De Kerk van Christus en de armen of ongelukkigen.
VI. „Ik was in de gevangenis en gij zijt tot Mij gekomen" is een woord van den Christus, dat diep in het hart der geloovigen van de eerste eeuwen gegradeerd was met onuitw'ischbare letteren. Vandaar hunne bereidwilligheid om zich op allerlei wijze te ontfermen over ...
Van de gemeene Gratie.
LAATSTE REEKS. XVIII. KERK EN STAAT. VI. Uw woord is eene lamp voor mijnen voet, en een licht voor mijn pad. Psalm II9 : I05. Zoo bleek o ...
„En sloegen de henden aan Jezus.”
Maar Jezus zeide tot hem: Vriend, waartoe zijt gij hier? Toen kwamen zij toe, en sloegen de handen aan Jezus, en grepen hem. Matth. 26 : 50. Ons formulier van het Avondmaal zegt het zoo treffend en zoo roerend: „Waar Hij gebonden werd, opdat wij zouden < 7«/bond ...
De Kerk van Christus en de armen of ongelukkigen.
VIII. De heiden, wiens hart gehecht was aan deze aarde en die geen hope koesterde voor het leven hiernamaals, was bang voor ziekte en vermeed de kranken. Ternauwernood droeg hij zorg voor zijne familieleden. Bij epidemiën liet men hen zonder eenige gewetenswroeging ...
Van de gemeene Gratie.
LAATSTE REEKS. XVII. KERK EN STAAT. V. En hij is vóór alle dingen, en alle dingen bestaan te zamen door hem. Colossensen I : I7 Is in het ...
Van de gemeene Gratie.
LAATSTE REEKS. XIX. KERK EN STAAT. VII. Nadert, gij heidenen, om te hooren, en gij volkeren, luistert toe; de aarde hoore, en hare volheid, de wereld ...
De Kerk van Christus en de armen of ongelukkigen
IX. Bisschop Basilius van Caesarea liet gasthuizen bouwen in elk plattelandsdistrict, dat onder zijn toezicht stond; hij droeg ze op, vooral die voor de melaatschen, aan de zorgen der opzieners. Aan de burgerlijke overheden verzocht hij die huizen, aan de barmharti ...
De kerk van christus en de armen of ongelukkigen.
X. In Jezus' kerk mag geen onderscheid zijn tusschen mensch en mensch. De Christen moet zich gebonden gevoelen aan allen, die den naam van Christen dragen; voor hem mogen geen nationale slagboomen zijn; buiten de grenzen des vaderlands mag men geen vijanden meer zi ...
Van de gemeene Gratie
LAATSTE REEKS. XX. KERK EN STAAT. VIII. Ik ben de Heere, en niemand meer, buiten Mij is er geen God; Ik zal u gorden, hoewel gij Mij niet kent. Jesaj ...
De kerk van Christus en de armen of ongelukkigen.
XI. Zonder vrees voor tegenspraak kunnen wij met den kerkvader Epiphanius zeggen, dat de eerste eeuwen der Christelijke jaartelling hebben bewezen, dat de barmhartigheid en de liefde jegens al degenen, die arm zijn, de vruchten en kenmerken zijn der kerk. Daar was ...