Zijn uitgang te Jerusalem - pagina 192
180Envan Jezus, wat gevoelen zij het indenken, bij het weder aanzien van het lijden en sterven van den Christus ? Kunt ge zeggen, dat, zooals eens de natuur meêbeefde, zoo ook hun hart en hun ziel nog meêzucht en meêbeeft, als dat kruis weer voor hun geest treedt? Helaas wat is het ...
Zijn uitgang te Jerusalem - pagina 198
186 verstaan die taal. Die naam, dat woord van Borg is voor Zij hen zoo welsprekend, is hun zoo veelzeggend, zoo boven alle ander woord dierbaar. Een Borg ook voor de ziel te bezitten, is hun eeuwige vrede bij God.Wat onrechtzinnige geleerdheid gebazeld heeft, dat in Hebr. 7 22 van een Bor ...
Zijn uitgang te Jerusalem - pagina 191
179onderworpen heeft, op hoop, dat ook de/e natuur zelve zal gemaakt worden van de dienstbaarheid der verderfenis, vrijheid hij,wijvrij-de der heerlijkheid der kinderen Gods. Want, zoo besluit weten, dat de gelieele na/ uur te zomen zueht en te zomen in totóar.e ...
Zijn uitgang te Jerusalem - pagina 195
183 en dat de Christusalle deze dingenmoes/ lijden, oin door de poorteder gerechtigheid in zijn glorie in te gaan.Zoo slaat dat moeten dus op de Heilige Schrift, want beginnende van Mozes en al de profeten, heeft Jezus hun zelf dat heilige moeien breed en klaarlij k ui ...
Zijn uitgang te Jerusalem - pagina 197
185XLIX. ,3Ie5u£öarg öetaorben." Van een zooveel beter verbond is Jezus borg geworden. Hebr. 7 22. :Het is er wel uitgepreekt, en ten slotte bespot zelfs en beschimpt, dat Jezus onze borg zou zijn maar desniettemin blijft de gemeente er aan vasthouden, en hield de hooge poëzi ...
Zijn uitgang te Jerusalem - pagina 193
181„Moest" zoo vroeg hij aan Cleopas en zijn metgezel, „moest de Christus niet alle deze dingen lijden, en alzoo in zijne heerlijkheid ingaan ?"Een kort, een vluchtig, een snel uitgesproken woord, maar waarin hij, die den breeden, diepen stroom van smart en dood doorwaadde, nogmaals ...
Zijn uitgang te Jerusalem - pagina 204
192 het meenens. Dan gaat de trilling van het leven op den diepsten bodem van dat leven door. Zie het aan Transvaal. De Britsche huurling Vecht prachtig, en toch, het bezielt niet. Wat bezielt is een volk, dat zijn bloed vergiet voor zijn heilige panden. •Dan wordttotToch zeg ...
Zijn uitgang te Jerusalem - pagina 202
190 in het zestiende kapittel, het zesde vers, „als Ik bij u voorbijging, zoo zag ik u liggen vertreden zijnde in uw bloed, en Ik zeide tot u in uwen bloede Leef, ja. Ik zeide tot u in uwen bloede Leef." In taal en toon spreekt hier reeds de heftigheid der aandoening bij het zien van bloed. En er ...