Van de Voleinding.
XLIX. TWEEDE REEKS. XI. Gij hebt voormaals de aarde gegrond, en de hemelen zijn het werk uwer handen. Die zullen vergaan, maar Gij zult staande blijven, en zij alle zullen als een k ...
„verlaten”.
DE VIJFDE LIJDENSWEEK. Doch dit alles is geschied, opdat de Schriften der profeten zouden vervuld worden. Toen vluchtten alle de discipelen, hem verlatende. Matth. 26 : 56. „Vernietigd" en „vernederd" heeft zich uw Heiland. Toen is H ...
Van de Voleinding.
L. TWEEDE REEKS. XII. Gij doet uwe band open, en verzadigt al wat er leeft, naar uw welbehagen. Ps. I45 : I6. Aan tweeerlei moet alzoo onveranderl^k worden vastgehouden. ...
Van de Voleinding.
LI. TWEEDE REEKS. XIII. En God schiep den mensch naar zijnen beelde, naar den beelde Gods schiep Hij hem. Man en vrouw schiep Hij ie. Genesis I : 27. En nu bet sluitstuk ...
Van de Voleinding.
XLII. TWEEDE REEKS. IV. Opdat gij ten volle kondet begrijpen met alle de heiligen, welke de breedte, en lengte, en diepte, en hoogte zij. Eteze 3 : I8. Neemt nu het were ...
Van de Voleinding.
XLI. TWEEDE REEKS. III. Want uit Hem, en door Hem, en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid in der eeuwigheid, Amen. Rom. II : 36. Saamvattend wat we vonden, ...
„De wetenschap der heiligen”.
De vreeze des HEEREN is het beginsel der wijsheid, en de wetenschap der heiligen is verstand. Spreuken 9 : I0. Altoos weer komt de Geest Gods er op terug, dat de vreeze des Heeren het beginsel is van alle wijsheid, alle weienschap, en alle recht verstand. Luider, s ...
„Het goede van Jeruzalem”.
De HEERE zal u zegenen uit Sion, en gij zult het goede van Jeruzalem aanschouwen alle de dagen uws levens. Ps. I28 : 5. Naar luid van den Hebreërbrief was Melëhizedek een Koning van Salem, en beduidde dit: Koning des Vredes. Het Jeru dat voor Salem slaat, beduidt: ...
Van de Voleinding.
XXXIX. TWEEDE REEKS. I. Op hope, dat ook het schepsel zelf zal vrijgemaakt worden van de dienstbaarheid der verderfenis, tot de vrijheid der heerlijkheid der kinderen Gods. Rom. 8 : ...
„Vereer den HEERE van uw goed”
Vereer den HEERE van uw goed, en van de eetstelingen aller uwer inkomsten. Spr. 3 : 9. Ge weet w*t vereeren is.Ge vereert [niet wie beneden u staat, noch ook wie geheel uws gelijke is, maar ge vereert uw meerdere, die boven u staat en tegen wien ge opziet. V ...