Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 28
Onder het toeziend oog van Waterink (l.) in de zandbak op despeelplaatsgoed te zien waar de kinderen nu precies vandaan kwamen.Het instituut kende in die tijd drie belangrijke 'bezoekers-groepen'. Ten eerste waren dat de particuliere patiënten.Deze patiënten ...
Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 29
dan eenjaar. Deze kinderen hadden vaak de grootste pro- blemen en dienden daarom langdurig te worden onder- zocht. Bekijken wij de tabel nog iets nader dan is een viertal trends te onderscheiden. De eerste is dat het aantal particu- lieren ...
Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 3
P I O N I E R E N T O E N EN N U ...
Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 30
schrijven valt, laat zich bijna vijftig jaar na dato, moeilijkachterhalen. Een feit is in ieder geval dat het financieel methet P.i. voor de oorlog ook al niet goed ging. Ondanks ver-woede pogingen van Waterink op allerlei terreinen te be-zuinigen, slaagde hij er keer ...
Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 31
beste de gehele exploitatie van het p.i. over te doen aaneen zelfstandige stichting. Dit voorstel stuit op niet al teveel weerstand van het Bestuur en zo wordt begin 1941 degehele exploitatie overgedragen aan de Stichting 'Het Pae-dologisch Instituut'. Dat deze overdra ...
Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 32
opname van kinderen. Na tien jaar ervaring was het hemduidelijk dat het soort kinderen dat het p.i. opnam tedivers was. In een folder, uitgegeven na de oorlog, is danook te lezen dat 'gezien de minder gunstige ervaringen diemen opdeed bij de opvoeding van kinderen met ...
Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 33
siteit. In zijn rapport, in de zomer van 1941 gemaakt, noemde hij de hoogleraren Waterink en mr. J. Oranje ge- vaarlijke 'anti mensen'. Deze houding van Waterink heeft er ongetwijfeld ook toe geleid dat hij zich bijzonder inspande voor degenen die het meest direc ...
Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 34
maanden van het verblijf alleen de observatieprijs, die flinklager was dan de behandelingsprijs. Bovendien oriënteer-den andere plaatsende instanties, zoals de G.G. en G.D.,zich aan de justitiële tarieven. Deze gang van zaken maaktede financiële positie van het P.I. er ...
Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 35
tijd, dat stond dan erg goed'. Op voorstel van Mulder wordt een aantal nieuwe bestuursleden benoemd. Kenmerkend voor deze tijd, eindjaren vijftig, was dat de toenmalige geneesheer-directeur zich regelmatig schaamde voor het P.I., gewend als hij was o ...
Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 36
was hij het instituut begonnen, daarna pakte hij andere za-ken aan en bemoeide zich steeds minder met het instituut.Al met al kan dit gezien worden als de laatste en zeker nietminst belangrijke oorzaak van de magere jaren van het in-stituut na de oorlog. In di ...