„Ik heb u in de beide handpalmen gegraveerd”.
Zie, Ik heb u in de beide handpalmen gegraveerd; uwe muren zijn steeds voor Mij. Jesaia XLIX : 16. De eenig heilige liefde, waarmede onze God zich zijn uitverkorenen aantrekt, bemint en als aan zijn Goddelijke wezenheid kleven doet, kan niet rijker noch schooner ui ...
„Hij deed ’t met zijn gansche hart”.
En in alle werk, dat hij begon in den dienst van het Huis Gods, en in de wet, en in het gebod, om zijnen God te zoeken, deed hij met zijn gansche hart, en had voorspoed. 2 Kron. XXXI. 21. Hizkia was een dier gelukkige vorsten over Judea en Israël, wiens heilige bez ...
„Haar het welbehagen tot uw volk.”
Gedenk mijner, o Heere, naar het welbehagen tot uw volk, bezoek mij met uw heil. Psalm CVI: 4. Een raadsel is en blijft de schier plotselinge ommekeer, die zich, ook blijkens de Schrift, in de geestelijke gesteldheid van een volkskring kan voordoen. Die radicale om ...
„Gemeenzaam”.
Dat zij weldadig zijn, rijk worden in goede werken, gaarne mededeelende zijn, en gemeenzaam. 1 Tim. 6 : 18. Het gewone leven scheidt^ leed in 't leven vereenigt. 'Het leed doet dan 't zelfde wat hooggestemde vreugd pleegt te doen. Beiden nemen voor een oogen ...
Van de Voleinding.
CXLVII. VIJFDE REEKS. IX. De HEERE is in het paleis zijner heiligheid, des HEEREN troon is in den hemel; zijne oogen aanschouwen, zijne oogleden proeven de menschen-' kinderen. Ps. ...
De Generale Synode der
Amsterdam, 13 Nov. 1914.De Generale Synode der Gereformeerde Kerken slaagde uitnemend.Voorzitter en moderamen hielden er den juisten tact en toon in. Er is over bijkomstige aangelegenheden niet te veel getreuzeld noch gebeuzeld. De indruk der bange tijden werkte zoo overweldigend, d ...
„Dat zij juichen op hun legers”.
Dat zijne gunstgenooten van vreugde opspringen om die eere; dat zij juichen op hunne legers. Psahn 149 : 5. Wie jong, en gezond van lijf en leden is, en moede door den arbeid, slaapt in zoodra hij zich ter ruste heeft begeven, om eerst met het morgenlicht uit zijn ...
Voor de Voleinding.
CXLVIII. VIJFDE REEKS. X. En zij zullen Mij een heiligdom maken, dat Ik in het midden van hen wone. Exodus 25 : 8. Het komt er derhalve slechts op aan, helder in te zien ...
Van de Voleinding.
CXLIX. VIJFDE REEKS. XI. Want in hem woont al de volheid der Godheid lichamelijk. Colossensen 2 : 9. De belijdenis van Gods alomtegenwoordigheid staat er alzoo volstrekt ...
„Dat Ik een honger in het land zal zenden”.
Zie, de dagen komen, spreekt de Heere HEERE, dat Ik eenen honger jn het land zal zenden; niet eenen honger naar brood, noch dorst naar water, maar om te hooren de woorden des HEEREN. Amos 8 : 11. Reeds als ge met den psalm van 't > hijgend hert« zeggen kunt, dat ...