„Was ons hart niet brandende in ons”.
[PAASCHFEEST 1920] En zij zeiden tot malkanderen: as ons hart niet brandende in ons, als hij tot ons sprak op den weg, en als hij ons' de Schriften opende? Lukas XXIV : 32.De gewaarwording, die ons, belijders van denChristus.opdenPaaschmorgenaangrijpt, versc ...
Van de Kerk.
L. Tot de volmaking der heiligen, tot het werk der bediening, tot opbouwing des lichaams van Christus. Efeze IV : 12. Op het geloofsverschil dat de Schutten van de belijdeis der Suna afscheidt, behoeft hier niet te diep te worden ing ...
„Een weg, die nog uitnemender is”.
Doch ijvert naar de beste gaven; en ik wijs u eenen weg die nog uitnemender is, 1 Cor. XII : 31. Het geheel eenig rijke dertiende kapittel uit Paulus eersten brief aan de Kerk van Corinthe, teekent ons een Kerkelijk leven in zijn hoogste volkomenheid, dat rusteloos ...
Van de Kerk.
LI. En met veel meer andere woorden betuigde hij, en vermaande hen, zeggende: Woi behouden van dit verkeerd g^ slacht. Hand. Il: 40. Tot dusver lieten we de aangrijpende veranderingen, die op Kerkelijk gebied op til zijn, glippen, zo ...
„Gij zijt menschen”.
Gij nu, o mijne schapen, schapen mijner weide, gij zijt menschen; maar Ik ben uw God, spreekt de Heere HEERE. Ezechiël XXXIV : 31. Dat we menschen zijn, is de rijkste eere in naam en wezen, die ons van Godszij de kon gegeven worden. Ook de eeretitel van i Kinderen ...
Van de Kerk.
LII. Want door hem zijn alle dingen geschapen, die in de hemelen en die op aarde zijn, die zienlijk en die onzienlijk zijn, hetzij tronen, hetzij heerschappijen, hetzij overheden, hetzij machten, alle dingen zijn door hem en tot hem geschapen. E ...
Van de Kerk.
LIII. En het Beest werd gegrepen, en met dit de valsche profeet, die de teekenen in zijne tegenwoordigheid gedaan had, door welke hij verleid had, die het merkteeken van het beest ontvangen hadden, en die zijn beeld aanbaden. Deze twee zijn leve ...
„Veertig dagen lang.”
HEMELVAAETSDAG 1920] Aan welke hij ook, nadat hg geleden had, zichzelven. levend vertoond heeft, met vele gewisse kenteekenen, veertig dagen lang, zijnde van hen geiiên, en sprekende van de dingen, die het koninkrgk Gods aangaan. Hand 1:3. ...
„En werden twijfelmoedig”.
(VOOR DE PINKSTERWEEK.) En zij ontzetten zich allen, en werden twij felmoedig, zeggende de een tegen den ander: Wat wil toch dit zijn ? Hand. Il : 12. De gewaarwordingen, die bij het naderen van 't heilig Pinksteren in de mannen der ...
Van de Rerk.
XXIII. En de geesten der profeten zijn den profeten onderworpen. Cor. XIV : 32. De profeten, die in deze hoedanigheid in het Nieuwe Testament optreden, bezitten daar niet meer de beteekenis, die aan de Profeten in het Oude Verbond to ...