Aangaande mij en mijn huis
„Gij eert uwe zonen meer dan Mij!"„En er kwam een man Gods tot Eli en zeide tot hem: Zoo zegt de Heere: gij eert uwe zonen meer dan Mij!"Dat Eli inderdaad zijn beide zoons Hofni en Pinehas meer eerde dan dat hij den Heere eerde — het moge ons vreemd in de ooren klinken, haast ongelo ...
Aangaande mij en mijn huis
Als gij langs den weg gaat.Het spreekt nog steeds tot ons, als we in de Evangeliën lezen, hoe de Heere met Zijn discipelen en met de scharen omging, en hen onderwees: als Hij nederzat op den berg en zoo tot de schare sprak; of zittende op het schip, het volk leerde, dat zich verzameld had ...
Aangaande mij en mijn huis
St§l u voor, zoo'n Joodsch gezin, dat in gehoorzaamheid aan 's Heeren bevel, zich gereed maakt om ter viering van het Pascha, op te trekken naar Jeruzalem. Voor het eerst gaat hun jongen, die pas 12 jaar geworden is. mee. Hoe lang heeft hij daar al naar uitgezien. Mee te gaan naar die mooie, groo ...
Aangaande mij en mijn huis
Zoo zeiden ze de één tot den ander: „Wat is dit? "Het ligt in den aard van onze kinderen, dat ze naar alles en nog wat vragen. Men zegt wel eens: „Eén dwaze kan meer vragen, dan tien wijzen kunnen beantwoorden", — maar als we in plaats van „dwaze" lezen „kind", dan is het zeker waar. ...
Aangaande mij en mijn huis
Een vorig maal plaatsten we deze zelfde spreuk van Salomo als opschrift boven ons artikel. Alleen toen wezen we er op, hoe hierin indirect, een ernstige vermaning gericht werd tot de ouders, tot vader en moeder, om met geduld en wijsheid en liefde, hun kinderen het goede voor te houden — zooals h ...
Aangaande mij en mijn huis
Ook hier is weer de groote opvoeder aan het woord, die zich richt tot „zijn zoon". „Mijn zoon", aldus spreekt hij hem aan. Hij wil hem nu waarschuwen tegen de zonde, door hem het ernstige, afschuwelijke, vreeseUjke karakter der zonde klaar voor oogen te stellen.Een taak, die rust op eiken ...
Aangxuuide mij, en mijn huis
„Een valsch getuige, die leugenen blaast" Wat een monster van een mensch is dat; die nauwelijks den naam van mensch verdient; kind des duivels mocht hij liever heeten. Want liegen is een eigen werk van den duivel, den vader der leugen: die vfit zwart noemt en zwart wit; die zonde deugd noemt en d ...
Aangaande mij en mijn huis
„Naar de gewoonte".De gang van ons leven, ons doen en ons laten, al onze gedragingen, het wordt voor een lieel groot gedeelte bepaald door de gewoonten, welke heerschen in het milieu, waarin we verkeeren, bijzonder in het milieu waarin we zijn groot geworden en zeer bijzonder in het milieu ...
Aangaande mij en mijn huis
Het gaat hier over den vader. Een mensch als andere menschen, maar toch meer: een mensch met gezag bekleed, een gezagsdrager; een goddelijke gezagsdrager. En die ten bewijze daarvan de roede draagt, Zooals de overheid het zwaard draagt, en dat niet tevergeefs; Want zij is (3ods dienares, e ...
Aangaande mij en mijn huis
„Doet het al ter eere (3ods"Velen, misschien wel de meerderheid onzer gezinnen, zitten in deze dagen met het probleem der vacantie. Of dat dan een probleem is, zulk een feestelijk gebeuren; of dan de vacantie niet bij uitnemendheid geschikt, zelfs wel bedoeld is, om zich eens los te maken ...