1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 61
59 die van de aarde. Er is nu altijd een kegelvlak te leggen om zon en maan. De vraag is nu verder, hoe beweegt zich deze kegel in de ruimte en waar ligt de top. Nu hebben sterrekundigen uitgerekend, dat de gemiddelde lengte van dezen kegel iets kleiner is dan de gemiddelde afstand van aarde en z ...
1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 62
60 schaduwkegel zich op niet al te groote breedte met eene snelheid van ± 500 meter/sec. over de aarde voortbeweegt. Feitelijk is deze snelheid ongeveer 945 meter/sec, doch daar de aarde met de schaduw mee draait in denzelfden zin van het Westen naar het Oosten, wordt deze snelheid tot op iets me ...
1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 63
61 HET W/l/\RNEMEN DER ECLIPSEN. ' Zooals aan een ieder uwer bekend is, komen voor het v/aarnemen van eene zonsverduistering geleerden uit alle deelen van de wereld te samen. De vraag dringt zich nu aan ons op, waarom toch zooveel ernstige msnschsn zooveel dagen uit hunne gewone werkzaamhedsn geh ...
1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 64
62 leidde tot de kennis van de eenheid van het heelal. Ongeveer in denzelfden tijd, toen men uit het aantal en de ligging der lijnen in het spectrum van eene ster gegevens verzamelde over haar chemische samenstelling, gelukte het ook de oppervlakte-temperatuur van de hemellichten te bepalen, door ...
1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 65
63 met behulp van de spectraal-analyse, ondermeer een beeld krijgen uit welke elementen de opeenvolgende lagan der corona zijn opgebouwd. Immers zooals gezegd, kan men uit de aanwezige lijnen in het spectrum besluiten welke elementen daar ter plaatse voorkomen. Dit kan alleen bij eene eclips gesc ...
1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 66
64 HET EINSTEIN-EFFECT. De behandeling van het Einstein-effect hangt nauw samen met de vraag, hoe of inderdaad en bij voortduring, eene stralende zon mogelijk is. In ruwe trekken stelle men zich, volgens Russell-Eddington de wording, het bestaan en het afsterven van een zon ongeveer als volgt voo ...
1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 67
65 kennen, b.v. als warmte en licht, niet wezensverscheiden van de stof is, dan moet deze energie ook de eigenschappen van de stof als traagheid en zwaarte hebben. Dat lichtstralen een druk kunnen uitoefenen, is in den laatsten tijd reeds door een Russische geleerde, Lebedcw, aangetoond '). Het w ...
1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 68
66 zwischen dieser Scylla und dieser Charybdis hindurch zu bugsieren." Dat licht zwaarte had was nu nog te bewijzen. Nu meent Einstein, uitgaande van deze wezensgelijkheid van materie en energie, dat een lichtstraal — eene bijzondere vorm van energie — van een ver verwijderde ster tot ons komende ...
1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 69
67 Na deze korte uiteenzetting, die wij in enkele woorden nog eens zullen samenvatten, zijn dus de hoofdproblemen bij eene zonsverduistering, het fotografeeren van de corona en haar spectrum en van de beide flitsen; alsook het meten van de zonnestraling van chromosfeer en verschillende lagen der ...
1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 70
6è gens over Kepahiang, 60 K.M. ten Oosten van Benkoelen gelegen, om ter hoogte van Noord-Banka, Sumatra weer te verlaten. De wetenschappelijke leider van deze expeditie, die uitging van de Koninklijke Academie van Wetenschappen, was de bekende Neaerlandsche sterrekundige Dr. t\. Pannekoek, Hoogl ...