1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 13
5held van de oudste tijden af voor velen behouden. Was dit determinisme eenmaal de kern van de materialistische dogmatische wereldhypothese, nu deze voor onzen tijd overwonnen kan genoemd worden, openbaart het determinisme zich toch ook in het psychisch-monisme, de theorie, welke op het oo ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 14
6 schijnbaar door dagelijksche voorbeelden kan worden toegelicht, is het tot op heden een strijdvraag, (BUSSE ^) waarin de beslissing echter meer en meer valt op de uitspraak, dat tusschen oorzaak en werking volkomen gelijktijdigheid bestaat. Zeker gaat het vallen van een steen bijv. vooraf aan h ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 15
7is om een zintuigelijken indruk bewust te worden. En zooals voN BAER dit zoo treffend heeft uiteengezet, zou het geheele aanzicht der wereld veranderen, als deze tijd een verandering onderging. Een waarnemend subject met oneindig verlengde tijdmaat, zou de geheele oneindigheid in één mome ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 16
8OsTWALD een ernstiger beteekenis en geeft ons dus in overweging, voorzichtig te zijn zoowel met uitspraken omtrent werkzaamheid van stof en geest als betreffende causale beïnvloeding in het algemeen. En hoewel ook het ruimtebegrip, evenals het tijdsbegrip, van subjectieven oorsprong is (K ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 17
9,vat, er mede gelijkwaardig is, (zonder eraan gelijk te zijn) en het valt moeilijk te overzien, of dit punt in het causaliteitsbeginsel a priori bij het menschelijk denken aanwezig is, dan wel ontstaan door generalisatie van ervaringsoordeelen. Hoe meer warmte aan een voorwerp word ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 18
10merkelijk, dat zooals we zagen, wij in het dagelijksch leven, zoowel als in de natuurwetenschap altijd het oorzakelijk gebeuren zelf niet waarnemen, maar slechts wat SIGWART noemt „die vorangehende Zustand der Ursache" en het „Beharren des neuen Zustandes." Immers zelfs bij de eenvoudigs ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 19
11 kan men zeggen, dat wanneer wij waarnemen, (of vermoeden kunnen, dat waargenomen zou kunnen worden) dat in een constanten toestand opnieuw een verandering optreedt, wij het besluit trekken, dat de genoemde toestand uit een vorigen is ontstaan. Omgekeerd volgt hieruit, dat wanneer wij vermoeden ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 20
12ook hier bij verwantschap terecht aan gemeenschappelijken oorsprong. De ervaring leerde dat men genoodzaakt was ook in de elementen nog een structuur of verdeeling te veronderstellen, (electronenleer). Dit alles voert tot de meening, dat de elementen niet onveranderlijk en dus niet onein ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 21
13 in den anderen, blijft deze verandering voor ons een volkomen raadsel. ') Maar dit raadsel zou opgelost zijn, wanneer men de verandering als schijnbaar zou kunnen opvatten; de ongelijkheid als gelijkheid. In dit geval zou men met recht van een konstant blijven der energie kunnen spreken. Dit c ...
1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 22
14 aan te nemen, dat er geen werkelijk ontstaan • £ i. _> j 11 en vergaan is of met de woorden van HEYMANSsamengevat: „Wir können eben nicht umhin, die wahrgenommene Ungleichheit als den Schleier zu betrachten, hinter welchen sich eine wirkliche Qleichheit verbirgt (I.e. s. 308)." Volko ...