Zal het nu zoo gaan, dat iu Keboemen een ajidere berijming wordt gezongen dan in Djocja? Zral het nu niet zoo gaan, dat sommige gemeenten van andere terreinen dan Keboemen ook dien bundel van Ds van Dijk willen hebben tegen den wensch van hun miss. dienaar iu, die of zich aan de oude berijming der 40 houdt of den nieuwen gemeenschappelijken bundel neemt van psalmen en gezangen beide? Dat zou een onhoudbare toestand worden.

Een „gezangonkwestie" schijnt er niet te zullen komen, daar Ds van Dijk zeU zegt, dat hij de gezangen zou willen aanvaarden, doch alleen, als niet één van de psalmen wordt weggelaten.

Wij werpen ons niet op als raadgevers van onze broeders op Java; wij denken er niet aan. Maiar wij hopen toch van harte, dat er tenminste op ons terrein eenheid kome in het zingen. Het gaat toch niet aan, dat bij den eenen miss. dienaar de „psalmen van Van Dijk" worden gezongen, bij een ander de oiude 40 psalmen, bij een derde de gezangen van al de arbeiders op, Java. En ook schijnl. het ons niet de aangewezen weg toe, dat een miss. dienaar geheel zelfstandig, buiten de ' andere miss. dienaars om, een nieuwe berijming invoert op zijn terrein. Een psalmberijming moge ieder persoonlijlc ondernemen, de invoering behoort gemeenschappelijk te gescihieden. En moeten de zendende kerken en de Grenerale Dieputaten ook niet in deze kwestie erkend worden?

Doch laten de broeders op Java eerst samen eens praten en trachten tot overeenstemming te komen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 maart 1927

De Reformatie | 8 Pagina's

Psalmen of Gezangen ?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 maart 1927

De Reformatie | 8 Pagina's