Marnix' Byencorf - pagina 63
61 1567, vgl. Goossens, a. w. 94. Zie ook Be. !, 42). Dat geen Fransche uitgave van 1566 of 1567 bekend is, maakt weinig uit. Er zijn zoo veel pamfletten en pamflet-edities verdwenen. 93) De Be. kreeg, heel voorzichtig uitgedrukt, zijn bekenden vorm na Alva's komst (I 195), tijdens of na Don Carl ...
Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 27
19 Het betrekkelijke welke, waartegen Roorda al geijverd had'* — men kan het ook, als alles, misbruiken'" —, werd eerst lang af> gewezen met de constateering: „komt in de spreektaal niet voor", maar verkreeg daarna een halve toelating, voor redevoering en wetenschappelijk betoog. Het eerste vo ...
Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 59
51 en toch hebben zij op de afschaffing daarvan alle krachten ge* concentreerd. Des achten zij al zoo goed als begraven. Hun doel is zeer duidelijk, der in den kortst mogelijken tijd den weg van des uit te zenden. Dit gebeurt op de meest vernuftige wijze: men laat het gebruik volkomen vrij, doet ...
Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 55
47 vermeld te worden. Wie ze wel uitspreekt en leest, pleegt „fetisch* dienst van de letter". In hoogbejaarde leeken is dat nog ver* schoonbaar; maar dat een onderwijzer, die overigens nog wel „op nieuw taaistandpunt" stond, dit nog niet wist! „Terwijl hij toch weet, dat van de beschaafdsprekende ...
Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 129
121 1*^6 Ik had liever de letters niet verklaard; maar het is onbehoor* lijk, zijn lezers raadselen op te geven. Ziehier, wat ik bedoel. Bui* ten A. B. valt al wat plat, of plechtig, of poëtisch bijzonder is. Vgl. o.a. De Vooys, Tk. Opst. I 58=9. — Of zullen wij zeggen persoonlijk buitensporig? H ...
Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 17
9 teele onderzoekingen bij leeren lezen en schrijven, evenals bij het onderhouden daarvan, veel belangrijker dan de auditieve^*; hoe zou trouwens ook anders de gemiddelde Franschman ooit de kunst meester worden, de o^klank op 30 en de èsklank op 55 manieren te schrijven, en altijd als o en è te h ...
Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 40
32 aanstonds zeer nadrukkelijk deed in zijn Pleidooi voor de Moeder^ faal (1893) Dat is Taco Roorda. Door dezen vinden we het h o o f d b e* g i n s e 1 der vereenvoudigers reeds in 1857 scherp en volledig ge« formuleerd: „de grammatische vormen en regels van elke spreek:: taal zijn vast" — zij k ...
Marnix' Byencorf - pagina 50
48 telkens voelbaar: het scepticisme van den wereldwijze, het vuur van den hervormer. De vergelijking van L. S. en Bc. is ook overigens leerzaam. Het eene sober, beheerscht, voornaam, klassiek; ook den vorm ontleende E. aan de ouden, zooals hij zelf aanwijst p. 4, 5; het andere kleuriger, spontaa ...
Marnix' Byencorf - pagina 51
49samenknoopsels van ongerechtigheid: armoede? zij villen de stervenden; kuischheid? een "scortum" noemt hen haar beste klanten; kennis? zij gaan prat op hun domheid - S. Franciscus kende ook geen Latijn! - matigheid? de buik is hun god. Op den kansel balkend zijn ze komedianten, moppentap ...
Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 137
129 te zijn; wie weet dat niet? — Ook in dit stuk is het weer de spelt ling voor en na, en wordt weer de taalkwestie, waar het bovenal om gaat, handig omzeild en verhuld. 222 Ook wanneer al de ernstig bezwaarden over het toegeven aan de revolutie, met volkomen omkeering van begrippen, minachtend ...