„ De waardheid zal u vrijmaken”.
En gij zult de waarheid verstaan, en de waarheid zal u vrijmaken. Johannes VIII : 32. Ook geestelijk is er rijke vrijheid ofslaafsche dienstbaarheid. Vrijheid is er, zoo ge u naar uw eigen aard bewegen kunt, maar het slaafsche kleeft u aan, zoo er een onDatuurlijke ...
„Hij zocht den God zijns vaders.”
Maar hij zocht den God zijns vaders, en wandelde in zijn geboden, en niet naar het doen van Israel. 2 Kron. XVII: 4. Josafat was als Koning van Juda een Vorst die de eere van zijn God te Jeruzalem hoog hield, en van wien gezegd mocht, dat hij in geheel zijn bewindv ...
Van de Kerk.
XXI. En dit is de vrijmoedigheid die wij tot Hem hebben, dat zoo wij iets bidden naar zijnen wil, Hij ons verhoort. 1 Joh. V: 14. Gaan we nu nader op de bijzondere verklaringen van den Apostel in 1 Cor XIV in, dan toont het zich aans ...
„Zij steekt hare handen uit tot den nooddruftige.”
Zij breidt hare Handpalm uit tot den ellendige, en zij steekt hare handen uit tot den nooddruftige. Spreuken XXXI: 20. Vooral in de pijnlijke dagen, die, met heel Europa, ook ons land doorworstelt, heeft de lofzang op »de deugdzame huisvrouw*, die de Spreukendichte ...
„Kiest u heden, wien gij dienen zult”.
Doch zoo het kwaad is in uwe oogen, den Heere te dien»p, kiest u heden, wien ge dienen zult, hetzij de goden, welke uwe vaders, die aan de andere zijde der rivier waren, gediend hebben, of de goden der A'morieten, in welker land ge woont; maar aangaande mij, en mijn huis, wij zullen den Heere die ...
„Een kind aan zichzelf overgelaten, beschaamt zijn moeder.”
De roede ejs de bestraffing geeft wijsheid; maar een kind, dat aan zichzelf gelaten is, beschaamt zijne moeder. Spreuken XXIX: 15. De steeds zich uitbreidende Bewaarschool is geen eere voor het land. Van zelf moet ze toegejuicht en welkom geheeten, waar 't jonge wi ...
„Nader tot mijne ziel.”
Nader tot mijne ziele, bevrijd ze, verlos mij om mijner vijanden wille. Psalm LXIX: 19. Al kan bij dezen uitroep: > Nader tot mijne ziel en bevrijd ze", ongetwijfeld ook aan het uitwendig levenslot van den Psalmist gedacht worden, toch spreekt zich in dat »mijne ...
„Op hem zal zijn kroon bloeien.”
Ik zal zijne vijanden met schaamte bejdeeden; maar op hem zal zijne kroon bloeien. Psalm CXXXII: 18. Gethsemané en Golgotha getuigden, eer de opstanding de ure der verheerlijking bracht, en het opvaren van den Christus ten hemel zijn glorie deed ingaan, hoe diepe i ...
Van de Kerk..
XXV. Zoo antwoordde Johannes aan allen, zeggende: Ik doop u wel met water; maar hij komt, die sterker is dan ik, wien ik niet waardig ben den riem van zijne schoenen te ontbinden; deze zal u doopen met den Heiligen Geest en met vuur. Lukas III : ...
„God is met ons aan de spitse”.
Daarom ziet, God is met ons aan de spitse, en zijne priesteren met de trompetten des geklanks, om tegen u alarmgeklank te maken. O kinderen Israels, strijdt niet tegen den Heereilen God uwer vaderen; want gij zult geen voorspoed hebben. 2 Kron. XIII: 12. Het is een ...