Filteren
van 7
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 41
4:; ) Men zal mij tegenwerpen, dat de vaak zoo dorre arbeid der Alexandrijnsche geleerden toch alles behalve een bewijs hiervoor is, en dat ik dus minstens niet van eenzijdigheid ben vrij te pleiten. Mijn antwoord is, dat in de eerste plaats, de Alexandrijnsche bibliothecarissen nog niet het Hell ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 42
44 ) DiELS, Fr. d. Vors. pag. SO, fr. 101. Ik geloof niet, dat aan de hier gevolgde interpretatie dezer woorden iets in den weg staat. Anders oordeelt Z E L L E R , Ph. d. Gr. I, 2 , pag. 718, die ze aldus opvat: »er w i l l . . . nicht andere befragen, sondern sich selbst, oder vielmehr die Gott ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 43
45 nistischen Zeitalters, I, pag. 38: »Die in den letzten Jahrzehnten des 5. Jahrhunderts auftretende Sophistik hat, soweit ihre Vertreter überhaupt selbständige und eigenartige philosophische Lehren verkündigten, das Verdienst, die Spekulationen der jonischen Naturphilosophen zuerst in grösserem ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 44
40 de geheele vóór Sokratische philosophie niet slechts geschetst, maar zelfstandig, en geheel afwijkend van de gewone opvatting, besproken, uit de fragmenten toegelicht, én met de mystiek der middeleeuwen in verband gebracht. Voegt men daarbij, dat het werk met »Schwung" en »aus einem Guss" gesc ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 45
47 rb xhySég. 84 A : . rb xAySèg xxl rb Seïov xxl rb XSÓ%ZO~TOV Ssco/xévy xxl V7r' êxs'tvov rpsCpofiévvi, x. r. A. Cf. A S T , Annotat. in Phaedr. 243 A. Rep. 475 E worden de wijsgeeren genoemd ol ryg xAy^suxg (ptAo$eafiovB$. Dat de waarheid door de (ppóvyirig gekend wordt, doet hier niet ter zak ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 46
48 ) C L E M . , Strom., III, 17, p. 518; vgl. DIELS, O. 1. pag. 255: £&ov Sè xxl TV g ^iKoKxov Aégsccg (xvyfxovsvrrxi' Kéysi yxp 5 Ylv^xyópeiog &Ss' fxxprvpéovTxi Sè xxl o! TxAxtol SaoAóyoi re xx\ [xxvTsig, ug Six Ttvxg [r/vosV D.] 49tTlflUpixgi*pVXx ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 47
40Vgl.ook Pyth. VIII, vss. 88 sqq. ( E D . M E Y E R ,Gesch. des Alt.,III, pag. 455). 53)Epinic. V , vss. 53sqq. (ed.yxp TigBLASS):ov éxijftovluv7TXVTX y^suèxipLUVï(pv.S'ouSdg PpoT&vTTXVTX ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 48
50De verzen zijn waarschijnlijk uit den Polyidos; vgl. N A U C K , Trag. Graec. Fragm. ' , pag. 560 ( E U R . fr. 638); iets dergelijks pag. 631, fr. 833 (uit den Phrixos): Tig S'otSsv si %Sjv TOܧ' S xéxXyTxi Sxvsïv, T'O ffjv dè'¡5vyo~xs.ivg'or/; TXV,V 5/j.ug ßpoTÜv 2voo-oOciv ol ß ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 49
51 Das Problem der Materie in der Gr. Phil., Münster, 1890, pag. 33: »Stellen sie [die Pythogoreer] auch mancherlei Vorschriften ethischen und religiösen Inhalts auf, so sind diese doch nicht durch ein engeres Band mit ihren philosophischen Grundanschauungen verknüpft." Zoowel Z E L L E R als B A ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 50
:>2 ) P g- 817. Sterker nog vindt men dezelfde gedachte uitgedrukt bij G O E D E C K E M E Y E R , 1. 1. pag. 305: »So erklärt sich die zunächst höchst auffallende Erscheinung, dass bei diesen Männern ethische Betrachtungen meist in derselben aphoristischen Form auftreten, wie sie uns in den W ...
van 7
