Van de Kerk.
VII. Tot wolken komende, als tot eenen levenden steen, van de menschen wel verworpen, maar bij God uitverkoren en dierbaar. I Petr. II:4. De schijnbare verwarring tusschen het organische en mechanische bestand der Kerk, komt in de He ...
Van de Kerk.
VIII. Een iegelijk die uit God geboren is, die doet de zonde niet, want Zijn zaad blijft in hem; en hij kan n|etzondigen, want hij is uit God geboren, rjoh. 3:9. In drieërlei gestalte treedt alzoqdeKerk op. Ze is ten eerste de plaats ...
„Daar is tegenobergeschreven.”¹)
Jezus zeide tot hem: Er is wederom geschreven: Gij zult den Heere uwen God niet verzoeken. Matth. IV: 7. De worsteling door Satan in de woestijn gewaagd, om den Zooe Gods tot afval van Gods heilig gebod te verleiden, raakt het gezag van het Woord. Satan poogt den M ...
„Van rondaom rust.”
Maar nu heeft de Heeremijn God mij van rondom ruste gegeven ; er is geen tegenpartijder, en geene bejegening van kwaad. I Kon. V : 4. In het leven der volkeren wisselen vrede en onrast elkaar gestadig af. Zoo is het in onze dagen, en zoo was 't van ouds ook in Isra ...
Van de Kerk.
IX. Een iegelijk die uit God geboren is, die doet de zonde niet, want Zijn zaad blijft in hem; en hij kan niet zondigen, ' want hij is uit God geboren. 1 Joh. ni:9. Het uiterst ingewikkelde vraagstuk waaraan we thans toekomen, raakt ...
„Gaat henen en bereidt ons het Pascha”.
En hij zond Petrus en Johannes uit, zeggende : Gaat henen, en bereidt ons het Pascha, opdat wij het eten mogen. Lukas XXII : 8. Nu weer de zeven Lijdensweken ingaan, leve krachtig het besef in ons op, dat het lijden van Christus niet eerst met Gethsemané begon, doc ...
Van de Kerk.
X. Daarom is ook vervat in de Schrift: Zie, Ik leg in Sion eenen uitersten hoeksteen, die uitverkoren en dierbaar is; en: Die in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden. 1 Petr. II: 6. De poging, die beproefd diende te worden, om tot ...
Van de Kerk.
IX. En het zal geschieden, dat van de ééne nieuwe maan tot de andere, en van den éénen Sabbath tot den anderen, alle vleesch komen zal, om aan te bidden voor mijn aangezichte, zegt de Heere. Jesaja LXVI : 23. Met onze^ laatste overwe ...
„Dit pascha, eer dat ik lijde”.
En hij zeide tot hen: Ik heb grootelijks begeerd, dit Pascha met u te eten, eer dat ik lijde. Lukas XXII : 15. Het Pascha-maal was ia Israel een maaltijd van heilige vreugde. Immers het. sloeg terug op Israels verlossing uit Egypteland. Doch juist daarom was hef la ...
„Laat deze drinkbeket van mij voorbijgaan!”
En een weinig voortgegaan zijnde, viel hij op zijn aangezicht, biddende en zeggende: Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat deze drinkbeker van mij voorbijgaan; doch niet gelijk ik wil, maar gelijk Gij wilt. Matth. XXVI : 39. Gethsemané was het bangste, dat onze ...