E voto Dordraceno - pagina 77
ZONDAGHOOFDSTUKIV.Toch, en hierop dient nu scherpgelet,deren, dat het redelijk creatuur inzijnkon God de Heereuit willekeur.moet worden, endwangMaar omdatnoch keus nochergoedehetvrij ...
E voto Dordraceno - pagina 78
ZONDAG66HOOFDSTUKIV.II.geen afdingen. Niets minder dan vervloekt is een iegelijk, die niet blijft in al hetgeen geschreven is in het boek der Wet, dat hij dat doe! Niet Rechter zijn, ware de zedelijke wereld prijsgeven; in de zedelijke wereldordede ...
E voto Dordraceno - pagina 81
ZONDAG thans zeggen ontwassenHOOFDSTUKIV.te zijn,69II.en dien ze met hun,,goede voornemens"en met hun „edelaardig streven" bannen willen, maarvaardig enis,strevingen,Zoo gaat de schuld dusdoor. Het a ...
E voto Dordraceno - pagina 79
ZONDAGIV.HOOFDSTUK67'II.kwaads; zoo ik het dan ook maar betaal; en eerst door het niet betalen van een schuld die op mij rust, v^ordt die schuld mij zonde. Men zie dus wel in, dat schuld op zich zelf niets uitdrukt dan de dure verplichting van een iegelij ...
E voto Dordraceno - pagina 80
ZONDAG68IV.HOOFDSTUKII.God en den mensch een verhouding van noodzaak bestaat, waarin aan God iets van den mensch toekomt, wat de mensch op geen manier aan zijn God mag onthouden. haar klem heeft, dat zoo ook tusschenGevolgen der zonde" is de meest algemee ...
E voto Dordraceno - pagina 82
ZONDAG70UWHOOFDSTUKIV.II.En dat in tweeërlei opzicht: vooreerst doordien waar gij geen zonden in ziet, en die gij acht dat er wel door kunnen, en die God toch zonde noemt. En ten tweede, al de breede reeks van zonden door onderlating, als er allerlei was ...
E voto Dordraceno - pagina 83
ZONDAGHOOFDSTUKIV.71III.iemand denken ging: „Nu, dan zal mijn lot nog altoos zijn. Ik doodde niet en stal niet en brak geen echt. genoeg draaglijk Onberispelijk is mijn wandel. En al mijn zonden zijn zoo van die kleine wete zulk een dan wel, dat de lichtste stra ...
E voto Dordraceno - pagina 84
ZONDAG72IV.HOOFDSTUKIII.nu, goed toegepast, moet nooit daad van willekeur, maar steeds correctief van het gebrekkige in de menschelijke rechtspraak zijn. Bij den Heere onzen God kan van „gratie" in zulk een zin dus nimmer sprake zijn.Deze goddelijke Recht ...
E voto Dordraceno - pagina 85
ZONDAGHOOFDSTUKIV.73III.ontzettendheid van tijdelijke ellende en eeuwige rampzaligheid in. Er behoeft niets bij gevoegd, In het ééne doodvonnis ligt het al en voor eeuwig besloten. God de Heere had op de overtreding van zijn wet den dood gesteld, en toen nu de m ...
E voto Dordraceno - pagina 87
ZONDAGIV.HOOFDSTUKIII.75Maar ookals er een macht komt, die deze velerlei banden losmaakt of dan komt op allerlei manier de dood. De dood tusschen hem en de wereld. De dood in de ontbinding van zijn lijk. De dood in de scheiding van ziel en lichaam. En ond ...