„Het gekrookte riet en öe rookenöe vlaswiek". (Jes. 42:3 en Mattb 12:20).
Twee vragen doet een onzer lezers me over bovenstaande woorden. Juister gezegd: ééne er óver, en een in verband ermee.De vraag erover raakt de juiste verklaring van de woorden in Jes. 43:3: Het gekrookte riet zal hij niet verbreken, en de rookende vlaswiek zal hij niet uitblusschen; met wa ...
GEESTELIJKE ADVIEZEN
Weken en weken lang ontving ik geen vragen. Althans geen vragen, die ik geschikt achtte voor beantwoording in deze rubriek.Doch nü, eindelijk, werd me er een toegezonden, die ik hier gaarne tracht te beantwoorden.Eén — neen, eigenlijk een geheele reeks. Maar die zich toch, omdat ze ...
Oprecht berouw over de zonde.
II. In ons vorig nummer heb ik de verschillende vragen en overwegingen, *die een onzer lezers me, in verband met zijn hoofdvraag naar de mogelijkheid van oprecht berouw over de zonde voorlei, wat gerangschikt.Gelijk ik reeds zeij deed ik dat niet, oan, één v ...
Oprecht berouw over de zonde.
III De opmerkingen in ons vorig n'ummer over de ontoereikendheid en de onvertrouwbaarheid van ons verstand ten opzichte van God en goddelijke dingen hebben ons den weg vrij gemaakt voor de beantwoiording van de vraag die ons bezig houdt: of het verstandelijk en log ...
Oprecht berouw over de zonde.
IV. (Slot.)Cp de grooto vraag, waarover onze hizender licht zocht: of, bij wat we weten van een eeuwigen en onveranderlijken Raad Gods en van een onweerstaanbaar voorzienig bestel waardoor de Heere dien Raad uitvoert, wel plaats blijft voor waarachtig en innig berouw over de zonde, hebben ...
GEESTELIJKE ADVIEZEN
'k Dacht dat onze lezers me als verzorger van deze rabriek reeds emeritus hadden verklaard, ot uit-gevraagd waren. Maar de laatste weken overtuigdeai me, dat de lange rust, die ik genoot, slechts als vacantie bedoeld was^ en dat er, gelukkig — gelukkig niet voor mij, maar voor onze lezers; want e ...
Geloofsverzekerdheid.
Eer-onzer .lezers zond me een drietal vragen toe, die zich alle bewegen om die hoogst-begeerlijke vrucht van het werk des Geestes bij Gods kinderen, die we gewoon zijn „geloofsverzekerdbeid" te noemen.'k Schrijf de vragen hier niet af, en ik ga ze ook niet één voor één beantwoorden. 'kZou ...
Geloofsverzekerdheid.
II. Wat ik nog zeggen wilde, in antwoord op de vragen, betreffende geloofsverzekerdheid, raakt het begrip-zelf, dat door dit woord vertegenwoordigd wordt.Zooals het daar staat, en zooals het ook wel door ons gebruikt wordt, kan het tweeërlei beteekenen. Het ...
Geloofsverzekerdheid.
III. Aan het slot van wat ik in het vorige nummer schreef ter beantwoording van de ingekomen vragen over geloofsverzekerdheid, zei ik, dat in de mij toegezonden vragen en haar toelichting een en ander was, dat me aanleiding geeft, het niet te laten blijven bij wat ...
Geloofsverzekerheid.
IV. • • ' Ik zeide, dat we een slechten ruil deden, toen we over het gemis van verzekerdheid do or het geloof, ons zochten te troosten met Be verzekerdheid van ons geloof.Wij, Gereformeerdien in Nederland, hebben ons daartoe laten verleidea door het Piëtisme ...