„Veroordeeld”.
DE ZESDE LIJDENSWEEK. Gij hebt veroordeeld, gij hebt gedood den rechtvaardige; en hij wederstaal u niet. Jacobus 5 : 6. Dit wai de laatste krenking, die hij onderging, Mr het aan de Verbrijzeling, gelijk 't bijjesaia heet, toekwam. D ...
„Die uw ziel gadeslaat”.
Wanneer gij zegt; Zie, wij weten dat niet; zal Hij niet, die de harten weegt, dat merken? en die uwe ziele gadeslaat, zal Hij het niet weten? want Hü zal den mensch vergelden naar zijn werk. Spreuken 24 : 12. Ge kunt u niet aan het oog van uw God onttrekken. Ge kun ...
„Verbrijzeld”.
Maar hij is om onze overtredingen verwond; om onze ongereclitigheden is hij verbrijzeld; de straffe, die ons den vrede aanbrengt, was op hem, en door zijne striemen is ons genezing geworden. Jesaia 55 : 5. DE ZEVENDE LIJDENSWEEK. [GOEDE VR ...
„Dit ook voor ons bidt”.
Wie is het, die verdoemt? Christus is het, die gestorven is, ja wat meer is, die ook opgewekt is; die ook ter rechterhand Gods is; die ook voor ons bidt. Rom. 8 : 34. Jezus is van ons gegaan. Hij nam 33 juen aan het leven van deze wereld deel. Sinds daarentegen hee ...
„Hebt ge mij lief”.
Hij zeide tot hem tenderden male: Simon Jonaszoon, hebt gij mij lief? Petrus werd bedroefd, omdat hij ten derden male tot hem zeide: Hebt gij mij lief? en zeide tot hem: Heere, gij weet alle dingen, gij weet dat ik u liefheb. Jezus zeide tot hem: Weid mijne schapen. Joh. 31 : ...
„Ik ben met u”.
In net, ik ben met «tieden, alte de dM; en töt de voleinding der werd£ Amen. Mattfa. 25 : 20.Met Jenus öpituding ontittat er een geheel |[ewijcigde rcrhooding tnsichen Jeznt en zijn jongeien.Tot , op Golgotha verkeerde Jezus met 4^n discipelen in de wereld-Hij doorleefde Ittet hen e ...
„Dat ook gij een Heere in de hemelen hebt”.
[HEMELVAART]. Gij heeren, doet uwen dienstknechten recht en gelijk, wetende, dat ook gi} ëenen Heere hebt in de hemelen. Col. 4 : I. De hemelvurt van Jezus is de Tioonsbestijging van oneen Koning.Tot dusver was zijn verkeer op ...
„Die door de hemelen doorgegaan is”.
Dewijl wij dan eenen groeten Hoogepriester hebben, die door de hemelen doorgegaan is, namelijk Jezus den Zone Gods, zoo laat ons deze belijdenis vasthouden. Hebr. 4 : 14. Tnsschen de hemelvaart van Jezus en de uitstorting van den Heiligen Geest op den Pinksterdag v ...
„Niet dat ik den Vader voor u bidden zal”.
In dien dag zult'gij in mijnen naam bidden; en ik zeg u niet, dat ik den Vader voor u bidden zal. Joh. l6 : 26. Schijnbaar is hier tegenspraak, lijnrechte tegenspraak xeïfs. Van den éenen kant de belofte, dat Christus „leeft om voor ons te bidden" (Hebr. 7 : 25); d ...
„In mijn Naam”.
Tot nog toe hebt gij niet gebeden in mijnen naam; bidt, en gij zult ontvangen, opdat uwe blijdschap vervuld zij. Joh. i6 : 34. Vooral in de laatste oogenblikkcD, eer de venader toetrad, droog Jezus er bij zijn discipelen op aan, dat zij voortaan bidden zouden „in z ...