Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 14
§te hebben, en op hetgeen niet onder, maar zonder de organisatie des volgenden jaars, nog in 1815 aan die kerken grondwettelijk verzekerd werd. Zou metterdaad dit oordeel ten volle door de in vorige eeuwen opgekomen, doling worden verklaard, dat alle levenskring geen anderen oorsprong hebb ...
Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 26
18 Vlak omgekeerd is de ontwikkelingsgang hij het volk van Israël. Hier ontplooide de veelheid zich uit de eenheid. Geen aan elkaar vreemde elementen moesten eerst langzamerhand tot natie samengroeien. Veeleer was ahe inmenging van vreemde bestanddeelen moeielijk gemaakt. In het huwelijk komen th ...
Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 15
7Wandl getuigd: „dieses Buch hat auch für den Juristen eminente Bedeutung als eine der altesten Rechtsquellen und als Denkmal bewunderungswürdiger gesetzgeberischer Weisheit und Maszigung." ^) Algemeen wordt voorts erkend, dat de Mozaïsche wetgeving belangrijken invloed op meer dan één dee ...
Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 16
8 Universiteit van Koningsbergen onderricht gegeven, — thans heeft het vaak den schijn, alsof de rechtstoestanden der minst beschaafde volken, van wie in ruimer kring geen invloed merkbaar werd, meer belangstelling wekken, en gretiger beoefend worden dan die van Israël. „Das Mos. Recht," zoo merk ...
Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 35
27moeite dit eigenaardig element, althans na Mozes' tijd, weg te cijferen '). Hoe gewichtig verschillende omstandigheden, die daarbij vaak te pas worden gebracht, ook mogen zijn, toch geven zij volgens hem nog aUerminst recht een overigens onbekenden vorm van staatsbestuur voor Israël aan ...
Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 17
9 veeleer mede, hetgeen juist niet gevraagd werd, dat aan het Mozaïsch recht weer aandacht worde gegund, als eene regehng, die waarborg biedt van op geheel zuiver beginsel te rusten, en in de toepassing van die beginselen voor het onder bepaalde omstandigheden levend volk met volkomen juistheid t ...
Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 19
II zelve is na de inwerkingtreding dezer wet-niets veranderd. De faculteit der godgeleerdheid strekt in samenwerking met de tweeslachtige instelling van het kerkelijk hoogleeraarsambt (art. 104 der wet) nog steeds alléén „tot vorming der kweekelingen voor den hervormden godsdienst" (art. 56, lo. ...
Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 36
28was metterdaad een regeeringsvorm, of beter nog wellicht, betrof den persoon van het souverein gezag. Met scherpen trek wordt dit door Witsius geteekend in het aangehaald vertoog. Meer principieel dan Saalschütz ziet hij niet de theocratie in de wet, maar veeleer keert hij de verhouding ...
Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 37
29 „Én de Heere_gaf teekenen, en groote en kwade wonderen, in Egypte, aan Farao en aan zijn gansche huis, voor onze oogen; „En Hij voerde ons van daar uit; opdat Hij ons inbracht, om ons het land te geven, dat Hij onzen vaderen gezworen had. „En de Heere gebood ons te doen al deze inzettingen, om ...
Mozaïsch en Romeinsch recht : eene vergelijkende rechtsstudie - pagina 38
so dit is het wezen der theocratie — deed de Heere zulks wèl. In zoover stelde Hij zich op ééne lijn met alle aardsch gezag. I G-elijk de laatste mannelijke Oranjetelg onze Koning is, alzoo was G-od zelve de Koning Israels. Daarom het Hij zich dan 1 ook, zegt Witsius (§9), een paleis bouwen reeds ...