Studentenalmanak 1898 - pagina 81
CORPSIvIKD.3 roeders, rijst op! Ziet, geplant staat uw vaan; Moedgevend blinkt onze zinspreuk ons aan!»Nil Desperandum" — want eendracht maakt macht;»Onder Gods leiding" betoonen wij kracht;»Eén is ons hart is ons woord, is ...
Studentenalmanak 1898 - pagina 82
Waal mede zal do jongeling zijn pad zuiver houden? Als hij dat houdl naar Uw Woord. Ps. 119 : 9. e mensch is geen standbeeld, dat, eenmaal opgeric ...
Studentenalmanak 1898 - pagina 83
8i Als een reiziger verdwaald is, dan wordt het hem bange,zijn hart wordt onrustig en met angst wordt naar den goedenwop" p'czocht. En zoo is het ook met hem, die gewaar wordt, dat hij opeca verkeerd levenspad is en die nu r ...
Studentenalmanak 1898 - pagina 84
/ 82 En in Zijn Woord dat een lamp voor Uw voet, een lichtvoor Uw pad is, wijst llij U uw weg aan. Hij alleen, die naardat Woord van Zijn God wandelt, mag er van verzekerd zijn,dat ...
Studentenalmanak 1898 - pagina 85
HVTPt^ESSIES. k zal u zeggen, lezer, een groot, een onweersprekelijk axioma. Maar ik wil niet, dat ge er om lachen zult. »Een kind is een mensch." Ha zie, daar vertrekt zich n\v gelaat. Dat is dan ...
Studentenalmanak 1898 - pagina 86
/ 84 Ik vind het zelfs zeer begrijpelijk. Begrijpelijk, omdat bij het kind het innerlijk leven nietduidelijk en belijnd naar buiten treedt, wijl het een te vluchtigkarakter draagt ...
Studentenalmanak 1898 - pagina 87
8s Doordat nu de impressies in den tijd, dien we als kinderenleefden, van zoo kleinen duur zijn en zoo spoedig in elkanderovervloeien, diardoor vinden we er zoo weinig bewaard inhet reservoir van ons geheugen. Onze eerste tien, ...
Studentenalmanak 1898 - pagina 88
86 op de schroefbank, luisterend met nieuwsgierige kinderge- zichtjes. Want hij vertelt, en 't is ons een genot, naar zijn verhaaltjes te hooren. Als 't uit is, klaagt mijn broer, dat zijn hand hem pijn doet: ...
Studentenalmanak 1898 - pagina 89
8; Een ha'f uur later ben ik bij m'n grootouders, daar dedokter niet hebben wilde, dat ik in ons eigen huis bleef. Toen wist ik het nog niet, doch later hoorde ik, wie dienavond zijn sprong gewaagd had. Die hoest was niet ...
Studentenalmanak 1898 - pagina 90
88vragen, als hij zou neer-liggen dood en koud en sprakeloos. Er was wanhoop in m'n kleine hait: maar tegelijk een v; stbesluit, het besluit, dat ik tot hem zou gaan en dat ik hemzou vastgrijpen, en vragen: »vergeef me." En d ...